Brief regering : Elfde voortgangsrapportage PHS 2024-1
32 404 Programma hoogfrequent spoorvervoer
Nr. 124
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 oktober 2024
Hierbij ontvangt u de voortgangsrapportage Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS)
over de eerste helft van 2024. Dit is de elfde voortgangsrapportage gebaseerd op de
basisrapportage die op 26 april 2019 aan de Kamer is aangeboden.1 Conform het verzoek van de Kamer is de vorm van de rapportage ongewijzigd.
Programma Hoogfrequent Spoorvervoer
PHS heeft tot doel op zeven corridors te komen tot hoogfrequent spoorvervoer voor
reizigers en extra ruimte voor goederenvervoer. De extra capaciteit is deels al gerealiseerd
en zal de komende jaren stap voor stap verder beschikbaar komen. Dat is van groot
belang om de reizigers en het goederenvervoer ook in de toekomst te kunnen accommoderen.
PHS legt mede de basis voor de ontsluiting van de zeventien woningbouwgebieden en
maakt de doorontwikkeling naar het Toekomstbeeld OV mogelijk. De geplande frequentieverhogingen
maken ook onderdeel uit van de HRN-concessie 2025–2033 met NS.
Relevante ontwikkelingen
PHS is volop in uitvoering. Sinds de dienstregeling 2018 zijn er stap voor stap tienminutentreinen
gaan rijden, zoals op de routes Amsterdam–Utrecht–Eindhoven en Arnhem–Utrecht–Schiphol–Leiden–Den Haag–Rotterdam.
Die treinen zijn tijdens Corona tijdelijk afgeschaald en worden nu weer stap voor
stap ingevoerd. Op andere PHS-trajecten wordt hard gewerkt om de spoorinfrastructuur
daarop verder voor te bereiden. Vrijwel het gehele programmabudget is inmiddels verplicht.
In deze verslagperiode zijn de belangrijkste ontwikkelingen:
• De start van de realisatiewerkzaamheden van de Meterenboog en Den Bosch–Vught, inclusief
de werkzaamheden voor het tijdelijke spoor in Vught om de verdiepte ligging daar te
kunnen bouwen.
• Werkzaamheden voor de projecten Rijswijk–Rotterdam en Amsterdam Centraal, met bijbehorende
buitendienststellingen en aanpassingen in de dienstregeling.
• De start van de werkzaamheden voor de uitbreiding en gedeeltelijke vernieuwing van
station Nijmegen.
Eerder is de Kamer geïnformeerd over noodzakelijke maatregelen om de baanstabiliteit
te waarborgen tussen Delft Campus en Schiedam.2 Dat is onderdeel van PHS-corridor Den Haag–Rotterdam waar een vijfde en zesde sprinter
per uur per richting is voorzien. Er is in 2022 daarom een planuitwerking gestart.
Eventuele maatregelen worden gedekt vanuit de extra woningbouwmiddelen die zijn toegevoegd
aan het programma Spoorcapaciteit 2030. Inmiddels blijkt uit onderzoek van ProRail dat de frequentieverhoging op dit traject
minder impact op de zogenaamde baanstabiliteit heeft dan voorheen de verwachting was.
Ook is het volgens ProRail mogelijk en veilig om de geplande tijdelijke snelheidsbeperking
van 120 km/u – bedoeld om de baanstabiliteit tussen Delft Campus en Schiedam Centrum
te waarborgen – niet meer door te voeren in de komende dienstregeling. ProRail doet
nu nader onderzoek naar de aard en omvang van een alternatief maatregelenpakket. De
Kamer wordt hierover verder geïnformeerd in de volgende voortgangsrapportages en MIRT-brieven.
Financiële stand van zaken
Het PHS-programma heeft een potentieel tekort. Dat is het financieel tekort als alle
kostenstijgingen en risico’s die binnen het programma zijn geïdentificeerd, zich voordoen.
In deze verslagperiode is het potentieel tekort licht gestegen van € 375 mln. naar
€ 380 mln. Daarbij is nog geen rekening is gehouden met de keuzes in de begroting
2025. Om te komen tot een passend potentieel tekort in deze fase van PHS zijn – als
onderdeel van de begrotingsvoorbereiding 2025 – maatregelen genomen om het beschikbare
programmabudget in lijn te brengen met de budgetbehoefte. Eén van die maatregelen
is het overhevelen van een deel van de risicoreservering naar het programmabudget.
Bij de vorige voortgangsrapportage is aangegeven dat dit ook noodzakelijk was om het
uitvoeringsbesluit voor Alkmaar–Amsterdam te kunnen nemen met behoud van een beheerste
uitvoering van het programma. Door de diverse financiële maatregelen in de ontwerpbegroting
2025 bedraagt het potentieel tekort PHS nu € 117 mln. Dit niveau is passend bij de
financiële omvang van PHS, de vergevorderde fase van het programma en het afgeven
van de beschikking voor de maatregelen op de corridor Alkmaar–Amsterdam.
Naast dit potentieel tekort zijn er nog exogene risico’s in beeld. Als die zich alle
voordoen, worden de gevolgen geschat op circa € 245 mln. Deze potentiële tegenvaller
wordt gedeeltelijk gedekt met de risicoreservering van € 133 mln.
Vooruitblik op dienstregeling 2025
NS zal in de komende dienstregeling 2025 diverse tienminutentreinen weer gaan rijden.
Die waren na introductie tijdens corona tijdelijk geschrapt en nog niet helemaal teruggekeerd.
Verder zal – ondanks dat de werkzaamheden rondom Schiedam nog niet volledig gereed
zullen zijn – NS in december starten met de nieuwe tienminutensprinter tussen Den
Haag en Rotterdam, in iets gewijzigde vorm. Zodoende kunnen vanaf december toch reizigers
profiteren van de extra sprinters op deze corridor. Er zullen tijdelijk vier van de
zes tienminutensprinters per uur en richting stoppen in Schiedam. ProRail werkt er
hard aan om deze tijdelijke periode tot een klein aantal maanden beperkt te houden.
Effect tijdelijke snelheidsbeperking HSL op dienstregeling 2025
Hoewel het strikt genomen buiten PHS valt maar wel de dienstregeling 2025 raakt, wordt
de Kamer hierbij ook geïnformeerd over de tijdelijke snelheidsbeperking op de HSL.
ProRail werkt samen met Infraspeed hard om de snelheid op de viaducten op de HSL –
waar nu een snelheid van 80 km/u geldt – te verhogen naar 120 km/u.3 In een recent overleg, op voorspraak van ProRail, hebben Infraspeed en de aandeelhouders
van Infraspeed, BAM en Siemens, allen uitgesproken zich maximaal in te spannen om
de werkzaamheden voor 15 december aanstaande af te ronden. Wel is daarbij aangegeven
dat onder andere resultaten van lopende betoninspecties een aanzienlijk risico vormen
voor het behalen van deze deadline. Als deze deadline niet gehaald wordt, heeft dat
impact op de punctualiteit van de treinen van NS en Eurostar. Beide maken gebruik
van de HSL als kortste verbinding tussen Amsterdam en Rotterdam.
Tot slot
De realisatie van PHS gaat onverminderd door. Dat is goed te zien in onder meer Amsterdam,
Vught, Nijmegen en tussen Rijswijk, Delft en Rotterdam. Reizigers op die trajecten
merken dat ook. Uiteindelijk resulteert dit op termijn in meer treinen en daarmee
meer zitplaatsen voor reizigers op die drukke trajecten. Samen met sectorpartijen
als ProRail, NS, goederenvervoerders en medeoverheden werkt IenW onverminderd hard
aan het spoor verder klaar maken voor de toekomst.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
Ch.A. Jansen
Indieners
-
Indiener
C.A. Jansen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.