Brief regering : Reactie voorstel informatieafspraken inzake EU-voorstel Pakket ter verdediging van de democratie
36 514 EU-voorstel: Richtlijn transparantie van namens derde landen uitgevoerde belangvertegenwoordigingsactiviteiten COM (2023) 637
Nr. 2
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 maart 2024
Met deze brief reageer ik op de brief van 22 maart jongstleden. Hierin wordt verzocht
om een schriftelijke reactie op de door de vaste commissie van Binnenlandse Zaken
geformuleerde concept-informatieafspraken in het kader van het parlementair behandelvoorbehoud
over het EU-voorstel voor een richtlijn tot vaststelling van geharmoniseerde voorschriften
voor de interne markt betreffende de transparantie van namens derde landen uitgevoerde
belangvertegenwoordigingsactiviteiten (COM (2023) 637, BNC-fiche)(Kamerstuk 36 514, nr. 1).
De onderhandelingen over de richtlijn zijn begin 2024 van start gegaan. Op dit moment
vindt de eerste lezing plaats. Lidstaten geven per hoofdstuk aan hoe zij naar de inhoud
kijken met een nadruk op de proportionaliteit van de richtlijn. Nederland steunt,
net als vele andere lidstaten, het doel van de richtlijn. Het oordeel van het kabinet
ten aanzien van de proportionaliteit is echter deels positief, deels negatief. Nederland
heeft ook melding gemaakt van het parlementair voorbehoud. Ik zeg u hierbij toe dat
ik uw Kamer in de komende periode conform uw verzoek als volgt zal informeren:
• In de kwartaalrapportages over de stand van zaken rondom de behandeling van de Europese
voorstellen op het terrein van BZK zal ik de Kamer periodiek informeren over de stand
van zaken van deze richtlijn. Dat zal ik ook doen via de geannoteerde agenda van de
Raad Algemene Zaken voor zover de Richtlijn op de agenda van de Raad staat.
• Ik zal de Kamer tijdig informeren wanneer ik voorzie in de onderhandelingen te moeten
afwijken van het kabinetsstandpunt zoals weergegeven in het BNC-fiche en/of nadien
vastgelegd met de Kamer, bijvoorbeeld in toezeggingen en moties.
• Ook zal ik de Kamer tijdig informeren wanneer er substantiële nieuwe elementen aan
het oorspronkelijke voorstel lijken te worden toegevoegd of belangrijke elementen
worden verwijderd tijdens de onderhandelingen.
• Ik zal ernaar streven de Kamer tijdig te informeren over opties die voorliggen ter
besluitvorming in de Raad en onderliggende Raadswerkgroepen die voor het Ministerie
van BZK gevolgen hebben voor belangrijke elementen van de voorgestelde richtlijn en/of
de Nederlandse inzet.
De ervaring leert echter dat de vergaderfrequentie van de (ambtelijke) Raadswerkgroepen
hoog is, dat de bestudeerde teksten vaak nog flink in beweging zijn alvorens er zich
een duidelijke richting aftekent, en er soms – binnen de kaders van de Nederlandse
inzet – snel gehandeld moet worden. Op dit punt moet ik in uw richting dus een voorbehoud
maken. De planning van de bijeenkomsten en de voorspelbaarheid van de agenda is in
hoge mate afhankelijk van het voorzitterschap, dat de komend anderhalf jaar achtereenvolgens
bekleed zal worden door België, Hongarije en Polen.
• Zodra een akkoord definitieve compromistekst aanstaande is, zal ik de Kamer tijdig
informeren, zodat dit in concept kan worden bestudeerd. De informatie zal gaan over
hoe dit akkoord zich verhoudt tot de inzet in het BNC-fiche, met een focus op de belangrijke
elementen zoals hierboven omschreven.
• Zodra de onderhandelingen in de Raad Algemene Zaken en met het Europees Parlement
zijn afgerond, ontvangt de Kamer een appreciatie van het uiteindelijk behaalde resultaat
in relatie tot de oorspronkelijke Nederlandse onderhandelingsinzet.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
H.M. de Jonge
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.