Brief regering : Meerjarenstrategie voor de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM's)
29 697 Gebiedsgerichte economische perspectieven en Regionaal Economisch Beleid
Nr. 151 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 juni 2024
Hierbij bied ik uw Kamer de meerjarenstrategie voor de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen
(ROM's) aan conform de motie Amhaouch c.s. van 23 november 20221.
Het uitgangspunt voor de meerjarenstrategie is om de ROM’s te laten blijven doen waar
ze goed in zijn, namelijk het ondersteunen van het innovatieve MKB in de regio. De
meerjarenstrategie richt zich op het intensiveren van de samenwerking op bovenregionaal
niveau en vormt het kader van de bovenregionale activiteiten van de ROM’s. Bij het
vormgeven van de meerjarenstrategie is geborgd dat de regionale verankering van de
ROM’s voorop staat en dat de bovenregionale samenwerking niet concurreert met de ROM-inzet
per regio, maar hier juist aanvullend aan is.
De meerjarenstrategie bestaat uit drie pijlers:
i. Betere verbinding tussen Rijk & regio: door actiever bovenregionaal samen te werken en projecten te coördineren die landelijk
beleid met regionale uitvoering verbindt.
ii. Versterken van de basis: gericht op het versterken van de kennis en competenties van de ROM’s als geheel
iii. Thematische
inzet op relevante transities en maatschappelijke uitdagingen: De transities en maatschappelijke uitdagingen leveren kansen op voor economie en
samenleving en gaan over regio’s heen. Daarom leent de bovenregionale inzet van de
ROM’s zich hier goed voor.
Met deze meerjarenstrategie streven Rijk en provincies naar een versterkend effect
van de activiteiten van de ROM’s door meer onderlinge samenwerking. Daarbij wordt
voortgebouwd op de reeds bestaande samenwerkingsinitiatieven tussen de ROM’s, waarbij
opgedane ervaringen en inzichten worden gebruikt om verbeteringen aan te brengen in
de gezamenlijke uitvoering van programma’s en thema’s. Dit met als doel om de regionale
ecosystemen te versterken, een betere dienstverlening aan ondernemers te bieden en
uiteindelijk het toekomstig verdienvermogen van Nederland als geheel te versterken.
De incidentele middelen van € 4 miljoen die vanwege het amendement van Van Strien
c.s.2 van 12 oktober 2023, beschikbaar zijn gesteld voor de bovenregionale samenwerking
van de ROM’s worden in lijn met de drie pijlers uit deze meerjarenstrategie ingezet.
Zoals de motie oproept, is de meerjarenstrategie in gezamenlijk opgesteld door het
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK), de provincies en de ROM’s. Om tot
een voldragen meerjarenstrategie te komen was gedurende dit proces meer afstemming
nodig dan vooraf ingeschat en daarom heeft dit traject meer tijd in beslag genomen
dan initieel verwacht.
Tijdens de uitwerking is gebleken dat een meerjarenstrategie een betere duiding is dan een meerjarenplan (zoals verzocht in de motie) gezien de rol van EZK en provincies als opdrachtgevers
en de ROM’s als uitvoerders. De ROM’s stellen als uitvoerders een eigen meerjarenplan
op heeft en in de meeste regio’s is ook sprake van een eigen strategisch kader. Deze
meerjarenstrategie vervangt deze plannen niet, maar geeft vanuit EZK en de provincies
op een strategisch niveau richting aan de gezamenlijke bovenregionale inzet vanuit
alle ROM’s tezamen.
Daarnaast heeft de motie Amhaouch ook verzocht om te onderzoeken hoe het brede mkb
beter bediend kan worden door de ROM's. Dit vraagstuk is opgenomen in het traject
van de actieagenda mkb-dienstverlening onder leiding van Rob Schouten.3 Uit dit traject blijkt dat de focus van de ROM’s vooral gericht is op het bedienen
van het innovatieve mkb.
Op 6 juli 2023 is de motie van het lid Romke de Jong c.s.4 ingediend die verzoekt om samen met de ROM’s en de provincies inzichtelijk te maken
wat er nodig is om de aanjagende positie te versterken om zo innovatiekracht in de
regio beter te ontsluiten. Ook deze motie wordt middels het aanbieden van deze meerjarenstrategie
afgedaan.
Ten slotte wil ik uw Kamer informeren over de motie Koekoek5 van 12 maart jl., waar verzocht wordt de regionale ontwikkelingsmaatschappijen de
opdracht te geven om met het mbo in gesprek te gaan over hoe ze de samenwerking kunnen
verbeteren in de regionale ecosystemen. Deze opdracht is inmiddels uitgezet en de
ROM’s hebben aangegeven dit voortvarend op te pakken. Hiermee beschouw ik ook deze
motie als afgedaan.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat