Brief regering : Kabinetsreactie AWTI-advies “In dienst van de toekomst. Van optimalisatie naar transformatie”
33 009 Innovatiebeleid
Nr. 145
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 juni 2024
Op 14 december 2023 publiceerde de Adviesraad voor Wetenschap, Technologie en Innovatie
(AWTI) het advies «In dienst van de toekomst. Van optimalisatie naar transformatie».
De AWTI ziet dat Nederland te maken heeft met urgente vraagstukken op het gebied van
klimaat, voedsel, energie, mobiliteit en zorg. Oplossingen voor deze vraagstukken
komen niet vanzelf, maar vragen volgens de AWTI om ingrijpende veranderingen in de
samenleving.
De afgelopen maanden zijn verscheidene adviezen verschenen die in lijn zijn met het
advies van de AWTI, zoals de «Visie op Brede Welvaart» (SER)1 en «Goede Zaken. Naar een grotere maatschappelijke bijdrage van ondernemingen» (WRR)2. Het kabinet heeft ervoor gekozen separaat op deze adviezen te reageren, zoals benoemd
in de kabinetsreactie op het WRR advies.3
Met deze brief geef ik, mede namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
een eerste reactie op dit rapport. Gezien de demissionaire status van het kabinet
en het feit dat de AWTI later dit jaar een tweede deel van het adviesrapport zal presenteren,
volgt een verdere inhoudelijke reactie daarna.
Samenvatting advies
Het startpunt van het rapport van de AWTI is dat de Nederlandse overheid de ambitie
heeft om urgente maatschappelijke vraagstukken aan te pakken. De maatschappelijke
vraagstukken vereisen transformaties: fundamentele veranderingen aan maatschappelijke
systemen. Wetenschap, technologie en innovatie zijn onmisbaar om oplossingen aan te
dragen om deze transformaties te realiseren. Nederland loopt met haar missiegedreven
innovatiebeleid internationaal voorop, maar dit is nog niet voldoende om echt de koers
te verleggen, aldus de AWTI.
Volgens de AWTI zijn de benodigde transformaties complex en bevatten deze veel met
elkaar samenhangende facetten. Het beleid versterkt volgens de AWTI nu bestaande processen,
structuren en belangen, waarbij er onvoldoende oog is voor fundamenteel andere perspectieven.
De AWTI vindt dat te lang wordt vastgehouden aan bestaande systemen, waardoor maatschappelijke
vraagstukken uiteindelijk als acute crisis (moeten) worden behandeld. Dit leidt tot
veel maatschappelijke weerstand, symptoombestrijding, het bevestigt de status quo
en vertraagt uiteindelijk de benodigde systeemverandering.
Om een meer transformatiegerichte aanpak in het onderzoeks- en innovatiebeleid in
praktijk te brengen, doet de AWTI vier aanbevelingen:
1. Bied een inspirerend toekomstbeeld gebaseerd op scherpe keuzes. Maak scherpe keuzes,
zodat burgers perspectief krijgen zodat zij met vertrouwen kunnen inspelen op innovatieve
oplossingen van de toekomst.
2. Zet beprijzing en normering in voor transformaties. Combineer deze instrumenten met
subsidies en stem waar mogelijk af op Europees-niveau.
3. Benut de kennis en innovatiekracht uit de samenleving beter. Creëer betere randvoorwaarden
voor maatschappelijke initiatieven en zorg voor voldoende expertise.
4. Maak werk van een transformatiegerichte beleidsmix.
Reactie van het kabinet
Het kabinet beschouwt de analyse en de aanbevelingen van de AWTI als aanmoediging
om het missiegedreven innovatiebeleid4 door te blijven ontwikkelen. Met dit beleid, dat vorig jaar is vernieuwd met de ondertekening
van het Kennis en Innovatieconvenant (KIC), is sinds 2019 een uitgebreid netwerk van
bedrijven, kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties en overheden gebouwd.
Dit biedt een goede basis voor het ontwikkelen en inzetten van innovaties voor maatschappelijke
uitdagingen en transformaties. Vanuit deze basis worden verschillende initiatieven
vanuit of met de rijksoverheid ondernomen die inzetten op vernieuwende structuren
voor kennisontwikkeling en innovatie met brede maatschappelijke betrokkenheid. Bijvoorbeeld
de programma’s die vanuit het Ministerie van LNV mee zijn ontwikkeld binnen het Nationaal
Groeifonds, waarmee we inzetten we op doorbraakinnovaties zoals regeneratieve landbouw,
kweekvlees en nature based solutions (NL2120).
Afgelopen zomer heb ik het «Perspectief op de Nederlandse Economie» naar uw beide
Kamers gestuurd.5 In dit perspectief onderschrijf ik het belang van innovatie voor de economie van
de toekomst. Met de Nationale Technologiestrategie6 maken we scherpe keuzes en zetten we in op technologieën en innovaties die essentieel
zijn voor de transformatievraagstukken. Met de combinatie van de potentiële innovatiekracht
in onze samenleving en de vernieuwing van bestaande structuren kunnen we bijvoorbeeld
de transitie naar een klimaatneutrale en circulaire economie realiseren.
Later dit jaar presenteert de AWTI een tweede deel van het adviesrapport. Hierin gaat
de Raad verder in op de beleidsmix die kennisontwikkeling en innovatie stimuleert
en hoe deze beleidsmix meer transformatiegericht kan worden. Het kabinet ziet dit
tweede deel van het advies tegemoet. Het is aan een nieuw kabinet om aan te geven
of en hoe het de aanbevelingen van de AWTI uit beide delen van het advies op wil volgen.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
M.A.M. Adriaansens
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat