Brief regering : Invulling aan de motie van de leden Bontenbal en Van Ginneken over verschillende scenario’s voor de stimulering van duurzame mobiliteit na 2025 voorleggen aan de Kamer (Kamerstuk 31305-350)
31 305 Mobiliteitsbeleid
Nr. 402 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 11 april 2023
Tijdens het Commissiedebat Duurzaam Vervoer op 29 juni 2022 (Kamerstuk 31 305, nr. 363) heb ik toegezegd dat de Kamer een totaaloverzicht van CO2-reductiemogelijkheden voor de mobiliteitssector ontvangt. Kort na mijn toezegging
werd bekend dat er een interdepartementaal beleidsonderzoek (IBO) klimaat zou worden
uitgevoerd dat voor een belangrijk deel invulling geeft aan dit verzoek.
Op maandag 13 maart 2023 is het eindrapport «Scherpe doelen, scherpe keuzes: IBO aanvullend
normerend en beprijzend nationaal klimaatbeleid voor 2030 en 2050» aangeboden aan
uw Kamer1. In dat onderzoek ligt het accent op de reductiemogelijkheden door beprijzen en normeren.
In mijn voortgangsbrief Duurzaam Vervoer2 van 13 januari jl. heb ik u toegezegd om ook de reductiemogelijkheden te onderzoeken
voor de stimulering van duurzame mobiliteit tussen 2025 en 2030. Dit in vervolg op
de motie3 van de leden Bontenbal en Van Ginneken. Ook heb ik u toen gemeld dat ik het Formule
E-Team (FET) gevraagd heb om met voorstellen te komen.
Om de ambitie uit het Coalitieakkoord van 100% verkoop van emissievrije auto’s in
2030 te kunnen bereiken, heb ik in de eerdergenoemde voortgangsbrief aangegeven naast
de normerings- en beprijzingsmaatregelen ook subsidiëringsmaatregelen uit te werken.
Dit betreft maatregelen die niet in de taakopdracht van het IBO-klimaat pasten, maar
wel kunnen bijdragen aan deze ambitie door de particuliere autobestuurder handelingsperspectief
te geven.
Met de doorrekeningen (incl. samenvattende tabel) en het FET-advies in de bijlagen
bij deze brief geef ik inzicht in de toegezegde scenario’s die zijn gemaakt zowel
in het kader van het IBO-klimaat, als op advies van het FET en nog enkele variaties
hierop. Hiermee geef ik invulling aan mijn eerdere toezeggingen naar aanleiding van
de genoemde motie van de leden Bontenbal en Van Ginneken.
Keuzes over aanvullend beleid worden de komende maanden gemaakt bij de Voorjaarsnotabesluitvorming.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
V.L.W.A. Heijnen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat