Brief regering : Toezeggingen m.b.t. Implementatiewet richtlijnen verkoop goederen en levering digitale inhoud
35 734 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet handhaving consumentenbescherming en enige andere wetten in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2019/771 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2019 betreffende bepaalde aspecten van overeenkomsten voor de verkoop van goederen, tot wijziging van Verordening (EU) 2017/2394 en Richtlijn 2009/22/EG, en tot intrekking van Richtlijn 1999/44/EG, en van Richtlijn (EU) 2019/770 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2019 betreffende bepaalde aspecten van overeenkomsten voor de levering van digitale inhoud en digitale diensten (PbEU 2019, L 136) (Implementatiewet richtlijnen verkoop goederen en levering digitale inhoud)
Nr. 16
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 mei 2025
Op 27 april 2022 is de Implementatiewet richtlijnen verkoop goederen en levering digitale
inhoud (hierna: Implementatiewet) in werking getreden.1 Deze wet bevat met name regels over de rechten van consumenten in het geval dat door
hun aangeschafte goederen, digitale inhoud of diensten niet goed werken (non-conformiteit).
Tijdens de plenaire behandeling op 26 januari 2022 van de Implementatiewet is door
de Minister voor Rechtsbescherming aan uw Kamer toegezegd:
1) om de gevolgen van de updateverplichting voor de administratieve lasten van ondernemers
zorgvuldig te monitoren en de Kamer hierover twee jaar na inwerkingtreding te informeren.
In de uitwerking hiervan moet gekeken worden naar hoe kleine ondernemers hierin kunnen
worden ondersteund, met name in de verhouding tussen de kleine ondernemer en de fabrikant
en/of leverancier;
2) om de Implementatiewet twee jaar na inwerkingtreding te evalueren en de Kamer vooraf
te informeren over de randvoorwaarden van de evaluatie.
Via deze Kamerbrief licht ik toe, mede namens de Minister voor Rechtsbescherming,
hoe uitvoering is gegeven aan bovenstaande toezeggingen. Aanvullend hierop informeer
ik uw Kamer graag over een onderzoek dat de Autoriteit Consument & Markt (ACM) en
Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI) hebben gedaan over de informatieverstrekking
over updates en de werking en de veiligheid van slimme apparaten.
1) Eerste resultaten monitoring updateverplichting
De Implementatiewet legt handelaren2 (hierna: ondernemers) de verplichting op om (beveiligings)updates te verstrekken
aan consumenten, zolang zij dit redelijkerwijs mogen verwachten. Wat redelijkerwijs
is, hangt af van het product en de omstandigheden. De updateverplichting moet ervoor
zorgen dat een product met een digitaal element (zoals een smart tv), een digitale
dienst (zoals een streamingsdienst) of digitale inhoud (zoals een muziekbestand) op
hetzelfde niveau blijft functioneren als ten tijde van de aankoop. De consument kan
de ondernemer aanspreken als de updates niet, gebrekkig of onvolledig worden verstrekt,
tenzij:
− de consument uitdrukkelijk akkoord is gegaan met een duidelijk aanbod van de ondernemer
om geen updates te ontvangen of;
− de consument de updates niet of niet goed installeert, terwijl de ondernemer hem wel
duidelijk hierover heeft geïnformeerd.
Ten behoeve van de uitvoering van deze toezegging heb ik gesprekken gevoerd met sectorpartijen.
Hierbij heb ik ook aandacht besteed aan de impact op kleine ondernemers en de positie
van de (kleine) ondernemers ten opzichte van de fabrikanten. Uit de gesprekken blijkt
dat zowel kleine als grotere ondernemers beperkte ervaring hebben met de uitvoering
van de updateverplichting én dat bepaalde onderdelen van de updateverplichting lastig
uitvoerbaar zijn. Voor de verplichting die rust op de ondernemer om een consument
te informeren als er een nieuwe update beschikbaar is, zal de ondernemer bijvoorbeeld
de contactgegevens van de consument moeten bijhouden.
Bij de uitvoerbaarheid van de updateverplichting kan het ondernemers helpen als er
een verplichting komt voor fabrikanten om de updates te verstrekken. In de praktijk
is het veelal de fabrikant die de consument op de hoogte brengt als een nieuwe update
beschikbaar is. De introductie van de Cyber Resilience Act3 is hierbij een belangrijke stap. In deze nieuwe Europese wetgeving worden fabrikanten
onder andere verplicht om veiligheidsupdates te verstrekken tijdens de gehele verwachte
gebruiksduur van producten met digitale elementen. Deze verplichting zal naar verwachting
vanaf 2027 in de gehele Europese Unie gelden. Ik heb aan de Commissie gevraagd om
in de evaluatie te kijken naar de samenhang tussen de richtlijnen en de Cyber Resilience
Act.
Ik heb daarnaast aan de Commissie gevraagd om tijdens de evaluatie extra aandacht
te besteden aan de uitvoerbaarheid, de administratieve lasten en de naleving van de
regels ten aanzien van de updateverplichting voor ondernemers. In dit kader is het
van belang om de verhouding tussen de (kleinere) ondernemers en fabrikanten en/of
leveranciers in ogenschouw te nemen.
Tot slot heb ik een eerste flitspeiling laten uitvoeren naar de updateverplichting
onder 294 ondernemers en 1066 consumenten.4 Uit deze flitspeiling blijkt dat 42% van de ondervraagde ondernemers de belasting
van de administratieve lasten vanwege de updateverplichting als neutraal ervaart en
39% de administratieve lasten als belastend ervaart. Zo geven ondernemers aan dat
zij de algemene voorwaarden en de informatie op hun website eenmalig hebben moeten
aanpassen. Daarnaast geven ondernemers aan dat zij een proces hebben moeten inrichten
om updates beschikbaar te kunnen stellen.
In de flitspeiling geeft een meerderheid van de ondervraagde consumenten (59%) aan
op de hoogte te zijn van het recht op updates. Daarnaast geven consumenten aan dat
zij bij hun meest recente aankoop vaker niet (41%), dan wel (31%) zijn geïnformeerd
over hun recht op updates.
2) Evaluatie van de richtlijnen verkoop goederen en levering digitale inhoud
De Europese Commissie (hierna: Commissie) start dit jaar met de evaluatie van de richtlijnen
verkoop goederen en levering digitale inhoud (hierna: richtlijnen). Ik vind het niet
wenselijk om gelijktijdig een evaluatie uit te voeren van de Implementatiewet, omdat
het gaat om Europese wetgeving. Het is ondoelmatig om separaat de Implementatiewet
te evalueren als de onderliggende internationale wetgeving, die we moeten uitvoeren,
reeds wordt geëvalueerd door de Commissie.
Ik zal een actieve bijdrage leveren aan de evaluatie van de Commissie. Zoals eerder
in deze Kamerbrief aangegeven, heb ik reeds enkele belangrijke punten meegegeven aan
de Commissie. Daarnaast heb ik de resultaten van de flitspeiling met de Commissie
gedeeld.
3) Onderzoek ACM en RDI
De ACM en de RDI hebben onderzoek gedaan naar de informatieverstrekking over updates
en de werking en de veiligheid van slimme apparaten. Zij hebben onder andere onderzocht
of fabrikanten en verkopers verplichte informatie verstrekken, of zij updates aanbieden
en of deze updates veilig en van goede kwaliteit zijn. Volgens dit onderzoek wordt
door de verkoper vaak geen informatie verstrekt over het updatebeleid bij online aangeschafte
slimme apparaten. Daarnaast werden beveiligingsupdates niet altijd geleverd, terwijl
er wel beveiligingszwakheden waren gevonden. De ACM geeft aan dat zij door het onderzoek
beter beeld heeft gekregen over welke informatie consumenten krijgen voor, bij en
na de aankoop van slimme apparaten en of de apparaten die consumenten kopen veilig
zijn en blijven functioneren.5 De ACM is een onafhankelijke toezichthouder en houdt toezicht op de verplichting
van verkopers om updates te leveren op grond van de Implementatiewet richtlijnen verkoop
goederen en levering digitale inhoud.
De uitkomsten van het onderzoek zijn van belang voor het toezicht door de ACM.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
M.A.M. Adriaansens
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat