Brief regering : Uitwerking van het kabinetsbesluit voor beschikbaarstelling middelen voor uitvoering maatregelpakketten landelijk gebied
34 682 Nationale Omgevingsvisie
35 334
Problematiek rondom stikstof en PFAS
Nr. 192
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR NATUUR EN STIKSTOF
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 juni 2024
Met deze brief informeer ik uw Kamer over de uitvoering van het eerdere besluit (brief
van 23 januari 2024 (Kamerstuk 34 682, nr. 186) ten aanzien van de integrale beoordeling van de provinciale maatregelpakketten en
het toekennen van middelen om deze ten uitvoer te brengen.
De provincies hebben in de zomer van 2023, op verzoek van het kabinet, provinciale
maatregelpakketten ingediend bij het Rijk waarmee zij op korte termijn kunnen starten
met de uitvoering. Met deze maatregelen kunnen de provincies met draagvlak in de gebieden
stappen zetten voor het realiseren van de doelen op het gebied van water, natuur en
klimaat en werken aan een toekomstbestendige landbouw.
In bovengenoemde brief informeerde ik uw Kamer over het proces dat voor de maatregelpakketten
wordt doorlopen, op welke wijze de toekenning van middelen verloopt en hoe de realisatie
van doelbereik wordt geborgd. Beide Kamers hebben de LNV-begroting 2024 vastgesteld
met daarin een reservering van € 1,28 miljard voor uitvoering van provinciale maatregelpakketten.
In de eerste suppletoire begroting 2024 is aanvullend een bedrag opgenomen van € 434 miljoen.
De provincies hebben op basis van het tussentijds beeld van het Rijk (Kamerstuk 34 682, nr. 179), de onafhankelijke wetenschappelijke beoordeling van Wageningen Economic Research
(WEcR) en (indien van toepassing) adviezen van de Ecologische Autoriteit rond 1 april
verbeterde maatregelpakketten ingediend. Ik waardeer de inspanningen die de provincies
hebben geleverd om te komen tot deze verbeterde maatregelpakketten. De maatregelpakketten
zijn vervolgens door interdepartementale rijkstoetsteams integraal beoordeeld. Daaruit
blijkt dat provincies het overgrote deel van hun maatregelpakketten naar tevredenheid
hebben verbeterd. Zoals aangetoond door WEcR in haar positieve appreciatie, dragen
de pakketten met een positieve beoordeling onderbouwd bij aan de realisatie van de
doelen van het NPLG, waaronder een toekomstbestendige landbouw. Het gaat hierbij bijvoorbeeld
om innovaties, managementmaatregelen, KPI’s op doelsturing, aanleg van nieuwe natuur
en bos, groenblauwe dooradering, beekdalherstel en de klimaatopgave door bijvoorbeeld
vernatting van veenweidegebied.
Op basis van de integrale beoordeling wordt in totaal € 1,54 miljard beschikbaar gesteld
aan de provincies, onder voorbehoud van instemming van de Tweede en Eerste Kamer met
de eerste suppletoire LNV-begroting; dit betekent dat € 0,17 miljard terug gaat naar
de aanvullende post. Conform mijn brief van 23 januari 2024 (Kamerstuk 34 682, nr. 186) zijn de middelen gereserveerd op basis van de appreciatie door WEcR. Maatregelpakketten
die niet positief zijn beoordeeld of geen onderdeel zijn geweest van deze appreciatie,
zijn dan ook niet meegenomen in de integrale beoordeling. Onderstaand is een tabel
opgenomen met een uitsplitsing van de bedragen naar provincies.
bedragen x 1 mln.
Financiële bijdrage
Plafondbedrag reser-vering (o.b.v. WEcR)
Aangevraagd
2024–2026
Drenthe
270
270
462
Flevoland
13
13
24
Friesland
180
190
279
Gelderland
33
33
140
Groningen
60
143
174
Limburg
55
55
210
Noord-Brabant
231
231
253
Noord-Holland
21
21
165
Overijssel
234
249
258
Utrecht
249
314
302
Zeeland
7
7
62
Zuid-Holland
188
188
694
Totaal
1.541
1.714
3.022
Gelijktijdig met deze Kamerbrief stuur ik 12 afzonderlijke brieven naar de provincies
met de uitkomsten van de integrale beoordeling van hun maatregelpakket en de toekenning
van middelen daarvoor. Deze brieven worden openbaar gemaakt op
www.onslevendlandschap.nl. Het streven is om de beschikkingen van de op de begroting gereserveerde middelen
zo snel mogelijk en uiterlijk in het vierde kwartaal 2024 aan de provincies te doen
toekomen, zodat de uitvoering van de maatregelen kan starten.
De Minister voor Natuur en Stikstof, Ch. van der Wal-Zeggelink
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van der Wal, minister voor Natuur en Stikstof