Brief regering : Extra verhoging maximum uurprijzen voor de kinderopvangtoeslag 2024
31 322 Kinderopvang
Nr. 516 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 november 2023
Bij de Algemene Politieke Beschouwingen (Handelingen II 2023/24, nr. 3, item 7) in uw Kamer heeft het lid Klaver (GroenLinks) c.s. een motie1 ingediend om de maximum uurprijzen voor de kinderopvangtoeslag vanaf 2024 met € 425
miljoen extra te verhogen, waarmee de indieners beogen de maximum uurprijzen beter
te laten aansluiten bij de tarieven die ouders betalen. Bij de Algemene Financiële
Beschouwingen in uw Kamer heeft het lid Van der Lee (GroenLinks) c.s. een amendement2 op de begroting van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ingediend
om het budget voor de maximum uurprijzen vanaf 2024 met € 508 miljoen te verhogen.
Op 24 oktober is dit amendement door uw Kamer aangenomen. Mede namens de Staatssecretaris
van Financiën – Toeslagen en Douane, informeer ik uw Kamer over hoe dit amendement
wordt uitgewerkt.
Op basis van dit amendement kan de maximum uurprijs voor alle opvangsoorten worden
verhoogd tot 2,95 procent boven het huidige gemiddelde instellingstarief (o.b.v. de
eerste kwartaalrapportage 2023). Dit sluit het nauwst aan bij het amendement, zoals
is toegelicht in de eerdere Kamerbrief naar aanleiding van de Algemene Politieke Beschouwingen.3 Dit levert een extra verhoging van de maximum uurprijs op met € 0,60 (6,22 procent)
in de kinderdagopvang, € 0,82 (9,90 procent) in de buitenschoolse opvang en € 0,29
(4,00 procent) in de gastouderopvang. Deze verhoging komt boven op de gebruikelijke
jaarlijkse aanpassing als gevolg van de loon- en prijsontwikkeling. Deze zogeheten
reguliere verhoging bedraagt voor 2024 voor alle opvangvormen ongeveer 6 procent en
het besluit hierover is op 15 september gepubliceerd in het Staatsblad. In combinatie
met deze reguliere indexering komt de maximum uurprijs in 2024 uit op € 10,25 in de
dagopvang, € 9,12 in de buitenschoolse opvang en € 7,53 in de gastouderopvang.
Voor de extra verhoging op basis van het amendement moet het Besluit kinderopvangtoeslag
worden gewijzigd. Een wijzigingsbesluit wordt met spoed opgesteld. Vanwege de doorlooptijden
van alle verplichte stappen, waaronder een voorhang van vier weken bij beide Kamers
in het eerste kwartaal van 2024, kan het wijzigingsbesluit op zijn vroegst medio maart
2024 worden gepubliceerd.
Normaalgesproken dienen wijzigingen in de maximum uurprijzen per 1 januari uiterlijk
op 15 oktober van het jaar daarvoor te worden gepubliceerd, zodat Dienst Toeslagen
voldoende tijd heeft om de systemen aan te passen. Het amendement om de maximum uurprijzen
extra te verhogen is op 24 oktober aangenomen. Om ouders zo snel mogelijk de hogere
voorschotten voor 2024 te laten ontvangen, heeft de Minister van SZW aan Dienst Toeslagen
gevraagd om te anticiperen op de totstandkoming van het wijzigingsbesluit. Dienst
Toeslagen heeft zich extra ingespannen om deze aanpassing alsnog te laten meelopen
in de jaarlijkse verhoging, zodat ouders hier zo spoedig mogelijk over kunnen beschikken.
Ouders zullen hierdoor al eind december de hogere voorschotten voor januari ontvangen.
Anticiperen op de totstandkoming van wet- en regelgeving kan alleen in uitzonderingssituaties
en kan bijvoorbeeld wenselijk zijn om grote uitvoeringstechnische problemen te voorkomen.
Anticiperen kan alleen indien dit een begunstigende werking heeft voor de betrokkenen,
de ontvangers van de kinderopvangtoeslag.
In dit geval is Dienst Toeslagen om de volgende redenen gevraagd om op de wijziging
te anticiperen. De Tweede Kamer heeft het amendement dat de basis vormt van het wijzigingsbesluit
breed gesteund. Verder kan de extra verhoging de netto kosten van kinderopvang voor
ouders flink verlagen, met name voor ouders met lage inkomens. Tevens heeft het uitvoeringstechnisch
sterk de voorkeur om zo snel mogelijk de systemen van Dienst Toeslagen aan te passen
en ouders uitsluitsel te bieden. Tussentijdse wijzigingen in de hoogte van de maximum
uurprijs vergen een herberekening en leggen een groot beslag op de uitvoeringscapaciteit
binnen Dienst Toeslagen. Als niet zou worden geanticipeerd, valt de eerste uitbetaling
later in het jaar en wijkt deze sterker af van de resterende voorschotbetalingen in
2024. Dit leidt tot onduidelijkheid bij ouders. Tevens valt dit moment dan samen met
de aangiftecampagne voorde inkomstenbelasting Belastingdienst, waardoor er een te
grote druk op de dienstverlening vanuit de Belastingtelefoon zou ontstaan.
Daarnaast stellen de indieners van het amendement voor afspraken te maken met de sector
om een verhoging van het maximum uurtarief te besteden aan hogere salarissen. Een
hogere maximum uurprijs moet niet tot een hoger uurtarief voor ouders leiden. Aangezien
kinderopvang een marktsector is, heeft de Minister van SZW geen mogelijkheden om afspraken
af te dwingen. Bovendien stelt het mededingingsrecht grenzen aan wat kan en mag. Wel
heeft de Minister van SZW tijdens de begrotingsbehandeling van SZW op 12 oktober 2023
toegezegd om hierover met de sector in gesprek te gaan. De Minister van SZW heeft
hierbij ook toegezegd om de ontwikkeling van de uurtarieven te monitoren aan de hand
van de kwartaalrapportages kinderopvang. De ontwikkeling van de uurtarieven in 2024
zal worden vergeleken met de ontwikkeling van tarieven in afgelopen jaren.
De wijziging van het Besluit kinderopvangtoeslag zal naar verwachting in het eerste
kwartaal van 2024 aan uw Kamer worden voorgelegd in het kader van de voorhangprocedure.
Mede namens de Staatssecretaris van Financiën,
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, C.E.G. van Gennip
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.E.G. van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid