Brief regering : Ontstane situatie op basisschool Klein Amsterdam
31 293 Primair Onderwijs
Nr. 708
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR PRIMAIR EN VOORTGEZET ONDERWIJS
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 december 2023
Met deze brief informeer ik uw Kamer over de ontstane situatie rondom basisschool
Klein Amsterdam en haar bestuur, Stichting Leren in de Tussenruimte. Klein Amsterdam
is een basisschool, gelegen in Amsterdam-Noord, dat onderwijs voorziet aan ongeveer
240 leerlingen. Klein Amsterdam komt voort uit een scholenwedstrijd, opgezet door
de gemeente Amsterdam, om onderwijsvernieuwing en meer goede onderwijsplekken te stimuleren.
Het idee voor basisschool Klein Amsterdam werd één van de winnaars en de school startte
officieel in 2018. Klein Amsterdam werkt vanuit het concept «Leren in de Tussenruimte», waarbij de tussenruimte als plek van ontmoeting tussen kinderen en de wereld gezien
wordt.
In deze brief zal ik toelichten welke ontwikkelingen er de afgelopen weken hebben
plaatsgevonden.
1. Actuele situatie
Op 9 november 2023 heeft de Inspectie van het Onderwijs (hierna: inspectie) mij gemeld,
conform de afspraken in de escalatieladder, Klein Amsterdam te escaleren van fase
D naar fase E. Dat betekent dat dit ook het moment is om uw Kamer te informeren over
de ontstane situatie. Fase E is de meest urgente fase van de escalatieladder. Wanneer
een school in deze fase terecht komt dienen er maatregelen genomen te worden die buiten
de bevoegdheid van de inspectie vallen. In die gevallen is het aan de Minister om
te besluiten wat er moet gebeuren. In fase E draagt de inspectie de regie over aan
het departement en beperkt zich tot een adviserende rol.
Het schoolbestuur en de school zijn in juni 2023 door de inspectie beoordeeld als
Onvoldoende en Zeer zwak. Tijdens het vierjaarlijks onderzoek in april 2023, constateerde de inspectie dat
er sprake is van risico’s voor de kwaliteit van het onderwijs en financiële continuïteit.
De inspectie stelde vast dat het bestuur niet in staat is de primaire processen binnen
de stichting adequaat te laten verlopen, noch wat betreft het financiële beheer, noch
wat betreft de kwaliteit van het onderwijs op Klein Amsterdam.
Tussen juli en half oktober heeft de inspectie daarom het schoolbestuur en de school
nauwlettend gevolgd. Op basis van eigen onderzoek en informatie van de Raad van Toezicht
(hierna: RvT) constateert de inspectie dat er te weinig verbetering is. Na een oordeel
zeer zwak heeft een schoolbestuur twee mogelijkheden; inzetten op herstel of overgaan tot overdracht
of sluiting van de school. In de afgelopen maanden lijkt er niet ingezet te zijn op
herstel, is overdracht niet aan de orde en blijft de procedure tot sluiting van de
school hangen.
Vlak na de zomervakantie is door het toenmalige interim-bestuur het voorgenomen besluit
aangekondigd om de school te sluiten. De medezeggenschapsraad heeft echter negatief
geadviseerd over het voornemen tot sluiting. Ook uit een gesprek met een ouderdelegatie
blijkt dat ouders graag willen inzetten op een doorstart. Op 6 november 2023 heeft
de RvT een nieuwe interim-bestuurder aangesteld na positief advies van de medezeggenschapsraad.
Het lijkt de inzet van het nieuwe interim-bestuur te zijn om de school dit schooljaar
open te houden en indien mogelijk een doorstart te maken.
Ik deel de zorgen van de inspectie dat het lijkt alsof de ernst van de situatie lange
tijd niet erkend is en dat er niet goed gecommuniceerd is naar de ouders omtrent de
situatie op de school.
De gemeente Amsterdam is op de hoogte van de situatie en deelt onze zorgen. Zij heeft
nauw contact met alle betrokkenen, onder andere met alle schoolbesturen over de door
ouders gewenste herplaatsing van de kinderen van Klein Amsterdam.
2. Ontwikkelingen ten aanzien van financiën, bestuur en onderwijskwaliteit
Er zijn ernstige zorgen over de situatie op de school gelet op drie ontwikkelingen:
(1) de financiële stand van zaken; (2) het bestuur van de school; (3) de kwaliteit
van het onderwijs.
Financiële stand van zaken
Er zijn zorgen bij de inspectie over de financiële positie van de school.
Uit informatie van de inspectie blijkt dat het bevoegd gezag eind 2022 een negatief
eigen vermogen van ruim € 500.000 had. Over 2023 wordt wederom een negatief resultaat
verwacht. Daarnaast heeft de gemeente Amsterdam een vordering van € 800.000 op het
bevoegd gezag, omdat ontvangen investeringssubsidie niet is ingezet voor de doeleinden
waarvoor de subsidie was verstrekt en gebruikt is om aan lopende verplichtingen te
kunnen voldoen. Deze wordt niet voor 31 juli 2024 door de gemeente Amsterdam opgeëist.
Bestuur van de school
Op 6 november is een nieuwe interim-bestuurder aangesteld, nadat de vorige interim-bestuurder
en -directeur, die in het voorjaar van 2023 begonnen waren, hun opdrachten hadden
teruggegeven. Deze interim-bestuurder en -directeur stapten op als gevolg van een
ouderavond die dusdanig verliep dat zij geen mogelijkheden meer zagen tot een constructieve
samenwerking met het personeel en ouders. Na zoveel bestuurswisselingen in korte tijd,
onenigheid tussen ouders, de RvT en de medezeggenschapsraad en de financiële onzekerheid
beschouw ik het bestuur van de school op dit moment als zeer instabiel.
Kwaliteit van het onderwijs
De school heeft na het oordeel Zeer zwak geen herstelplan van voldoende kwaliteit aangeleverd. Op 31 oktober heeft de inspectie
een onaangekondigd bezoek gebracht aan Klein Amsterdam. Ik verwacht op korte termijn
het rapport met hun bevindingen te ontvangen.
3. Conclusie
Het belang van de leerlingen van deze school staat voor mij op één, daarom baart de
situatie rondom Klein Amsterdam en Stichting Leren in de Tussenruimte mij zeer grote
zorgen. Op basis van onderzoeken van de inspectie en gesprekken met onder meer het
bestuur, ouders, de gemeente Amsterdam, de PO-Raad en samenwerkingsverbanden concludeer
ik dat, op dit moment, het toekomstperspectief van de school zeer onzeker is. Ik beraad
mij daarom op maatregelen om de leerlingen van deze school zo snel mogelijk het kwalitatieve
onderwijs te kunnen bieden waar zij recht op hebben.
De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, M.L.J. Paul
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.L.J. Paul, minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs