Brief regering : Reactie op de motie van het lid Van der Plas over het verbod op bodemberoerende visserij in de Voordelta uitstellen (Kamerstuk 21501-32-1572)

Nr. 208
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR NATUUR EN STIKSTOF

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 oktober 2023

Hierbij informeer ik u over hoe ik gevolg ga geven aan de motie van het lid Van der
Plas1 om het Toegangsbeperkend Besluit (hierna: TbB) niet per 5 oktober 2023 in werking
te laten treden2. Dit naar aanleiding van uw verzoek van 26 september 2023.

Dialoog Natuurcompensatie Voordelta (NCV)

Binnen de recent herstarte Natuurcompensatie Voordelta dialoog zijn betrokken partijen
– rijk, Havenbedrijf Rotterdam,visserij- en natuurorganisaties – momenteel constructief
in gesprek over een alternatief pakket aan maatregelen om de wettelijk verplichte
compensatie, met daarbij plussen voor alle partijen, alsnog zo snel mogelijk te realiseren.
Ik zie dat er belangrijke stappen worden gezet.

Ik wil daar nu ruimte aan geven en laat daarom de beoogde TbB niet per 5 oktober ingaan.
Ik heb met betrokken partijen afgesproken om half november te bezien of er overeenstemming
bereikt kan worden over een alternatief compensatiepakket met maatregelen. Als blijkt
dat overeenstemming binnen bereik is, gaat een nieuw TbB dat daarop is gebaseerd per
31 december 2023 in werking. Anders wordt er teruggevallen op het reeds in voorbereiding
zijnde besluit dat aanvankelijk per 5 oktober 2023 in werking zou treden.

Ik geef dan ook gehoor aan het verzoek van uw Kamer om het voorgenomen verbod voor
(bodemberoerende) visserij in de Voordelta niet per 5 oktober in te laten gaan en
beschouw de motie daarmee als afgedaan.

De Minister voor Natuur en Stikstof, Ch. van der Wal-Zeggelink