Brief regering : Verruiming wettelijke termijnen aanvullende schaderegelingen en communicatie rondom einddatum
31 066 Belastingdienst
Nr. 1301
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 oktober 2023
In het commissiedebat van 12 oktober 2023 is toegezegd om terug te komen op het mogelijk
aanpassen van de einddatum voor de aanmeldtermijn voor de vergoeding van aanvullende
schade. Deze loopt af op 1 januari 2024 voor eenieder van wie de integrale beoordeling
(IB) vóór 1 juli 2023 onherroepelijk vast is komen te staan. Ouders die na 1 juli
2023 hun IB-beschikking hebben ontvangen, hebben volgens de huidige wet zes maanden
de tijd zich te melden voor de vergoeding van aanvullende schade. Met deze brief informeer
ik uw Kamer over de intentie deze aanmeldtermijn te verruimen.
Ook is tijdens het debat toegezegd in te gaan op de communicatie rondom de aanmeldtermijn
voor de herstelregeling kinderopvangtoeslag voor mogelijk gedupeerde ouders. Deze
aanmeldtermijn loopt op 31 december 2023 af. Deze brief bevat een toelichting op de
inspanningen die zijn en worden ondernomen om mogelijk gedupeerden te bereiken die
zich voor deze wettelijke einddatum nog niet hebben aangemeld.
Verruiming aanmeldtermijn aanvullende schade
De aanmeldtermijn voor aanvullende schade loopt af op 1 januari 2024 voor eenieder
van wie de integrale beoordeling (IB) vóór 1 juli 2023 onherroepelijk vast is komen
te staan. Ouders die na 1 juli 2023 hun IB-beschikking hebben ontvangen, hebben volgens
de huidige wet zes maanden de tijd zich te melden voor de vergoeding van aanvullende
schade.
Het kabinet wil deze aanmeldtermijn voor aanvullende schade met een jaar verruimen
tot 1 januari 2025 en doet hiertoe een wetsvoorstel met terugwerkende kracht. Voor
ouders van wie de IB na 1 juli 2024 onherroepelijk vast is komen te staan blijft gelden
dat ze zes maanden de tijd hebben zich te melden voor aanvullende schade. Voor deze
verruiming van de aanmeldtermijn zijn twee redenen.
Ten eerste konden ouders zich tot kort geleden alleen melden bij de Commissie Werkelijke
Schade (CWS). Zoals benoemd in de brief van 28 september1, is op 26 september 2023 de alternatieve schaderoute in pilotvorm gestart: een schaderoute
met een vereenvoudigde afhandeling van aanvullende schade waarbij schade sneller en
grofmaziger gecompenseerd wordt. Volgens de huidige wettelijke aanmeldtermijn komt
de alternatieve route te laat voor de ouders van wie de IB-beschikking al voor 1 juli
2023 onherroepelijk vast is komen te staan, omdat aanmelden voor de alternatieve schaderoute
pas na deze datum mogelijk zal zijn.
Ouders die gebruik willen maken van één van de routes voor de vergoeding van aanvullende
schade, hebben na verruiming van de aanmeldtermijn tot 1 januari 2025 om zich hiervoor
te melden. Daarmee zijn gedupeerde ouders verzekerd van de mogelijkheid om een weloverwogen
keuze te maken voor een specifieke aanvullende schaderoute. Voor ouders die later
dan 1 juli 2024 onherroepelijk een IB-beschikking zullen ontvangen, blijft gelden
dat zij zes maanden de tijd hebben zich te melden voor aanvullende schade.
Een tweede argument voor verruiming is dat een ruimere aanmeldtermijn naar verwachting
ook voor de CWS zal betekenen dat aanmeldingen meer gespreid zullen binnenkomen, waardoor
ouders niet onnodig langer hoeven te wachten.
Voor het verruimen van de aanmeldtermijn is een wetswijziging noodzakelijk. Deze wetswijziging
zal in gang worden gezet en bij uw Kamer worden ingediend. Gezien de tijdpaden van
een wetgevingstraject zal dit wetgevingsproces niet afgerond zijn voor 1 januari 2024.
Daarom zal de wijziging met terugwerkende kracht in werking treden. Hierdoor zal de
CWS aanmeldingen kunnen blijven verwerken van alle ouders die hun IB-beschikking ontvangen
hebben, ook als zij zich volgens de huidige wet niet meer kunnen melden. Dit zal ook
op deze manier aan ouders en belanghebbenden worden gecommuniceerd.
Communicatie einddatum UHT
Mogelijk gedupeerde ouders kunnen zich conform de Wet tot en met 31 december 2023
melden bij UHT om erkend te worden als gedupeerde en in aanmerking te komen voor de
herstelregelingen. Ouders die mogelijk in aanmerking komen voor compensatie en zich
nog niet gemeld hebben zullen nogmaals benaderd worden zodat zij zich alsnog kunnen
aanmelden.
In 2020 zijn alle ouders die mogelijk in aanmerking komen voor compensatie schriftelijk
benaderd om zich te melden. Alle ouders die waarschijnlijk gedupeerd zijn en die zich
eind 2021 nog niet hadden aangemeld (3.588 ouders), zijn in 2022 nogmaals persoonlijk
telefonisch benaderd door UHT. De ouders van wie geen telefoonnummer bekend was of
ouders die na drie belpogingen niet waren bereikt, hebben van UHT contactkaarten ontvangen
met het verzoek het serviceteam te bellen.
Het kabinet is er alles aan gelegen om mensen die getroffen zijn door de problemen
met de kinderopvangtoeslag te helpen en te zorgen dat zij aanspraak kunnen maken op
het herstel waar zij recht op hebben. Daarom wil het kabinet nog een uiterste inspanning
doen om ouders uit de groepen die waarschijnlijk gedupeerd zijn nogmaals te wijzen
op de naderende sluiting van de aanmeldtermijn. Hierbij worden deze ouders nog een
keer benaderd met de oproep om zich te melden, met daarbij het aanbod om te bellen
met iemand van Stichting Lotgenotencontact als zij vragen hebben over hun situatie
en eventuele aanmelding. De ervaringsdeskundigen die werkzaam zijn bij Stichting Lotgenotencontact
zijn allemaal gedupeerde ouders. Het praten met een lotgenoot kan de drempel voor
aanmelding daarom aanzienlijk verlagen.
Daarnaast communiceert UHT tot het einde van het jaar op verschillende manieren over
de einddatum en de gevolgen daarvan:
• Om zoveel mogelijk ouders te bereiken, werkt UHT samen met andere partijen met een
groot bereik onder ouders, waaronder de oudercommissie en de Stichting Lotgenotencontact.
Hen wordt gevraagd om de einddatum ook via hun eigen kanalen te communiceren met hun
doelgroep.
• UHT start een campagne via Facebook om ouders te wijzen op de einddatum.
• UHT plaatst een opvallende «wegklikbare» melding op haar website en op een aantal
van de meest bezochte pagina’s.
• Er wordt een melding over de sluitingsdatum opgenomen in de profielen van UHT op sociale
media.
• Maatschappelijke organisaties en lokale lotgenotengroepen worden benaderd en gefaciliteerd
om de bestaande regelingen en hun einddatum onder de aandacht te brengen.
Het kabinet heeft er hiermee vertrouwen in dat iedere ouder die geholpen wil worden
dat ook wordt en dat we in contact zijn of komen met mensen die nog terughoudendheid
voelen om zich te melden.
De Staatssecretaris van Financiën – Toeslagen en Douane, A. de Vries
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. de Vries, staatssecretaris van Financiën