Brief regering : SEO-onderzoek Arbeidsvoorwaarden publieke sector
29 544 Arbeidsmarktbeleid
Nr. 1228 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
            
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 december 2023
Goede arbeidsvoorwaarden zijn van groot belang voor de aantrekkelijkheid van het werken
                  binnen de overheid, het onderwijs en de zorg (hierna: «de (semi)publieke sectoren»).
                  Het bieden van aantrekkelijke arbeidsvoorwaarden draagt bij aan het behoud van werknemers
                  én de instroom van nieuwe werknemers. Om een actueel generiek beeld te krijgen van
                  hoe aantrekkelijk en concurrerend de arbeidsvoorwaarden in de (semi)publieke sectoren
                  zijn, is actueel (arbeidsvoorwaarden)onderzoek nodig. Ook de SER heeft in zijn advies
                  «Waardevol werk: publieke dienstverlening onder druk» opgemerkt dat actualisatie van
                  eerdere beloningsonderzoeken nodig is.1
Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft, in samenspraak
                  met verschillende andere ministeries, SEO Economisch Onderzoek gevraagd om onderzoek
                  te doen naar de niveaus en de ontwikkeling van de lonen van werknemers in de (semi)publieke
                  sectoren ten opzichte van vergelijkbare werknemers buiten de eigen sector (zijnde
                  zowel de andere (semi)publieke sectoren als de markt). Ook de secundaire arbeidsvoorwaarden
                  zijn in het onderzoek vergeleken. De volgende (semi)publieke sectoren zijn in het
                  onderzoek meegenomen: het Rijk, de provincies, de gemeenten, de rechterlijke macht,
                  de waterschappen, de onderwijssectoren, de politie, defensie en de zorg (overkoepelend
                  beeld).
               
Met het aanbieden van dit rapport bied ik uw Kamer graag inzicht in de uitkomsten
                  van het onderzoek. Ik vind het belangrijk om te benadrukken dat het onderzoek een
                  generiek beeld schetst: er is in dit onderzoek niet nagegaan of er voor (specifieke)
                  functies beloningsverschillen bestaan. Specifiek(er) onderzoek is hiervoor nodig.
                  Voor sector Rijk is er onderzoek gedaan naar de beloning van (ICT)specialisten en
                  wordt er onderzoek verricht naar het functiewaarderingssysteem (FUWASYS).2
Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft voor de deelsectoren in
                  de zorg aanvullend onderzoek laten uitvoeren. Ook dit onderzoek is met uw Kamer gedeeld.3
Methodologie van het onderzoek
Het onderzoek gebruikt de methodologisch beproefde «matchingmethode». Deze methode
                  is ook in eerdere onderzoeken uit 2017 (voor de overheids- en onderwijssectoren)4 en 2021 (specifiek voor de onderwijssectoren)5 gebruikt, waarbij de methode over tijd verder is aangescherpt. Voor de vergelijking
                  van bruto uurlonen is uitgegaan van het totale belastbare looninkomen6 gedeeld door het aantal gewerkte uren. Voor ieder jaar en voor elke werknemer wordt
                  de best vergelijkbare werknemer gezocht buiten de eigen sector op basis van geslacht,
                  leeftijd, herkomst, opleidingsniveau, regio, contractsoort en deeltijdfactor. De vergelijking
                  is per jaar gemaakt tussen 2013 en 2022. Het onderzoek geeft ook inzicht in de cumulatieve
                  loonontwikkeling tussen 2013 en 2022, een vergelijking tussen het gemiddelde en mediane
                  uurloon en een uitsplitsingen van de vergelijking naar (specifieke combinaties van)
                  achtergrondkenmerken van werknemers in 2022. Tot slot geeft het onderzoek inzicht
                  in de vergeleken secundaire arbeidsvoorwaarden in de verschillende sectoren, zoals
                  verlofregelingen en opleidingsmogelijkheden door middel van een kwalitatieve vergelijking
                  met een tiental cao’s uit private sectoren.
               
Conclusies van het onderzoek
Uit het onderzoek blijkt dat over het algemeen de gemiddelde bruto uurlonen in de
                     (semi)publieke sectoren in 2022 vergelijkbaar waren met die van de best vergelijkbare
                     werknemers in andere sectoren. De vergeleken secundaire arbeidsvoorwaarden zijn in
                     de (semi)publieke sectoren over het algemeen ruimer dan in de private sector.
                  
De volgende methodologische aandachtspunten zijn van belang bij de interpretatie van
                     de onderzoeksresultaten:
                  
• verschillen in gerapporteerde (bruto) uurlonen kunnen mede verklaard worden door timings-
                           en samenstellingseffecten: de timing van cao-loonafspraken speelt een rol, hetzelfde
                           geldt voor veranderingen in het personeelsbestand. Deze effecten zijn in de gehanteerde
                           onderzoeksmethode niet uit te splitsen;
                        
• er is niet vergeleken op basis van functie(zwaarte), beroepsniveau, opleidingsrichting
                           of een specifieke sector. Over functies en het beroepsniveau zijn onvoldoende (betrouwbare)
                           data beschikbaar.7 Bovendien zijn veel functies in de (semi)publieke sectoren dermate specifiek dat
                           er in andere sectoren niet of nauwelijks een vergelijkbare functie bestaat. Met welke
                           functie zou bijvoorbeeld een leraar of een verpleegkundige vergeleken moeten worden?
                           Het onderzoek geeft dus geen uitsluitsel over de (relatieve) beloning van medewerkers
                           in specifieke functies.
                        
Sociale partners in de verschillende (semi)publieke sectoren maken afspraken over
                  arbeidsvoorwaarden. Ik hoop dat de inzichten uit dit rapport voor sociale partners
                  en andere belanghebbenden van meerwaarde zijn. Gelet op de demissionaire status van
                  het kabinet is een beleidsmatige weging van de uitkomsten verder aan een volgend kabinet.
               
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, A.C. van Huffelen
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
 A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
