Brief regering : Kabinetsreactie onderzoek rijksbrede privacy governance
32 761 Verwerking en bescherming persoonsgegevens
26 643 Informatie- en communicatietechnologie (ICT)
Nr. 282 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 juli 2023
Aanleiding
Met deze brief geef ik aan hoe invulling wordt gegeven aan de motie van het lid Verhoeven
c.s. (Kamerstuk 27 529, nr. 239). In deze motie wordt de noodzaak benadrukt van het versterken van de chief privacy
officers functie (CPO) binnen de overheid. Voorts licht ik het kabinetsstandpunt toe
en informeer ik u over de opgestarte acties.
Kabinetsreactie
De afgelopen jaren zijn we ons steeds meer bewust van de potentiële risico’s die voortkomen
uit onvoldoende bescherming van persoonsgegevens. Er hebben zich verschillende situaties
voorgedaan waarin de bescherming van persoonsgegevens door de (rijks-)overheid onvoldoende
is gebleken of gegevens van burgers op onrechtmatige wijze worden verwerkt. De toeslagenaffaire,
inclusief de voortdurende nasleep daarvan, laat zien hoe complex problemen kunnen
worden en wat voor enorme impact deze problemen kunnen hebben.
De regering streeft naar meer centrale coördinatie op het gebied van informatievoorziening
en privacy; dit zowel om een meer daadkrachtige overheid te stimuleren alsook een
meer uniforme werkwijze voor de burger te bewerkstelligen. Onderwerpen als digitale
weerbaarheid en privacy krijgen een steeds prominentere rol in de I-Strategie1. En in de hoofdlijnenbrief «beleid voor digitalisering» 2 staat ook benoemd dat naleving van de AVG een belangrijk onderwerp is.
Toch zien we in de praktijk dat de bescherming van persoonsgegevens vrijwel volledig
decentraal is ingeregeld. Met het Besluit CIO-stelsel Rijksdienst 20213 heeft de Rijkoverheid belangrijke stappen gezet rondom het versterken van de samenwerking
tussen CIO’s rijksbreed en het waarborgen van de veiligheid door de CISO’s. De rijksbrede
coördinerende rol voor privacy is in tegenstelling tot informatiebeveiliging (CISO-stelsel)
nog niet ingevuld; in de huidige situatie maakt privacy geen onderdeel uit van het
Besluit CIO-stelsel Rijksdienst 2021. Op het gebied van privacy bestaat er daarom
onvoldoende mandaat om rijksbrede kaders te stellen die erop gericht zijn een interdepartementaal
risicobeeld te vormen en deze risico’s vervolgens te mitigeren. Deze constateringen
zijn recent bevestigd in het WODC-rapport «Naleving van de AVG door overheden»4 en de rijksbrede AVG-onderzoeken van de ADR (2021/2022)5.
Het kabinet steunt de oproep in de motie van het lid Verhoeven c.s. om gegevensbescherming
een stevigere positie te geven. Niet alleen bij grote uitvoeringsorganisaties, maar
binnen de gehele Rijksoverheid. Hiermee wordt tegemoetgekomen aan de politieke en
maatschappelijke wens om privacy hoger op de agenda te plaatsen en zorgt dit voor
een meer integrale aanpak binnen de Rijksoverheid.
Naar aanleiding daarvan heeft CIO Rijk de opdracht gekregen te onderzoeken hoe privacygovernance
het beste kan worden ingericht binnen het Rijk. Het onderzoek was primair gericht
op de vraag hoe privacygovernance het beste kan worden ingebed binnen het huidige
I-stelsel. Hierbij is het van belang te weten dat de Functionaris Gegevensbescherming
(FG) primair de rol van toezichthouder heeft zoals beschreven in artikel 38 en 39
AVG, en dat de CPO een coördinerende/adviserende en monitorende rol vervult. De FG
en CPO geven samen invulling aan de privacygovernance. Dit onderzoek richt zich op
het versterken van de coördinerende/adviserende en monitorende rol binnen het Rijk.
In het door Berenschot uitgevoerde onderzoek6 zijn een vijftal scenario’s onderzocht. In het onderzoek werd geconcludeerd dat de
privacygovernance het beste kan worden versterkt door de Chief Privacy Officer (CPO)
als aparte functie binnen het huidige I-stelsel toe te voegen. De inrichting van de
CPO wordt naar analogie van het CISO-stelsel vormgegeven binnen het CIO-besluit. Dit
betekent dat ieder departement een eigen CPO krijgt en dat er een CPO Rijk wordt benoemd
die, in analogie van CISO Rijk, een rijksbrede coördinerende rol krijgt. Dit scenario
komt het beste tegemoet aan de politieke en maatschappelijke wens om privacy hoger
op de agenda te plaatsen, zorgt voor een meer integrale aanpak binnen de Rijksoverheid,
en sluit het beste aan bij de visie en inrichting van privacygovernance binnen de
ministeries.
Door het inrichten van het CPO-stelsel wordt privacy verankerd in het I-stelsel. Het
integreren van de privacygovernance in de bestaande I-governance is voorwaardelijk
om de wettelijke FG-taken te kunnen vervullen7. De aan te wijzen CPO zal in de uitvoering van zijn rol nauw samenwerken met andere
functies binnen het CIO-office. De CPO Rijk zal, in analogie van de CISO Rijk, onder
de CIO Rijk worden gepositioneerd waardoor de rijksbrede coördinerende rol van CIO
Rijk wordt versterkt.
Dit advies is overgenomen door het CIO-Beraad en ook opgenomen in de werkagenda Waardengedreven
digitaliseren8. Dit advies wordt ook gesteund door de Autoriteit Persoonsgegevens.
Toelichting nieuwe I-stelsel
Het nieuwe I-stelsel wordt gebaseerd op het huidige besluit CIO-stelsel 2021. In het
huidige I-stelsel zijn de taken van de CIO (Rijk) en CISO (Rijk) en de respectievelijke
raden beschreven. In het nieuwe stelsel krijgt de CIO meer integrale I-verantwoordelijkheid;
om dit te bereiken worden de Chief Privacy Officer (CPO), Chief Data Officer (CDO)
en Chief Technical Officer (CTO) ook onderdeel van het I-stelsel.
Om de doelstelling te behalen is een programma opgesteld om deze uitbreiding in samenhang
te realiseren.
Status & vervolgstappen
De scope van de vervolgopdracht is het uitwerken van het CPO-stelsel als onderdeel
van het CIO- stelsel. De taken van de departementale CPO/CPO Rijk worden hiertoe uitgewerkt
en de interdepartementale CPO-Raad zal worden ingericht. Het huidige stelsel voor
informatiebeveiliging (CISO-stelsel) dient als voorbeeld voor de inrichting van het
CPO-stelsel.
De hoofdtaken van een departementale CPO zijn het opstellen van een privacy strategie
en governance voor het departement, het opstellen en monitoren van een Plan-Do-Check-Act
(PDCA)-cyclus en het adviseren van het management.
De hoofdtaken van CPO Rijk zijn het zorgdragen voor rijksbreed privacy beleid en naleving,
opstellen en actueel houden van het rijksbrede risicobeeld bescherming van persoonsgegevens
en het coördineren van rijksbrede datalekken.
De CPO-Raad is een afspiegeling van het CIO-Beraad en zal als formeel voorportaal
van het CIO-Beraad fungeren. Het kan hiertoe o.a. privacy-onderwerpen agenderen voor
het CIO-Beraad, privacykaders/-beleid vaststellen en ter besluitvorming aanbieden
aan het CIO-Beraad en Rijksbrede kennisdeling over privacy stimuleren.
Op dit moment zijn de taken van de CPO/CPO Rijk uitgewerkt en zijn de spelregels voor
de CPO-Raad opgesteld. Dit wordt nu afgestemd met de FG’s en aanpalende disciplines.
Vooruitlopend op de formele vaststelling van het CPO-stelsel zijn er al zes CPO’s
aangesteld. Het doel is dat in 2023 alle departementen een CPO hebben benoemd. De
CPO-Raad i.o. is in maart 2023 geïnstalleerd en zal eind 2023 doorgroeien naar een
formele CPO-Raad.
Het CPO-stelsel zal worden ondergebracht in het vernieuwde I-stelsel. Planning is
dat het nieuwe I-stelsel eind 2023 gereed zal zijn.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, A.C. van Huffelen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties