Brief regering : Reactie op Visie 'Toekomstbestendige Luchtvaart voor Nederland' van het Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum (NLR) en andere organisaties
31 936 Luchtvaartbeleid
Nr. 1143 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 februari 2024
De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat heeft op 25 januari verzocht
om een reactie te ontvangen op de visie «Toekomstbestendige Luchtvaart voor Nederland»
van het Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum en andere organisaties. Middels deze
brief wordt daar opvolging aan gegeven. In deze reactie wordt in ogenschouw genomen
dat het plan vanuit de sector is gericht aan de onderhandelaren in de formatie ten
behoeve van een nieuw Regeerakkoord. In deze brief wordt aangegeven hoe de inbreng
van de sectorpartijen wordt meegenomen in de uitvoering van het huidige beleid.
Het is goed dat de luchtvaartsector de maatschappelijke verantwoordelijkheid voelt
om bij te dragen aan een stillere, schonere luchtvaart en aan een betere balans met
de omgeving. Dit zijn belangrijke doelen om samen te realiseren.
De punten die in dit plan zijn genoemd zijn dan ook al langere tijd bekend bij het
ministerie en worden meegenomen bij de beleidsvorming.
De doelen die de sector stelt zijn in veel gevallen minder ambitieus dan die van het
kabinet. Op veel van de genoemde punten worden al acties ondernomen. Het is bij de
luchtvaartsector ook bekend dat sommige punten uit de visie «Toekomstbestendige Luchtvaart
voor Nederland» moeilijk realiseerbaar zijn en/of veel tijd zullen gaan kosten.
Het kabinet heeft met de Hoofdlijnenbrief van juni 20221, net als de ondertekenaars van dit document, tot doel om de balans met de omgeving
te herstellen en de geluidsoverlast te verminderen. Op dit moment worden de doelen
uit de Hoofdlijnenbrief uitgewerkt. Via de voortgangsbrieven Programma Omgeving Luchthaven
Schiphol wordt de Kamer hiervan op de hoogte gehouden.
Om een geluidreductie in de omgeving van Schiphol te realiseren, wordt de balanced
approach procedure doorlopen. De sector heeft in de consultatiefase van deze procedure
ook input mogen leveren. Het maatregelenpakket dat sinds 1 september 2023 is genotificeerd
bij de Europese Commissie behaalt het geluidsdoel sneller dan de termijn die in de
visie «Toekomstbestendige luchtvaart voor Nederland» wordt genoemd. De Europese Commissie
buigt zich nu over het maatregelenpakket en zal met een advies komen. Daarna zal het
kabinet besluiten over het definitieve pakket van maatregelen.
Op het gebied van duurzaamheid streeft het Ministerie van IenW, net als de luchtvaartsector,
14% bijmenging van duurzame brandstof in 2030 na. Het is niet mogelijk dit te verplichten
door de harmoniserende Europese regelgeving. IenW onderzoekt of er mogelijk andere
instrumenten zijn om te stimuleren dat er vrijwillig sneller meer duurzame luchtvaartbrandstoffen
worden bijgemengd. Hiervoor zijn geen financiële middelen geoormerkt.
Aangezien de luchtvaart een internationale sector is, is het kabinet net als de sector
van mening dat zoveel mogelijk duurzaamheidsmaatregelen mondiaal geregeld moeten worden.
Tegelijk is het bijna niet mogelijk om op mondiaal niveau concreet klimaatbeleid te
realiseren op (relatief) korte termijn. Zo ondervinden bijvoorbeeld voorstellen voor
een mondiale kerosinebelasting en aanscherping van CORSIA2 veel weerstand. Om die reden zet IenW óók in op Europees en nationaal beleid. De
ambitie is om zo veel mogelijk mondiaal te regelen, maar er moet niet te lang gewacht
worden om op Europees én nationaal niveau stappen te nemen.
Het is mooi dat er veel plannen worden benoemd om de arbeidsomstandigheden van werknemers
te verbeteren. Voor deze plannen wordt in het document helaas niet altijd een concrete
of een minder ambitieuze planning gegeven. Het ministerie gaat er vanuit dat voor
de maatregelen waar de Nederlandse Arbeidsinspectie termijnen heeft gegeven, deze
zullen worden nageleefd. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft de
Kamer op 25 januari jl. geïnformeerd over het besluit van de Nederlandse Arbeidsinspectie.3
Over de bovengenoemde en vele andere maatregelen is en blijft het ministerie op verschillende
niveaus in contact met de luchtvaartsector. Het kabinet werkt graag samen met de sector
om de balans met de omgeving te herstellen en stiller en schoner te vliegen. De Kamer
wordt op de hoogte gehouden van eventuele vervolgacties.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, M.G.J. Harbers
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.G.J. Harbers, minister van Infrastructuur en Waterstaat