Brief regering : Uitvoering van de motie van het lid Van der Plas c.s. over een impactanalyse maken van de primaire en secundaire gevolgen van faillissementen in de glastuinbouw (Kamerstuk 36200-XIV-108)
36 200 XIV Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2023
Nr. 121 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
            
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 april 2023
Met deze brief informeer ik uw Kamer over de uitvoering van de motie van het lid Van
                     der Plas c.s.1, ingediend bij het tweeminutendebat Landbouw, klimaat en voedsel op 20 december 2022
                     (Handelingen II 2022/23, nr. 37, item 29), met het verzoek om een impactanalyse te maken van de primaire en secundaire gevolgen
                     van faillissementen in de glastuinbouwsector (hierna: «de motie»).
                  
De motie verzoekt de regering om de gevolgen van faillissementen in de glastuinbouwsector
                     in kaart te brengen. Tevens verzoekt de motie om bij de impactanalyse rekening te
                     houden met de rol die de sector speelt in de elektriciteitsvoorziening en de energietransitie
                     alsook de mogelijke gevolgen van faillissementen voor de nationale voedselproductie
                     en de internationale positie van de Nederlandse glastuinbouwsector.
                  
Zoals aangegeven in mijn brief over de stand van zaken van de energietransitie in
                     de glastuinbouw2, ben ik in gesprek gegaan met onderzoekers van Wageningen Economic Research (WEcR)
                     over de onderzoeksmogelijkheden voor een impactanalyse. Een analyse vraagt om inzicht
                     in de daadwerkelijke veranderingen (objectieve data) in de bedrijvenstructuur van
                     de glastuinbouwondernemers. Hierbij zal tevens rekening moeten worden gehouden met
                     uitgestelde faillissementen, geluiden in de sector duiden op minder geregistreerde
                     faillissementen dan initieel verwacht. Tegelijkertijd zijn er veel bedrijven die teeltwijzigingen
                     hebben aangebracht. Het onderzoek zal daarom rekening houden met de gevolgen van bedrijfsbeëindigingen
                     evenals relevante teeltwijzigingen.
                  
Daarnaast vraagt de motie om inzicht in de gevolgen die toe te wijzen zijn aan de
                     gestegen energiekosten en mogelijke signalen over toekomstige gevolgen van de gestegen
                     energiekosten op de structuur en continuïteit van de glastuinbouwsector. Het inschatten
                     van mogelijke toekomstige gevolgen blijkt lastig. Er zijn grote verschillen tussen
                     glastuinbouwondernemers, waarbij o.a. het type teelt (bijv. eenjarige vs. meerjarige
                     teelt) en de energiepositie van de ondernemer relevant zijn. Deze complexiteit wordt
                     ook benoemd in het WEcR onderzoek over de mogelijke inkomenseffecten van de oorlog
                     in Oekraïne wat de Kamer op 9 november 2022 heeft ontvangen3. In de uitwerking van de motie zullen toekomstvoorspellingen daarom beperkt blijven
                     tot het kwalitatief duiden van signalen op basis van expert judgement.
Met de impactanalyse zal WEcR middels kwantitatieve indicatoren in combinatie met
                  een kwalitatief onderzoek (met o.a. enquêtes en interviews met toeleveranciers, dienstverleners,
                  producentenorganisaties, financiële dienstverleners en handelsbedrijven) inzicht geven
                  in de primaire en secundaire gevolgen van faillissementen in de glastuinbouw. Het
                  onderzoek door WEcR is reeds gestart en naar verwachting kan ik de resultaten van
                  het onderzoek in het derde kwartaal van 2023 met de Kamer delen.
               
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, P. Adema
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
 P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
