Brief regering : Schadeoorzaak rapport Prinses Margriettunnel in de A7
29 296 Tunnelveiligheid
Nr. 50
BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 december 2023
Met deze brief wordt de Kamer geïnformeerd, conform eerdere toezeggingen1,
2, over de uitkomsten van het onderzoek naar de schadeoorzaak in de Prinses Margriettunnel,
en de vervolgstappen.
Op 13 december 2022 is als gevolg van het falen van de trekankers een tunneldeel in
de noordelijke toerit van de Prinses Margriettunnel omhooggekomen. Naar aanleiding
hiervan is de tunnel per direct afgesloten voor het verkeer en veiliggesteld door
het aanbrengen van ballast door middel van zogenaamde «big bags» gevuld met zand.
Om de weg zo snel mogelijk weer opengesteld te krijgen zijn de big bags vervangen
door stalen rijplaten en betonblokken. Sinds februari is de tunnel met één versmalde
rijstrook per rijrichting opengesteld.
Eind juni is gestart met de herstelwerkzaamheden aan de fundering.
Onderzoeksinstituten Deltares en TNO (hierna: Deltares/TNO) hebben in opdracht van
Rijkwaterstaat onderzoek gedaan naar de oorzaak van het falen van de trekankers. Daarnaast
heeft Rijkswaterstaat een archiefonderzoek uitgevoerd om te achterhalen of er meer
objecten, in beheer van Rijkswaterstaat, zijn met een vergelijkbare funderingsconstructie.
Rapport uitkomsten schadeonderzoek
Het omhoog komen van het tunneldeel in de toerit van de Prinses Margriettunnel is
veroorzaakt doordat de paalfundering niet meer in staat was om de opwaartse waterdruk
te weerstaan. De voorspanstaven die onderdeel uitmaken van de destijds aangebrachte
paalfundering zijn zeer waarschijnlijk gebroken als gevolg van (loog-)spanningscorrosie.
Spanningscorrosie kan ontstaan door een combinatie van onvolkomenheden in de omhulling
van de voorspanstaven waardoor corrosie kan ontstaan, door het gebruik van een staalsoort
die gevoelig is voor brosse breuk en een lage breuktaaiheid heeft, en door een permanente
relatief hoge trekspanning in het staal.
De gebruikte staalsoort wordt om die reden vanaf de jaren negentig van de vorige eeuw
niet meer gebruikt door Rijkswaterstaat als voorspanstaven in funderingsconstructies.
Bevestigend en verdiepend onderzoek
Op verzoek van Rijkswaterstaat is er door Element verdiepend onderzoek uitgevoerd
op het door Deltares/TNO genoemde corrosiemechanisme. Deltares/TNO en Element verschillen
van inzicht over het exacte corrosiemechanisme. Element is van mening dat de schade
onder invloed van waterstof is ontstaan. Deltares/TNO en Element geven daarbij aan
dat voor het herontwerp van het herstel van de Prinses Margriettunnel en de risicobeschouwing
voor vergelijkbare objecten, het onderscheid tussen de twee corrosiemechanismen niet
relevant is. Bij beide corrosiemechanismen is voor het ontstaan van de breuk in de
voorspanstaven dezelfde combinatie van randvoorwaarden noodzakelijk die allemaal aanwezig
zijn geweest bij de Prinses Margriettunnel.
Vergelijkbare constructies in beheer bij Rijkswaterstaat
In 2011 is bij de Vlaketunnel een vergelijkbare calamiteit opgetreden. Ook daar zijn
ankerpalen bezweken als gevolg van het breken van de centrale ankerstaaf door spanningscorrosie.
Naar aanleiding van het omhoogkomen van Vlaketunnel (2011) en Prinses Margriettunnel
(2022) is gekeken of er objecten in beheer zijn bij Rijkswaterstaat met een vergelijkbare
funderingsconstructie.
Op basis van de nu beschikbare informatie is er bij vier objecten van Rijkswaterstaat
gebruik gemaakt van hetzelfde type voorspanstaven in de trekpalen.
Tabel 1. Overzicht objecten Rijkswaterstaat vergelijkbare fundering
Naam
Wegnummer
Jaar van opening
Heinenoordtunnel
A29
1965
Tunnelbak in het Kleinpolderplein bij Rotterdam.
A20
1969
Taxandriatunnel bij Den Bosch.
A2
1970
Vollenhoventunnel, onderdoorgang bij Zeist.
A28
1968
Hoewel de kans klein is, is er bij deze objecten mogelijk ook een risico op het bezwijken
van de fundering. Als onderdeel van de voorbereiding van de renovatie van de Heinenoordtunnel
zijn begin 2018 20 trekankers beproefd, hierbij zijn geen gebroken voorspanstaven
aangetroffen.
Beheersing risico bij vergelijkbare constructies in beheer bij Rijkswaterstaat
Vooralsnog zijn er geen technieken beschikbaar waarmee op een relatief eenvoudige
wijze vastgesteld kan worden of en in hoeverre er al ankerpalen zijn bezweken in een
fundering. Om het risico op bezwijken van de fundering bij de vier Rijkswaterstaat
objecten te bepalen neemt Rijkswaterstaat de volgende maatregelen: het installeren
van een 24/7 monitoringssysteem voor het vroegtijdig herkennen van eventueel falen,
het uitwerken van de bestaande satellietmetingen om mogelijke deformatie in het verleden
in beeld te brengen en het uitvoeren van een risicoanalyse, bestaande uit een analyse
van het ontwerp en veiligheids-/capaciteitsanalyse van de huidige fundering.
Op basis van de informatie uit de monitoring en de risicoanalyse zal Rijkswaterstaat
een handelingsperspectief per object opstellen. Dit bestaat uit het opstellen van
een monitoringsstrategie voor de toekomst, een onderzoek naar preventieve maatregelen
(verlagen risicoprofiel) en ten slotte een onderzoek naar correctieve maatregelen
(funderingsherstel). Rijkswaterstaat streeft ernaar om het handelingsperspectief per
object medio 2024 op te leveren.
Vergelijkbare constructies niet in beheer bij Rijkswaterstaat
Ook bij de bouw van de Hemspoortunnel en de Kiltunnel is gebruik gemaakt van dezelfde
staalsoort in de trekankers. ProRail als beheerder van de Hemspoortunnel en het Wegschap
Dordtse Kil als beheerder van de Kiltunnel zijn door Rijkswaterstaat geïnformeerd
over de resultaten van het oorzaakonderzoek. Met het Wegschap Dordtse Kil is de afspraak
gemaakt dat de Kiltunnel door Rijkwaterstaat wordt meegenomen in het monitorings-
en onderzoekstraject. ProRail monitort de situatie bij de Hemspoortunnel en kijkt
in samenspraak met Rijkswaterstaat naar eventuele maatregelen.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
M.G.J. Harbers
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.G.J. Harbers, minister van Infrastructuur en Waterstaat