Brief regering : Verslag jaarvergadering 2023 Wereldbank
26 234 Vergaderingen interim Committee en Development Committee
Nr. 285
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 december 2023
Hierbij informeer ik u, mede namens de Minister van Financiën, over de Jaarvergadering
van de Wereldbank die van 9 tot en met 14 oktober in Marrakech is gehouden, en in
het bijzonder over de bijeenkomst van het Development Committee op 12 oktober 2023.
Zoals aangegeven in de Geannoteerde Agenda met de inzet van het Koninkrijk1 voor de Jaarvergadering stond deze in het teken van de agenda Evolving World, Evolving MDBs. Net als bij de Voorjaarsvergadering vond een Rondetafelconferentie plaats over de
situatie in Oekraïne en de wederopbouwnoden van dit land. Deze brief gaat ook in op
de voorbereidingen voor de mid-term review van IDA20 eind 2023 die tussen 6 en 8 december plaatsvindt in Zanzibar.
Conform mijn toezeggingen tijdens het Commissiedebat Acute situatie in Marokko en
Libië van 25 september 2023 (Kamerstuk 36 180, nr. 75), gaat deze brief eveneens in op de gevolgen van de Wet ter voorkoming van witwassen
en financieren van terrorisme voor de door de banken aangeboden mogelijkheid om kosteloos
geld over te maken naar Marokko2, de Needs Assessment van de Wereldbank voor de wederopbouw3 en de Nederlandse inzet op winterization4.
De Jaarvergadering vond plaats in Marrakech. Na de zware aardbeving van 8 september
jl. werd in goed overleg tussen gastland Marokko en de Wereldbank besloten dat deze
doorgang kon vinden en dat de veiligheid van deelnemers gegarandeerd kon worden. Voor
de eerste keer in 50 jaar vond hiermee een Jaarvergadering plaats op Afrikaanse bodem.
Dit was passend gezien de sterke focus van de Wereldbankgroep op Afrika: meer dan
40% van de Wereldbank financiering gaat naar dit continent. Dit zal in de toekomst
naar verwachting toenemen gezien uitdagingen als klimaatverandering, mogelijke nieuwe
pandemieën en de gevolgen van de Russische invasie in Oekraïne voor de landen in dit
deel van de wereld.
Voor de vierde achtereenvolgende keer sloot ook het Development Committe, net als het International Monetary and Financial Committee van het Internationaal Monetair Fonds, af zonder slotcommuniqué, omdat geen overeenstemming
kon worden bereikt over de bewoording van de Russische invasie in Oekraïne. In plaats
daarvan werd een voorzittersverklaring5 verspreid. Tevens verwijs ik hierbij naar de schriftelijke verklaring van de Nederlandse
kiesgroep6 en mijn interventie tijdens het Development Committee7.
1. Evolving World, evolving MDBs
Het overleg stond, net als de Voorjaarsvergadering van afgelopen april, in het teken
van het Evolution-proces: de herziening van de missie, het bedrijfsmodel en de financiële slagkracht
van de Bank. Dit is nodig om de Bank beter in staat te stellen om de vele wereldwijde
crises, zoals klimaatverandering, mogelijke toekomstige pandemieën en toenemende fragiliteit
te adresseren.
De gouverneurs stemden in met de nieuwe richting van de Bank, die tot uiting komt
in de volgende elementen:
• aanpassing van de missie en de visie van de Bank door toevoeging van «een leefbare
planeet» aan de oorspronkelijke twee doelstellingen: bestrijden van extreme armoede
en het bevorderen van gedeelde welvaart;
• herziening van het bedrijfsmodel van de Bank door onder meer (i) zich meer te richten
op acht vastgestelde mondiale uitdagingen, en (ii) meer te gaan werken via partnerschappen,
waartoe een Partnership Council en een Partnership Charter zijn ingesteld;
• versterking van de financiële slagkracht van de Bank door (i) de lancering van pilot
programma’s voor hybridekapitaal en portfoliogaranties (waarmee een leverage van 1:6 kan worden bereikt). Deze instrumenten verhogen de financiële slagkracht
van de Bank zonder dat dit een kapitaalinleg vereist; (ii) het opzetten van de Livable Planet Fund, een Trustfonds om investeringen in mondiale publieke goederen te stimuleren.
In zijn eerste openingsverklaring ging de op 3 mei gekozen nieuw president van de
Wereldbankgroep Ajay Banga in op het risico dat de ontwikkelingsdoelen als gevolg
van opeenvolgende en samenhangende crises uit het zicht dreigen te raken. Ook benadrukte
hij de vrees van klantlanden dat aandacht voor het klimaatprobleem ten koste kan gaan
van financiering voor hun nationale ontwikkelingsprioriteiten. President Banga wees
daarbij op het belang dat de Bank deze landen goed bedient en tegelijk aanspoort om
investeringen te doen die bijdragen aan het adresseren van de wereldwijde uitdagingen.
In dat verband zegde hij toe dat de Bank meer zal werken in partnerschappen met andere
ontwikkelingsorganisaties, de VN-instellingen en de private sector. Zijn oproep tot
urgentie en focus werd verwelkomd door Managing Director Georgieva van het IMF.
In mijn interventie verwelkomde ik de nieuwe missie en focus van de Bank, waarbij
ik het belang onderstreepte van de mobilisatie van privaat kapitaal, in lijn met mijn
beleidsuitgangspunt «publieke financiering waar dat moet, privaat waar dat kan». Een
concreet voorbeeld hiervan dat ik genoemd heb is het ILX-fonds, dat al meer dan EUR
1 miljard aan Nederlands pensioenkapitaal heeft gemobiliseerd om activiteiten van
multilaterale ontwikkelingsbanken mede te financieren. Daarnaast verwelkomde ik de
leidende rol van de Bank op het gebied van duurzaam aanbesteden en onderstreepte ik
dat jongeren, meisjes en vrouwen betrokken moeten worden bij de verdere invulling
en uitvoering van de missie en activiteiten van de Bank.
2. Rondetafelconferentie Oekraïne
De Rondetafelconferentie Oekraïne was gewijd aan de financieringsnoden van Oekraïne
en het inventariseren van de bijdragen hieraan van de donorgemeenschap. De Oekraïense
Minister van financiën Marchenko was in de zaal aanwezig, terwijl president Zelensky
en premier Shmyhal inbelden via een videoverbinding.
In mijn interventie ging ik nader in op de recente Nederlandse bijdrage van EUR 102
miljoen, waarover ik uw Kamer reeds geïnformeerd heb8. Ook andere landen gebruikten de bijeenkomst om bijdragen aan Oekraïne aan te kondigen.
Tijdens de bijeenkomst zijn geen besluiten genomen of afspraken gemaakt over verdere
follow-up.
3. Mid-term review IDA20
In aanloop naar de mid-term review van IDA20 (Zanzibar, 6–8 december 2023) en de middelenaanvulling van IDA21 is gesproken
over de financieringsuitdagingen waarvoor de International Development Association zich gesteld ziet en over de thematische focus van dit loket voor de armste landen.
Nederland vroeg in dit kader samen met gelijkgestemde landen aandacht voor de versterking
van de financiële basis van klantlanden via onder meer een verbeterde inning van belastinginkomsten,
de mobilisatie van privaat kapitaal en het belang van stroomlijning van operationele
procedures.
In de aanloop naar de mid-term review zal verder worden gesproken over verdere thema’s en prioriteiten voor zowel de mid-term review als voor de toekomstige onderhandelingen over de IDA21 middelenaanvulling.
4. Toezeggingen uit het Commissiedebat Acute situatie in Marokko en Libië van 25 september
2023
Conform mijn toezeggingen in te gaan op de gevolgen van de Wet ter voorkoming van
witwassen en financieren van terrorisme voor de door de banken aangeboden mogelijkheid
om kosteloos geld over te maken naar Marokko9, de Needs Assessment van de Wereldbank voor de wederopbouw10 en de Nederlandse inzet op winterization11, bericht ik u graag als volgt.
De Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) verplicht
banken niet om bepaalde kosten in rekening te brengen voor het faciliteren van transacties.
Banken en andere Wwft-instellingen dienen ingevolge de Wwft aan cliëntenonderzoek
en transactiemonitoring te doen. Banken berekenen de kosten die zij uit hoofde van
hun wettelijke verplichting maken soms door aan de klant. De bank beslist daar zelf
over. De Wwft werpt in ieder geval geen obstakels op voor banken en andere Wwft-instellingen
om transacties van en naar Marokko kosteloos te faciliteren.
De Needs Assessment voor de wederopbouw van Marokko door de Wereldbank is nog in de maak. Tijdens de
Jaarvergadering is hier geen nieuwe informatie over gedeeld.
Zoals aan uw Kamer reeds werd meegedeeld in de Kamerbrief inzake aardbevingenrespons
Marokko12, is er in Marokko geen sprake van een internationaal hulpverzoek en een daaruit volgend
internationaal responsplan. De Marokkaanse autoriteiten hebben gekozen voor het zelf
organiseren, verzorgen en coördineren van de noodrespons. De focus ligt bij een nationale
en lokale aanpak. Nederland ondersteunt deze aanpak door middel van een bijdrage van
EUR 5 miljoen aan de Marokkaanse Rode Halve Maan, via het Nederlandse Rode Kruis.
De Marokkaanse Rode Halve Maan zet in op winterization, onder meer via het beschikbaar stellen van tegen de kou geïsoleerde familietenten
en andere (winter)items. Dit gebeurt in samenwerking met de Internationale Federatie
van het Rode Kruis (IFRC) en de bredere Rode Halve Maan-beweging. Het Ministerie van
Buitenlandse Zaken staat in contact met de Marokkaanse Rode Halve Maan over winterization en de bredere hulpverlening via de ambassade, het Nederlandse Rode Kruis en de IFRC.
Humanitaire partners van Nederland, waaronder UNHCR, UNICEF en WFP, hebben sinds de
overstromingen in Libië meer dan 164.000 getroffenen voorzien van humanitaire hulp.
Winterization-activiteiten vormen daarbij een cruciaal element voor getroffenen die huis en haard
hebben verloren. Zo focussen Nederlandse VN-partners, waaronder OCHA en UNHCR, bijvoorbeeld
op de getroffen regio’s Al Jabal Al Akdhar, Soussa en Albayda. Daar worden strenge
winteromstandigheden verwacht. Ontheemden en andere getroffenen in deze regio’s ontvangen
«winterization kits», met onder meer warmtedekens, elektrische warmtegeneratoren, brandstof en winterkleding.
Het Ministerie van Buitenlandse Zaken staat in contact met partners om de lopende
winterization-activiteiten te monitoren, aan de hand van internationale rampenresponsplannen.
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,
G.E.W. van Leeuwen
Indieners
-
Indiener
G.E.W. van Leeuwen, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking