Brief regering : Verbod op flitsbezorging kinderen tot 16 jaar

Nr. 467
BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 september 2023

Werk moet onder veilige en gezonde omstandigheden plaatsvinden, zeker als het gaat
om kinderen. Ten aanzien van arbeid door kinderen, richt mijn beleidsinzet zich allereerst
op het beschermen van het kind.

Vanwege de risico’s bij maaltijdbezorging door kinderen tot 16 jaar geldt al sinds
1 juli 2020 een expliciet verbod. De Nederlandse Arbeidsinspectie constateert echter
dat maaltijdbezorging en flitsbezorging veel overeenkomsten hebben: werken onder tijdsdruk,
tijdens dezelfde piektijden op de dag, veelal door jongeren en jongvolwassenen, in
het verkeer met soortgelijke vervoersmiddelen met een rugtas of bakken voor de bestellingen.
Tijdens het bezorgen kan sprake zijn van aanrijdgevaar, werkdruk, agressie en geweld
en fysieke belasting door zware rugtassen. Door de combinatie van deze factoren is
bij flitsbezorging sprake van soortgelijke werkzaamheden en soortgelijke arbeidsrisico’s
als bij maaltijdbezorging.

De Arbeidsinspectie wijst er daarbij ook op dat vanwege de arbeidsmarktkrapte de kans
bestaat dat meer jongeren, waaronder ook onder de 16 jaar, als flitsbezorger aan de
slag gaan.1

De leden Kathmann en Maatoug hebben een motie ingediend waarin wordt verzocht het
verbod op flitsbezorging door jongeren onder de 16 jaar te betrekken bij de modernisering
van de regels voor kinderarbeid.2

Zoals aan Uw Kamer toegezegd3 wordt in de Nadere Regeling Kinderarbeid een verbod opgenomen op het zelfstandig
en op commerciële basis bezorgen van boodschappen, bekend als flitsbezorging, door
kinderen tot 16 jaar, waarbij sprake is van deelname aan het verkeer met behulp van
een voertuig (zoals een fiets of een e-bike). Hiermee wordt expliciet vastgelegd dat
dit arbeid is met onacceptabele veiligheidsrisico’s voor een kind. Overtreding van
dit verbod is per definitie gevaarlijk en dus direct beboetbaar.

Het verbod treedt op zeer korte termijn in werking omdat het gaat om de veiligheid
en gezondheid van kinderen. Het wordt ingevoerd een maand na de datum van uitgifte
van de Staatscourant waarin de ministeriële regeling wordt geplaatst. Na eerdere aankondiging
dat het verbod er nog dit jaar zou komen, wordt hiermee een zo kort mogelijke, maar
wel redelijke termijn gegund om lopende contracten en geplande werkzaamheden voor
de betreffende 15-jarigen te beëindigen.

De Arbeidsinspectie heeft aangegeven dat deze wijziging voor hen uitvoerbaar en handhaafbaar
is.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
C.E.G. van Gennip