Brief regering : Uitkomst EU beroepscomité van 16 november 2023 inzake glyfosaat
27 858 Gewasbeschermingsbeleid
Nr. 641 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 november 2023
Hierbij informeer ik uw Kamer over de uitkomst van het beroepscomité op 16 november
2023 over het voorstel van de Europese Commissie (EC) om de goedkeuring van glyfosaat
met 10 jaar te verlengen. Dit beroepscomité volgde op de uitkomst van de stemming
van 13 oktober 2023 waarbij geen gekwalificeerde meerderheid voor of tegen dit voorstel
werd bereikt (Kamerstuk 27 858, nr. 635).
Omdat het voorstel van de EC tijdens het beroepscomité opnieuw en ongewijzigd aan
de lidstaten is voorgelegd, heeft de Nederlandse delegatie zich, in lijn met mijn
brief naar uw Kamer van 10 oktober 2023 (Kamerstuk 27 858, nr. 636), ook hier onthouden van stemming. Bijgevoegd is tevens de stemverklaring die is
overgebracht bij de stemming. Uw Kamer is eerder geïnformeerd (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1250) dat de stem van individuele lidstaten, conform comitologie-procedure1, vertrouwelijk is en het aan de lidstaten zelf is om transparant te zijn over hun
eigen inzet en stemgedrag tijdens vergaderingen.
De uitkomst van de stemming is:
• Dat 17 lidstaten hebben ingestemd met het voorstel van de EC. Dit komt overeen met
42% van de Europese bevolking.
• Dat 3 lidstaten tegen het voorstel van de EC hebben gestemd. Dit komt
• overeen met 3% van de Europese bevolking.
• Dat 7 lidstaten hebben zich onthouden van stemming. Dit komt overeen met 55% van de
Europese bevolking.
Om een gekwalificeerde meerderheid te bereiken zijn minimaal 15 lidstaten nodig die
minimaal 65% van de Europese bevolking vertegenwoordigen. Dit betekent dat wederom
geen gekwalificeerde meerderheid vóór of tegen het voorstel is bereikt. Conform comitologie-procedures
is de EC nu gemachtigd om een eigenstandige beslissing te nemen op het voorstel. Inmiddels
heeft de EC aangekondigd2om een positieve beslissing te zullen nemen op het voorstel om de goedkeuring van
glyfosaat voor 10 jaar te verlengen. Omdat de goedkeuring van glyfosaat op 15 december
verloopt, zal deze beslissing uiterlijk 14 december worden genomen.
Nu de EC heeft aangekondigd het voorstel door te zetten wil ik snel in kaart brengen
hoe het gebruik van glyfosaat in Nederland verder gereduceerd kan worden. Ik ben inmiddels
met de WUR in overleg om voor de zomer 2024 een analyse op te leveren voor welke teelten
het gebruik van glyfosaat noodzakelijk is in het kader van de voedselproductie en
waarvoor geen alternatieven zijn, en waar het gebruik van glyfosaat kan worden gereduceerd.
Daarnaast zet ik zelf een aantal acties in gang die er toe leiden dat er snel meer
duidelijkheid komt over de gevolgen voor glyfosaat en Parkinson en antwoord geven
op vragen die er leven:
1. Ik ben inmiddels samen met de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in overleg
met het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM) om een specifiek wetenschappelijk
onderzoek te starten naar de mogelijke relatie tussen glyfosaat en het ontstaan van
Parkinson. Dit onderzoek levert over 3–5 jaar gegevens op, waarmee een causaal verband
tussen stof en ziekte aangetoond, dan wel uitgesloten kan worden. Ik zal het RIVM
verzoeken om EFSA en het Ctgb bij de onderzoeksopzet te betrekken, zodat deze past
bij de in Europa gebruikte wetenschappelijke standaarden en methoden, waardoor de
uitkomsten van dit onderzoek direct bruikbaar zijn.
2. Als dit (of ander) wetenschappelijk onderzoek op enig moment (dus ook gedurende het
onderzoek) uitwijst dat glyfosaat niet meer veilig is en er directe risico’s zijn,
dan zullen lidstaten en EC directe actie te ondernemen en beschermende maatregelen
te nemen (dit is vastgelegd in artikel 69–71 van Vo 1107/2009). In Nederland zullen
middelen op basis van glyfosaat dan per direct worden ingetrokken door het Ctgb, zonder
respijt- en opgebruiktermijn.
3. Ik heb – conform het coalitieakkoord (Bijlage bij Kamerstuk 35 788, nr. 77) – reeds een opdracht aan het RIVM verstrekt voor het uitvoeren van een meerjarig
onderzoek naar gezondheidseffecten van gewasbeschermingsmiddelen in de breedte op
omwonenden en agrarische ondernemers en naar neurologische aandoeningen in het bijzonder.
Het project betreft een breed consortiumonderzoek met verschillende nationale en internationale
partijen. Deze studie loopt van 2023 t/m 2030. Het RIVM zal de EC steeds op de hoogte
houden van de bevindingen.
4. Ik ondersteun EFSA bij het ontwikkelen van nieuwe testprotocollen om specifieke neurodegeneratieve
effecten van gewasbeschermingsmiddelen in kaart te brengen en te kunnen beoordelen.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, P. Adema
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit