Brief regering : Uitkomsten vijfde tranche Woningbouwimpuls
32 847 Integrale visie op de woningmarkt
Nr. 1050
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR VOLKSHUISVESTING EN RUIMTELIJKE ORDENING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 juni 2023
Om de woningnood in Nederland onverminderd aan te pakken, is de Woningbouwimpuls (Wbi)
voortgezet. Met de Woningbouwimpuls stimuleer ik het sneller bouwen van meer betaalbare
woningen in projecten die voor gemeenten onrendabel zijn. Hiermee creëer ik ook meer
zekerheid over een continue bouwstroom in een tijd dat de financiële omstandigheden
voor de gebiedsontwikkelingen moeilijker zijn geworden, met name voor de korte termijn.
De urgentie om de krachten te bundelen met medeoverheden en om door te bouwen aan
voldoende passende woningen neemt verder toe. Te veel mensen kunnen op dit moment
geen passende woning vinden, terwijl wonen in een goed, duurzaam en betaalbaar huis
in een leefbare wijk een eerste levensbehoefte is. Door gemeenten (financieel) te
ondersteunen kunnen er meer betaalbare woningen worden gerealiseerd en lopen we in
op het woningtekort. Dit draagt bij aan de opgave uit het programma woningbouw, van
de bouw van 900.000 woningen tot en met 2030. Met de Woningbouwimpuls kan ik bijdragen
aan de realisatie van deze 900.000 woningen.
In deze Kamerbrief informeer ik u over de uitkomsten van de vijfde tranche van de
Woningbouwimpuls en geef ik een doorkijk naar het vervolg.
Uitkomsten vijfde tranche Woningbouwimpuls
Het loket voor de vijfde tranche van de Woningbouwimpuls is gesloten op 31 maart 2023.
Er zijn 42 aanvragen ingediend die door een onafhankelijke Toetsingscommissie zijn
beoordeeld op onder andere financiële realiteit, planologische hardheid en haalbaarheid.
De aanbiedingsbrief van de Toetsingscommissie met haar advies en een toelichting op
de wijze van beoordelen is als bijlage 1 bij deze brief gevoegd.
Op basis van het advies van de Toetsingscommissie heb ik besloten aan 28 plannen een
bijdrage toe te kennen. Dit is in totaal € 117,6 mln. inclusief btw. Met deze middelen
leveren we een bijdrage aan in totaal 19.635 woningen in 26 gemeenten. 68% hiervan
is in het betaalbare segment. In bijlage 2 bij deze brief treft u een factsheet aan
met algemene kenmerken van de projecten uit de vijfde tranche van de Woningbouwimpuls.
Het is positief om te constateren dat het overgrote deel van de gemeenten is gelukt
om te komen tot een kwalitatief goede aanvraag die de zorgvuldige externe toetsing
hebben doorstaan. Het percentage gehonoreerde aanvragen is hoger dan in eerdere tranches.
Van de projecten die nu als onvoldoende zijn beoordeeld, heeft de Toetsingscommissie
aangegeven dat de aanvraag met enige aanpassingen kansrijk kan zijn voor een volgende
tranche. Het merendeel van de projecten die niet positief zijn beoordeeld, krijgen
dat oordeel vanwege het onjuist toepassen van het wettelijk kader voor gebiedsontwikkeling.
Het gaat dan bijvoorbeeld om het toepassen van wettelijk kostenverhaal of het proportioneel
voor het toerekenen van de investeringen. Indien deze projecten niet worden aangepast,
kunnen deze wettelijk gezien niet worden goedgekeurd. Deze projecten zijn echter mogelijk
wel kansrijk om aan te passen en in een volgende tranche opnieuw in te dienen. Om
deze kansrijkheid te vergroten ga ik met al deze gemeenten in gesprek om hen waar
nodig te ondersteunen en stel daar ook de kennis van het Expertteam Woningbouw voor
ter beschikking.
Met de toekenningen uit deze tranche wordt er vanuit verschillende tranches van de
Woningbouwimpuls in alle provincies bijgedragen aan projecten die helpen het woningtekort
in de regio te verlagen. Dit zie ik als resultaat van de inzet die ik de afgelopen
tijd heb gedaan om toegankelijkheid van de Woningbouwimpuls, ook op aanraden van uw
Kamer, te vergroten voor alle gemeenten in Nederland. De gemeenten die een bijdrage
toegekend krijgen zijn klein, middelgroot, groot of zelfs een regionaal samenwerkingsverband
en gelegen zowel in meer stedelijke en landelijke gebieden. In bijlage 3 vindt u een
kaart met de locaties van de projecten.
Het afgelopen jaar zijn de voorwaarden om een aanvraag in te dienen voor kleinere
gemeenten (max. 50.000 inwoners) versoepeld. Gezien de schaal en de omvang is voor
deze gemeenten de minimale projectomvang voor een Woningbouwimpuls aanvraag verlaagd
van 500 naar 200 woningen. Het bundelen van meerdere kleinere projecten is hierbij
ook een mogelijkheid. Met deze aanpak versnel ik niet alleen de realisatie van woningen
maar wordt ook het bereik en toepassingsgebied van de regeling zo groot mogelijk gemaakt.
Richting de vijfde tranche is er intensiever ingezet op kleinere gemeenten gelegen
in regio’s die niet eerder een aanvraag hebben ingediend. In deze vijfde tranche zie
ik de gevolgen hiervan: in 14 van de 42 plannen is er sprake van een projectomvang
onder de 500 woningen. Acht van deze projecten hebben een bijdrage ontvangen. Verder
heeft de Stadsregio Parkstad Limburg met succes één aanvraag ingediend die projecten
in drie gemeenten bevat: Schimmert, Brunssum en Kerkrade. Daarnaast hebben onder andere
de gemeenten Berkelland, Rijssen-Holten en Súdwest-Fryslân een aanvraag ingediend
die een bundeling van deelprojecten binnen de gemeente betrof. Alle drie de aanvragen
zijn gehonoreerd.
Het laat zien dat het voor kleinere en middelgrote gemeenten in heel het land mogelijk
is om met een aanvraag in te dienen en toegekend te krijgen. De komende tijd zal onderzocht
worden of de huidige vereisten rondom de minimale projectomvang afdoende zijn om een
gelijk speelveld te creëren voor alle gemeenten1. Indien nodig, wordt de laatste tranche verder aangepast, om de toegankelijkheid
van de Woningbouwimpuls nog verder te vergroten.
Het vergroten van de toegankelijkheid kan van invloed zijn op de hoeveelheid aanvragen
die in de toekomst worden ingediend voor een bijdrage uit de Woningbouwimpuls. Door
deze wijzigingen worden wellicht meer projecten potentiële Woningbouwimpuls projecten,
wordt het aanbod vergroot en daarmee mogelijk de effectiviteit van de regeling. Onderzoeksbureau
STEC onderzoekt momenteel hoe groot het aantal potentieel aantal Woningbouwimpulsprojecten
is: ook wel «de pijplijn» genoemd.
Een ander gevolg van het vergroten van de toegankelijkheid voor kleinere gemeenten
en projecten met een kleinere omvang, is dat de gevraagde bijdragen vaak ook lager
zijn. Dit gevolg is deze tranche zichtbaar. Verder waren er deze tranche in totaal
niet voldoende projecten die aan de wettelijke vereisten of aan de voorwaarden van
de Woningbouwimpuls voldeden om een bijdrage te kunnen ontvangen. Dit zijn de belangrijkste
redenen dat het budget voor deze vijfde tranche niet is uitgeput.
Met de toekenning van deze 28 projecten is een totaalbedrag van € 117,6 mln. inclusief
btw gemoeid. Het budget voor deze vijfde tranche was € 250 mln.. De resterende middelen
zullen beschikbaar blijven voor de zesde tranche van de Woningbouwimpuls.
Zesde tranche Woningbouwimpuls
Het is goed om te zien dat er met de Woningbouwimpuls samen met decentrale overheden
opnieuw een flinke impuls kan worden gegeven aan de ontwikkeling van meer (betaalbare)
woningen en een versnelling kan worden aangebracht in de realisatie van de woningen.
Bovendien vind ik het positief dat er meer aanvragen zijn ingediend en goedgekeurd
dan in de vorige tranche. Hieruit concludeer ik dat er nog steeds voldoende projecten
gebaat zijn bij bijdragen uit de Woningbouwimpuls, en dat we zeker nog niet klaar
zijn.
Ik ben voornemens om nog aan het einde van dit jaar een nieuwe tranche voor de Woningbouwimpuls
te openen. De vijfde tranche en het onderzoek naar de pijplijn aan projecten tonen
aan dat er nog voldoende potentiële projecten in aanmerking komen voor een bijdrage
uit de Woningbouwimpuls. De komende tijd zal ik bezien of en welke wijzigingen er
in de zesde tranche kunnen worden doorgevoerd. Deze worden dan na de zomer ter inzage
gelegd en vervolgens gepubliceerd in de Staatscourant.
Het budget voor deze zesde tranche is initieel € 300 mln. Met deze bijdrage zijn de
middelen die in het coalitieakkoord zijn gereserveerd voor de Woningbouwimpuls besteed.
Deze zesde tranche zal daarmee de laatste tranche zijn. Mochten er na de toekenning
van de middelen in de zesde tranche nog middelen over zijn, wordt er de komende tijd
onderzocht of ik afgevallen projecten uit de zesde tranche nog een laatste herkansing
kan geven, kort na bekendmaking van de zesde tranche.
De Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, H.M. de Jonge
Indieners
-
Indiener
H.M. de Jonge, minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.