Brief regering : Voortgang n.a.v. signaalrapportage ILT 'Meer inzicht in en toezicht op certificering'
36 200 XII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2023
Nr. 113
BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 april 2023
In mijn brief van 27 januari 2023 (Kamerstuk 36 200 XII, nr. 111) heb ik toegezegd uw Kamer binnen 3 maanden te informeren over de voortgang van de
analyse of en zo ja, welke acties en verbeteringen nodig zijn voor de reeds door de
Inspectie Leefomgeving en Transport (Hierna: ILT) onderzochte zes certificeringsstelsels.
Over de voortgang en verbeteringen in het stelsel van kwaliteitsborging in het bodembeheer
(het Kwalibo stelsel) bent u al eerder door de Staatssecretaris van Infrastructuur
en Waterstaat geïnformeerd1.
Waar de signaalrapportage spreekt van luchtverontreinigende stoffen is bedoeld het
stelsel voor certificering van het werken met gefluoreerde broeikasgassen op grond
van Verordening (EU) nr. 517/2014, uitgewerkt in het Besluit gefluoreerde broeikasgassen
en ozonlaagafbrekende stoffen en onderliggende regelgeving. Deze certificering is
erop gericht de lekkage van deze gassen die worden gebruikt in onder andere koelinstallaties
en warmtepompen te minimaliseren. Het Ministerie van EZK is het beleidsverantwoordelijk
departement voor dit onderwerp. Mede naar aanleiding van de bevindingen waarop de
rapportage is gebaseerd zijn de afgelopen jaren al de nodige verbeteringen in het
certificeringsstelsel aangebracht, zoals één centrale examencommissie en het onderbrengen
van het register van gecertificeerden bij het Centraal Register Techniek. Ook is de
capaciteit bij de ILT versterkt. De genoemde verordening wordt momenteel herzien,
onder meer op het onderwerp certificeren. Na afloop van de onderhandelingen over deze
verordening in Brussel zal EZK de implementatie van deze herziening aangrijpen om
in nauwe samenwerking met de ILT verdere stappen te zetten ter verbetering van het
functioneren van het certificeringsstelsel en het toezicht daarop. U wordt daar separaat
door de Minister voor Klimaat en Energie over geïnformeerd.
Op basis van de nu beschikbare informatie informeer ik u in deze brief eerst over
de stand van zaken van het onderzoek naar de overige 29 stelsels van de ILT. Omdat
de ILT in de signaalrapportage ook kritisch is op het eigen toezicht, informeer ik
u daarna over de acties die de ILT zelf neemt naar aanleiding van de constateringen
bij de reeds onderzochte stelsels. Daarna zal ik ingaan op de stand van zaken en de
totstandkoming van de actieplannen op de terreinen binnenvaart, koopvaardij, luchtvaart
en spoor.
ILT-onderzoek naar de overige 29 stelsels
De onderzoeken naar de overige 29 stelsels zijn in volle gang en rond de zomer komt
de ILT met een eerste beeld. Door de ILT wordt onderzocht of de gesignaleerde zorgpunten
uit de signaalrapportage in deze stelsels ook daadwerkelijk een rol spelen en hoe
groot de rol van certificering is in het stelsel. De ILT maakt per stelsel een risico-inschatting
en koppelt deze aan de eigen ILT-brede risicoanalyse (IBRA). De bevindingen van dit
onderzoek neem ik mee in een halfjaarlijkse voortgangsbrief over dit onderwerp.
Acties ILT gekoppeld aan de reeds onderzochte stelsels
Toezicht op de conformiteitsbeoordelingsinstanties (Hierna: CBI’s)
Vanuit de verschillende rollen die de ILT vervult is de ILT momenteel bezig met het
uitvoeren van systeemaudits bij CBI’s. Als deze audits aanleiding geven voor vervolgacties
worden of zijn hierop acties uitgevoerd.
Reality checks
Bij de stelsels van bodem, luchtvaart en binnenvaart worden vanaf nu, indien bij individuele
inspecties geconstateerd wordt dat een overtreding gekoppeld kan worden aan een CBI,
onderzocht of de CBI haar werk mogelijkerwijs niet goed heeft gedaan. Hiervoor gaat
de ILT in gesprek met de CBI zodat de processen bij de CBI worden aangescherpt.
Rollen, taken en verantwoordelijkheden
Bij de binnenvaart, specifiek de bruine vloot, heeft de ILT rollen, taken en verantwoordelijkheden
in het stelsel nader uitgewerkt en geïmplementeerd. Zo is nu helder dat de ILT audits
uitvoert op de werkwijze van certificeren door de keuringsinstanties en de Raad voor
Accreditatie (Hierna: RvA) toezicht houdt op de wijze van keuren/onderzoeken door
de keuringsinstanties. Ook zijn afspraken gemaakt met de keuringsinstanties die sinds
enkele maanden een bericht sturen als een certificaat bijna verloopt en een nieuwe
keuring nodig is. Tevens krijgt de ILT een aanschrijving hiervan zodat zij kan monitoren
of het schip dan niet toch gebruikt wordt. Hiermee is de werking van dit substelsel
voor de bruine vloot verbeterd. De ILT beziet of deze afspraken ook voor de andere
typen binnenvaartschepen kunnen worden gemaakt. De ILT heeft een tweetal bijeenkomsten
georganiseerd met de bruine vloot en bekijkt of dergelijke brede bijeenkomsten ook
voor andere stelsels georganiseerd kunnen worden.
Informatie-uitwisseling
Met de verschillende betrokken partijen is de ILT in gesprek over het verbeteren van
de informatie-uitwisseling. Zo werkt de ILT samen met de RvA aan de uitrol van het
informatieprotocol. Dit houdt in dat de ILT en RvA signalen uit het toezicht met betrekking
tot de werkzaamheden van de CBI’s en het functioneren van het stelsel onder elkaars
aandacht brengen. Hierdoor kunnen beide partijen deze signalen betrekken bij hun werkzaamheden.
Daarnaast moet door dit protocol de samenwerking en informatie-uitwisseling verbeteren
om zo enerzijds de (administratieve) belasting voor de CBI’s te beperken en anderzijds
te komen tot een efficiënte en effectieve invulling van het toezicht en de beoordelingen.
Met Rijkswaterstaat is de ILT in gesprek over uitwisseling van de informatie over
de door hen afgegeven erkenningen. Met de keuringsinstanties in de binnenvaart worden
verdere afspraken gemaakt over het gebruik van de certificeringstool. Tot slot worden
met Kiwa afspraken gemaakt voor een gestructureerde data uitwisseling met Kiwa en
verbetering van de monitoringsrapportage om de kwaliteit van de afgegeven certificaten
beter te kunnen te beoordelen.
Stand van zaken stelsels binnenvaart, koopvaardij, luchtvaart en spoor
Binnenvaart
De door de ILT geconstateerde risico’s voor de binnenvaart zijn inzichtelijk gemaakt
aan de hand van een Verkenning Stelsel Binnenvaart en een juridische analyse met betrekking
tot de rolverdeling tussen de ILT en de certificerende instellingen. Het beeld dat
van het functioneren van het huidige stelsel wordt geschetst, is dat er behoefte is
aan:
− meer toezichtsaandacht;
− een duidelijkere afbakening van taken, rollen en verantwoordelijkheden van partijen
in het stelsel;
− kennisborging en verbetering van de samenwerking binnen de ILT;
− verbetering van de certificeringstool;
− verbetering van de samenwerking en de informatie-uitwisseling met de RvA.
In de komende periode zal in samenspraak met de ILT en de betreffende beleidsdirectie
worden gewerkt aan een verdere analyse van welke zorgpunten op welke manier moeten
worden weggenomen inclusief een actieplan.
Koopvaardij
Voor de koopvaardij heeft de ILT haar bevindingen gebaseerd op enkele recent uitgevoerde
audits door o.a. het European Maritime Safety Agency (EMSA) en de International Maritime
Organization (IMO). Meer in het bijzonder betreft het hier de EMSA audit naar de implementatie
van de richtlijn betreffende de uitrusting van zeeschepen (2014/90/EU), de EMSA audit
naar de implementatie van de richtlijn betreffende maritieme opleidingen, training
en certificering (2022/993STCW/EU), en een ISO 9001 audit. Tevens is zeer recent (medio
maart 2023) door IMO een brede audit uitgevoerd op de wijze waarop het Koninkrijk
aan een groot aantal maritieme verdragsverplichtingen invulling geeft. Ook hierin
is aandacht besteed aan de kwaliteit van en het toezicht op de certificeringsketen.
Elk van deze audits heeft tekortkomingen geconstateerd met betrekking tot o.a. het
door ILT gehanteerde kwaliteitsmanagementsysteem, de informatie-uitwisseling door
partijen en het bij de afgifte van certificaten door CBI’s niet volledig voldoen aan
de richtlijn voor de inspecties en/of afgifte van conformiteitsverklaring. Omdat elk
van deze audits van recente datum is en in de meeste gevallen nog niet tot definitieve
rapporten en aanbevelingen heeft geleid, wordt in samenspraak door ILT en de betreffende
beleidsdirectie de komende maanden nog gewerkt aan zogenaamde corrective actions in reactie op de audits. Deze worden verwerkt in een actieplan.
Luchtvaart
Er is inmiddels duidelijk inzicht in welke mogelijke tekortkomingen volgens de ILT
spelen. De door de ILT geconstateerde risico’s zitten in het afgeven van brevetten,
met name aan onderhoudstechnici. Momenteel wordt samen met de ILT onderzocht of dit
risico mogelijk breder speelt en worden alle aspecten van brevettering van luchtvarenden
onder de loep genomen. Daarbij zijn ook een aantal andere organisaties, zoals het
Kiwa en de aangewezen examineringsinstanties, betrokken. Een actieplan wordt opgesteld
waarin potentiële risico’s verder kunnen worden verkleind en de zorgpunten van de
ILT worden weggenomen.
Spoor
Rondom het certificeringsstelsel spoor zijn er volgens ILT op dit moment geen zorgpunten
die op korte termijn problematisch zijn. Wel ziet de ILT risico’s in hoe het stelstel
is ingericht. Een voorbeeld is dat de RvA de accreditering doet van de CBI’s waarna
de ILT de CBI’s aanmeldt dan wel aanwijst. Hiermee is de ILT eindverantwoordelijk,
maar heeft de ILT alleen bij gerede aanleiding inzicht in de accreditatierapporten
van de RvA over de CBI’s die ILT aanmeldt/aanwijst. Als er dan een veiligheidsincident
plaatsvindt met een (sub)systeem dat is terug te voeren op werk van onvoldoende kwaliteit
van een CBI die door ILT is aangemeld/aangewezen, kan ILT daarop worden aangesproken
in plaats van de RvA. In de komende periode zal er gezamenlijk met de ILT gewerkt
worden aan een verdere analyse van welke zorgpunten op welke manier moeten worden
weggenomen inclusief een actieplan.
Voortgang
Op basis van bovenstaande wordt met de reeds ondernomen en voorgenomen verbetermaatregelen
van de ILT en de actieplannen op de verschillende beleidsterreinen verder gewerkt
aan een goede borging van de publieke waarden bij deze stelsels.
Over de voortgang van de 4 in de brief behandelde stelsels en de 29 nog nader te onderzoeken
stelsels zult u middels een halfjaarlijkse voortgangsbrief, inclusief duiding van
de opgestelde actieplannen, worden geïnformeerd.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
M.G.J. Harbers
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.G.J. Harbers, minister van Infrastructuur en Waterstaat