Brief regering : Actieplan Samen tegen mensenhandel
28 638 Mensenhandel
Nr. 251
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARISSEN VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID EN VAN VOLKSGEZONDHEID,
WELZIJN EN SPORT EN DE MINISTERS VAN BUITENLANDSE ZAKEN, VOOR BUITENLANDSE HANDEL
EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING EN VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 juni 2024
Door middel van deze brief wordt het versterkte Actieplan van het programma «Samen
tegen mensenhandel» aan uw Kamer aangeboden. Het Actieplan van 18 oktober jl. is inhoudelijk
en procesmatig versterkt vanwege de moties die in het kader van het commissiedebat
en het tweeminutendebat met uw Kamer, op 21 december jl., zijn ingediend en aangenomen.
Hierover werd uw Kamer reeds op 2 februari (Kamerstuk 28 638, nr. 247) en 23 april jl. (Kamerstuk 28 638, nr. 248) per brief geïnformeerd. Over laatstgenoemde brief heeft een schriftelijk overleg
plaatsgevonden op 16 mei jl., waarvan de antwoorden recent met uw Kamer zijn gedeeld.
Met dit versterkte Actieplan werken we samen met ketenpartners aan het voorkomen,
het beter signaleren en helpen van slachtoffers en het aanpakken van daders van mensenhandel.
Het is onze ambitie om gezamenlijk het aantal slachtoffers in Nederland naar beneden
brengen. Dit willen we bereiken door de samenwerking in de aanpak te verbeteren en
verder te professionaliseren. Alleen samen kunnen we mensenhandel een halt toebrengen.
Onze gezamenlijke ambitie wordt uitgedragen in drie strategische doelen, die we sinds
2018 onder de vlag «Samen tegen mensenhandel» hanteren. We willen zoveel mogelijk
voorkomen dat mensen slachtoffer worden. Aanvullend willen we dat (mogelijke) slachtoffers
snel en adequaat gesignaleerd worden, uit de situatie gehaald worden en de benodigde
zorg en ondersteuning ontvangen. Ten slotte willen we daders op allerlei manieren
frustreren en aanpakken, zowel strafrechtelijk en bestuursrechtelijk als via het opwerpen
van barrières. Tegelijkertijd zetten we in op het voorkomen van herhaald daderschap.
Onze inzet komt samen in zes actielijnen, welke alle concrete acties met actiehouders
en betrokken organisaties bevatten. De actielijnen zijn zo ingericht dat wordt gestreefd
naar een integrale aanpak van de problemen en dat over en weer van elkaar wordt geleerd.
Integraal betekent ook dat dit plan gericht is op alle leeftijden. Om inzicht te bieden
in hetgeen de acties moeten opleveren voor de aanpak van een uitbuitingsvorm, wordt
bij de acties aangegeven op welke uitbuitingsvorm(en) deze zich richt(en). De actielijnen
luiden als volgt:
1. Creëren van brede bewustwording: meer mensen moeten bewust worden gemaakt van wat mensenhandel is, zodat mensenhandel
eerder wordt gesignaleerd en voorkomen.
2. Vergroten van de meldingsbereidheid: het moet voor slachtoffers duidelijk zijn waar zij terecht kunnen als zij hulp nodig
hebben, burgers moeten makkelijk kunnen overzien waar zij signalen kunnen doorgeven
en professionals moeten informatie kunnen vinden die hen verder helpt.
3. Investeren in en werken aan een betere vaststelling van slachtofferschap en bescherming
van slachtoffers: van zorg en opvang tot opsporing en vervolging: de aanpak van mensenhandel moet voor
het (potentiële) slachtoffer werken. Om herhaald daderschap te voorkomen, wordt de
resocialisatie van daders versterkt.
4. Verbeteren van de (bovenregionale en regionale) samenwerking: door een meer uniforme wijze van samenwerken kan makkelijker over regio’s heen worden
samengewerkt en verbanden worden gelegd om georganiseerde netwerken aan te pakken.
5. Verbetering van de informatiedeling en gegevensverwerking: een goede inrichting van de gegevensverwerking zorgt ervoor dat de gegevens- en informatiedeling
bijdraagt aan de oplossing van de problematiek en dat deze rechtmatig en zorgvuldig
wordt uitgevoerd.
6. Versterken van de positie van minderjarige slachtoffers: minderjarige slachtoffers zijn steeds minder goed in beeld. De praktijk moet de juiste
handvatten aangeboden krijgen ten behoeve van betere signalering, hulpverlening en
de bevordering van samenwerking.
Onze ambitie, doelstellingen, actielijnen en acties moeten de komende jaren resultaten
gaan leveren. Ze vormen nadrukkelijk een aanvulling op het bestaande beleid dat in
de voorgaande jaren ontplooid is en ook in de komende jaren gecontinueerd wordt. Het
programma dient daarbij als paraplu waaronder de nieuwe acties met staand beleid verbonden
kunnen worden, al naar gelang de ontwikkelingen in het veld en de behoeften bij de
betrokken partijen. Dit vergt onze continue inzet en betrokkenheid.
Uw Kamer zal tweejaarlijks worden geïnformeerd over de voortgang van het Actieplan.
Daarbij worden de voortgang van de acties en de behaalde resultaten gerapporteerd.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, E. van der Burg
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
M. van Ooijen
De Minister van Buitenlandse Zaken,
H.G.J. Bruins Slot
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,
E.N.A.J. Schreinemacher
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
C.E.G. van Gennip
Indieners
-
Indiener
E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid -
Medeindiener
M. van Ooijen, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Medeindiener
E.N.A.J. Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking -
Medeindiener
H.G.J. Bruins Slot, minister van Buitenlandse Zaken -
Medeindiener
C.E.G. van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.