Brief regering : Optreden Defensie in het cyberdomein
33 321 Defensie Cyber Strategie
Nr. 10
BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 mei 2024
De cyberdreiging gericht tegen Nederland en onze bondgenoten is onverminderd groot
en vraagt om een slagvaardige Defensieorganisatie, nu en in de toekomst. Een organisatie
die cyberdreigingen tijdig onderkent, hiertegen optreedt en anderen in staat stelt
zich hiertegen te weren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garanties
voor de toekomst want de dreiging in het cyberdomein is voortdurend en veranderlijk.
Het verkleinen van de scheefgroei tussen de digitale dreiging en de weerbaarheid vraagt
daarom doorlopend de aandacht van het kabinet, het bedrijfsleven, kennisinstellingen
en de samenleving als geheel.
In deze brief zal ik mij conform verzoek van uw Kamer richten op de taakuitvoering
van Defensie in het cyberdomein, in het bijzonder het optreden van de krijgsmacht
in het zogenaamde grijze gebied tussen oorlog en vrede. In deze brief ga ik in op
het dreigingsbeeld, de verschillende vormen van optreden van Defensie in het cyberdomein
en schets ik een doorkijk van de mogelijke vervolgstappen zodat Defensie ook in de
toekomst haar taken in het cyberdomein op effectieve wijze kan blijven uitvoeren.
Tijdens het commissiedebat MIVD en Cyber van 12 juni as. wissel ik hier graag verder
met u van gedachten over.
Dreigingsbeeld
Cyberactiviteiten lenen zich bij uitstek voor hybride conflictvoering onder de grens
van een traditioneel gewapend conflict, in het zogenaamde grijze gebied tussen oorlog
en vrede. Cyberdreiging in dit grijze gebied is dagelijkse realiteit, evenals de verdediging
hiertegen. Statelijke en niet-statelijke actoren ontplooien op grote schaal cyberactiviteiten,
waaronder spionage, verstoring van systemen en voorbereidingen voor sabotage. De Russische
oorlog tegen Oekraïne, de activiteiten van Rusland op bondgenootschappelijk grondgebied
en een steeds assertiever China als economische en militaire mogendheid hebben een
aanzienlijke impact op de Europese veiligheid. De directe en indirecte effecten hiervan
worden steeds zichtbaarder. De MIVD rapporteert dat naast Oekraïne ook NAVO-bondgenoten,
de Nederlandse krijgsmacht, ministeries en ambassades in het afgelopen jaar doelwit
zijn geweest van (onsuccesvolle) Russische cyberspionagepogingen.1 De Russische cyberactiviteiten raken het NAVO-grondgebied, waaronder ook Nederlandse
belangen, zoals Nederlandse organisaties in hun ketenafhankelijkheid. Het Dreigingsbeeld
Statelijke Actoren van de AIVD, MIVD en NCTV geeft aan dat Rusland zich onder meer
richt op prepositie voor sabotage tegen kritieke infrastructuur.2
Optreden Defensie in het cyberdomein
Binnen het cyberdomein heeft Defensie drie aandachtsgebieden:
1) Cyberveiligheid: Defensie moet in het volledige conflictspectrum, inclusief de meest
extreme omstandigheden, adequaat de eigen systemen, processen, operaties en personeel
in het digitale domein kunnen beschermen. Dit is de doorvertaling van force protection in het cyberdomein.
2) Cyber als volwaardig operationeel domein: de krijgsmacht moet zowel eigenstandig als
geïntegreerd militaire cybercapaciteiten in kunnen zetten, in multidomein operaties
teneinde fysieke, informationele en cognitieve effecten te realiseren.
3) Cyberweerbaarheid van Nederland en bondgenoten: Defensie dient een rol te spelen in
de cyberweerbaarheid van Nederland en bondgenoten. Defensie is daarin een solide partner
in een maatschappijbrede aanpak om de gedigitaliseerde samenleving en het bedrijfsleven
veilig te houden.
Capaciteiten van Defensie in het cyberdomein
Binnen Defensie zijn de cybercapaciteiten als volgt belegd:
1) inlichtingen en cyberweerbaarheid bij de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst
(MIVD);
2) cybersecurity bij het Defensie Cyber Security Centrum (DCSC);
3) militaire cyberoperaties bij het Defensie Cyber Commando (DCC).
Door samenwerking versterken de verschillende defensieonderdelen elkaar. Een integrale
benadering is noodzakelijk om het gezamenlijke doel na te streven: Nederland en onze
partners veilig houden.
1. Inlichtingen bij de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD)
De inlichtingenfunctie van Defensie is primair belegd bij de MIVD. De MIVD doet samen
met de AIVD onderzoek naar landen met een offensief cyberprogramma gericht tegen Nederland
en Nederlandse belangen. De diensten delen inlichtingen met partners ten behoeve van
cyberweerbaarheid en hebben tevens de bevoegdheid tot het verstoren van cyberoperaties,
op grond van artikel 73 van de Wiv 2017. Door samen te werken met (inter)nationale
partners draagt Defensie bij aan de maatschappelijke cyberweerbaarheid.
Met de inwerkingtreding per 1 juli a.s. van de Tijdelijke wet cyberoperaties kunnen
de diensten sneller en beter optreden tegen dreigingen van landen met een offensief
cyberprogramma tegen Nederland en onze bondgenoten. Zoals in de Hoofdlijnennotitie
wijziging Wiv 20173 aangegeven zullen de resultaten van de aangekondigde monitoring van de uitvoering
van de Tijdelijke wet worden betrokken bij de herziening van de Wiv 2017.
2. Cyberveiligheid (DCSC)
De cyberveiligheid van Defensie is primair ondergebracht bij het Defensie Cyber Security Centrum (DCSC). Het DCSC monitort samen met de Security Operating Centers (SOCs) van de Defensieonderdelen dagelijks netwerken van Defensie op cyberaanvallen.
Bij het tegengaan van cyberincidenten heeft het DCSC onder meer de beschikking over
Cyber Rapid Response Teams (CRRT) en voorziet het DCSC in het uitwisselen van relevante informatie tussen verschillende
defensieonderdelen.
3. Cyber als operationeel domein (DCC)
Het Defensie Cyber Commando (DCC) voert militaire cyberoperaties uit en draagt zo
bij aan de algehele slagkracht van de krijgsmacht. Militaire cyberoperaties kunnen
zowel defensief, offensief of voorwaardenscheppend van aard zijn. Onderdeel van het
DCC is het expertisecentrum op het gebied van cyber voor heel Defensie: het Cyber Warfare and Training Centre (CWTC).
Daarnaast speelt cyber bij militaire operaties in de andere vier operationele domeinen4 ook een essentiële rol, bijvoorbeeld in de vorm van informatieoperaties, het vergaren
van gevechtsinlichtingen en het ondersteunen dan wel bewerkstelligen van militaire
effecten op strategisch, operationeel en tactisch niveau.
De krijgsmacht moet informatiegestuurd kunnen optreden binnen passende juridische
kaders. Het succesvol kunnen uitvoeren van cyberoperaties vereist kennis over kwetsbaarheden
binnen systemen van potentiele tegenstanders. Omdat het merendeel van de cyberoperaties
bestaat uit inlichtingenactiviteiten, intensiveert Defensie de samenwerking tussen
DCC en MIVD in de vorm van multidisciplinaire cyberteams die hun taken uitvoeren onder
de Wiv 2017. Voor een gedegen inzet van de krijgsmacht voor militaire cyberoperaties
is naast de doorontwikkeling van DCC en MIVD, ook de ontwikkeling van tactische capaciteit
voor cyberoperaties en elektromagnetische activiteiten van de defensieonderdelen een
prioriteit. Het is belangrijk dat onderdelen van de krijgsmacht, zoals bijvoorbeeld
het Joint Intelligence, Surveillance, Target Acquisition & Reconnaissance Commando
(JISTARC) zich goed kunnen voorbereiden op mogelijke inzet.
Doorontwikkeling van Defensie in het cyberdomein
In de huidige geopolitieke context wordt de samenleving geconfronteerd met hybride
conflictvoering, onder de grens van een traditioneel gewapend conflict. Zoals tevens
geconcludeerd door de commissie Brouwer is het van belang dat Defensie in dit grijze
gebied tussen oorlog en vrede effectief en op basis van passende juridische kaders
kan oefenen en optreden. Hierbij horen bevoegdheden afhankelijk van de taakstelling
en de gereedstellingsstatus van Defensie. In dit licht heb ik opdracht gegeven de
mogelijkheden voor een specifieke wettelijke grondslag te onderzoeken, bijvoorbeeld
via een Wet op de gereedstelling. Het is aan een volgend kabinet om hierin verdere
keuzes te maken.
Ook zet Defensie in op verdere versterking van de cybersamenwerking tussen de verschillende
Defensieonderdelen en met de private sector. Deze aanpak als ook het belang van schaalbaarheid,
door inzet van cyberreservisten, zijn onderdeel van de nieuwe Defensie Cyber Strategie
(DCS) die eind dit jaar wordt verwacht.
Tot slot hecht ik eraan in deze brief te vermelden dat op dit moment wordt gewerkt
aan een herziening van de Wiv 2017 waarbij de slagkracht van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten
en daarbij behorende effectieve waarborgen een belangrijk uitgangspunt is.
De Minister van Defensie,
K.H. Ollongren
Indieners
-
Indiener
K.H. Ollongren, minister van Defensie
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.