Brief regering : Voortgang Programma Weerbaar Bestuur
28 844 Integriteitsbeleid openbaar bestuur en politie
28 684 Naar een veiliger samenleving
Nr. 252 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 maart 2023
Bestuurders, volksvertegenwoordigers en ambtenaren bij gemeenten, provincies en waterschappen
spelen een essentiële rol bij de invulling van de democratische waarden in onze rechtsstaat.
Zij zorgen voor verbindingen tussen het decentraal bestuur en de inwoners, ook met
diegenen die zich minder gehoord voelen. Zij staan in dienst van onze democratie en
moeten beslissingen nemen waarbij alle belangen steeds weer zorgvuldig worden gewogen.
Dit doen zij in tijden waarin onze samenleving voor grote uitdagingen staat, waarbij
emoties soms hoog kunnen oplopen en waarin het vertrouwen van de burger in de overheid
onder druk staat. De verruwing in het publieke debat, het soms ongefundeerd ventileren
van meningen op online platformen en de verharding van de georganiseerde ondermijnende
criminaliteit maakt het werk van politieke ambtsdrager en ambtenaar allesbehalve vanzelfsprekend.
Om die reden werk ik hard aan een weerbaar bestuur. In deze brief zet ik mede namens
de Minister van Justitie en Veiligheid (JenV) voor u uiteen welke structurele inzet
ik op dit gebied voornemens ben te plegen, zoals toegezegd in mijn eerdere Kamerbrief
van juli vorig jaar hierover1. Daarnaast maak ik met deze brief kenbaar welke acties en maatregelen vanuit het
Programma Weerbaar Bestuur zijn genomen en welke vervolgstappen zullen worden gezet.
Regelmatig spreek ik met politieke ambtsdragers en ambtenaren over de mooie, maar
ook de lastige aspecten van het ambt. De impact kan groot zijn van een agressief persoon
aan de balie op het gemeentehuis, bedreigingen op sociale media of een dreigend appje
naar een politicus. Zowel voor degene die het overkomt als voor zijn of haar omgeving.
Beroeps- en bezwaarprocedures zijn een groot goed. Maar wanneer criminelen met diepe
zakken deze misbruiken om bestuurders en ambtenaren te intimideren, is dat schadelijk
en ondermijnend voor onze democratie. Ik zie het als mijn taak om een veilig schild
te bieden aan de bestuurders in de frontlinie van onze democratie. Dit geldt zowel
op de werkvloer als in de privéomgeving. Bestuurder ben je immers 24/7. Mensen die
zich inzetten voor de publieke zaak staan er niet alleen voor. Ze moeten zich te allen
tijde gesteund weten door het Rijk. Samen staan wij schouder aan schouder.
Daarom neem ik verschillende maatregelen om de weerbaarheid van decentrale bestuurders,
volksvertegenwoordigers en de ambtelijke organisatie te vergroten. Bij het vormgeven
van deze maatregelen staan drie uitgangspunten centraal:
– Het bieden van maatwerk bij de toepassing van de maatregelen in de praktijk, zodat ze passend zijn bij de specifieke context
en behoeften van de persoon en diens organisatie;
– De maatregelen sluiten aan op bestaande rollen en verantwoordelijkheden;
– Maatregelen landen goed lokaal, doordat ze worden ontwikkeld met de doelgroep en zoveel
mogelijk worden ingebed in de processen en structuren van de organisaties.
Deze uitgangspunten hanteer ik bij de verdere invulling van de structurele ondermijningsgelden
voor weerbaar bestuur, met als doel de bestuurlijke weerbaarheid van het decentraal
bestuur te versterken. Ik blijf mij hier samen met andere medeoverheden en de partners
binnen het Netwerk Weerbaar Bestuur2 voor inzetten.
1. Veiligheid verhogen
1.1 Aanpak beveiligingsmaatregelen woning decentrale bestuurders
In de Kamerbrief «Weerbaar bestuur en zicht op ondermijning»3 kondigde ik aan om te investeren in de preventieve beveiligingsmaatregelen aan de
woningen van decentrale bestuurders. Want zij, en in het bijzonder burgemeesters,
zijn in de afgelopen jaren een steeds belangrijkere en meer zichtbare rol gaan spelen
in het maatschappelijke debat en bij de aanpak van ondermijning. Het komt steeds vaker
voor dat mensen met agressie, intimidatie en geweld hun gelijk proberen te halen wanneer
ze het niet eens zijn met een genomen besluit. Dit gebeurt niet alleen bij het provincie-
of gemeentehuis, maar komt ook voor bij de privéwoningen van decentrale bestuurders.
Dit vind ik onacceptabel. Want ook thuis moeten bestuurders en hun familie zich veilig
voelen.
Recent evaluatief onderzoek dat ik heb laten uitvoeren door DSP-groep wijst uit dat
het pakket aan preventieve beveiligingsmaatregelen voor decentrale bestuurders vaak
nog ontoereikend is. De huidige Regeling rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers
(hierna: de regeling) slaagt er nog niet in om de veiligheid van decentrale bestuurders
voldoende te verhogen. Bovendien wordt er een afstand ervaren tussen de maatregelen
uit de regeling en de maatregelen die de overheid aanvullend kan treffen in het kader
van het Stelsel Bewaken en Beveiligen. Tot slot kunnen de kosten van de geadviseerde
maatregelen hoger uitvallen dan het bedrag waar aanspraak op gemaakt kan worden. Dit
kan leiden tot intensieve gesprekken met volksvertegenwoordigers en tot politieke
discussies waarin een bestuurder zich onvoldoende gesteund voelt. Bestuurders geven
aan dat dit een belangrijke reden is om van de veiligheidsmaatregelen af te zien.
Dit knelpunt komt ook vaak naar voren in de gesprekken die ik met hen voer. Voor de
volledigheid van (de uitkomsten van) het onderzoek verwijs ik uw Kamer naar de bijlage
van deze brief.
Om de veiligheid van decentrale bestuurders te vergroten, zal ik de huidige Regeling
rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers, die op dit punt sinds begin 2021
van kracht is, uitbreiden en verbeteren. Hierbij zal een uitgebreider pakket aan preventieve
beveiligingsmaatregelen van decentrale bestuurders worden aangeboden op basis van
maatwerk. Het doel van de voorgestelde aanpak is om hun veiligheid rondom hun woonsituatie
te verhogen en de inzet van benodigde beveiligingsmaatregelen buiten de politieke
sfeer te plaatsen.
Illustratie van de uitbreiding van de regeling
Wie is verantwoordelijk
Blauw: JenV/NCTV
Groen: werkgever o.b.v. Arbowetgeving
Oranje: woningbezitter
Tot rode stippellijn:
Preventieve beveiligingsmaatregelen waarbij dreiging (nog) niet concreet is.
Hoeveelheid vs. zwaarte
Naarmate beveiligings-maatregelen zwaarder worden zijn ze voor minder gebruikers noodzakelijk.
Zoals deze illustratie verbeeldt, dragen gemeenten, provincies en waterschappen als
werkgever de verantwoordelijkheid voor de veiligheid van hun bestuurders. Ik wil hen
vanuit de Rijksoverheid ondersteunen om deze werkgeversrol nog beter in te vullen.
De verruwing en de stijging van ervaren agressie en intimidatie tegen decentrale bestuurders
geven hier directe aanleiding toe. Ik zal hierom de regeling veilig wonen als volgt
uitbreiden en verbeteren:
– Decentrale bestuurders krijgen een beveiligingsadvies aangeboden op maat, waarbij
een breder pakket van preventieve maatregelen wordt gehanteerd, waaronder fysieke,
elektronische en online maatregelen.
– Dit beveiligingsadvies zal gaan bestaan uit een situationele beoordeling die onafhankelijk
wordt getoetst door een beveiligingsautoriteit.
– De woningscans en veiligheidsgesprekken, ten behoeve van dit beveiligingsadvies, zal
ik blijven financieren zodat deze gratis blijven voor alle decentrale politieke ambtsdragers.
– Ik zal mij samen met de Minister van JenV inzetten voor een goede aansluiting op het
Stelsel Bewaken en Beveiligen.
– In overleg met de Belastingdienst wil ik voorkomen dat er loonbelasting verschuldigd
is over de kosten voor de beveiligingsmaatregelen, door de regeling te voorzien van
de juiste randvoorwaarden voor fiscale vrijstelling op grond van de Arbeidsomstandighedenwet.
De koepels van gemeenten, provincies en waterschappen onderschrijven het belang om
samen stappen vooruit te zetten in de veiligheid van decentrale bestuurders. Als werkgever
zijn zij verantwoordelijk om het onafhankelijke beveiligingsadvies over te nemen en
hiervoor financiële middelen te reserveren op de begroting. Hier stel ik, vanwege
de toegenomen druk op het decentraal bestuur, een substantiële tegemoetkoming van
jaarlijks 2,5 miljoen euro vanuit het programma weerbaar bestuur tegenover. Bij de
verdere uitwerking en implementatie van de nieuwe regeling zal ik de komende maanden
samen optrekken met de koepels en beroeps- en belangenverenigingen. Zo zetten we ons
gezamenlijk in om meer maatwerk te bieden aan bestuurders als het gaat om hun veiligheid.
In het kader van veilig wonen werk ik ook, samen met de Minister van JenV, aan de
uitvoering van de gewijzigde motie van de leden Sneller en Van der Werf.4 Met deze gewijzigde motie is de regering verzocht om te onderzoeken op welke wijze
het ongewenst en onaangekondigd thuis bezoeken van politici vanwege hun politieke
overtuigingen of andere publieke functionarissen vanwege hun werkzaamheden (zoals
politieagenten of journalisten) strenger kan worden aangepakt of verboden, bijvoorbeeld
bij wet of met behulp van (andere) juridische en bestuurlijke instrumenten. Momenteel
doet de Rijksuniversiteit Groningen hier onderzoek naar. Over de uitkomsten wordt
uw Kamer voor de zomer geïnformeerd.
1.2 Maatregelen voor digitale veiligheid
Helaas zien we naast dat fysieke bedreigingen, zoals incidenten bij privéwoningen,
steeds vaker online intimidaties en bedreigingen bij decentrale politieke ambtsdragers.
In gesprekken die ik met hen heb wordt vaak gewezen op het toenemende belang van hun
online veiligheid. Zo kunnen mensen met kwade bedoelingen misbruik maken van de openbare
bronnen die online beschikbaar zijn om bijvoorbeeld privéadresgegevens te verkrijgen.
Ik vind het belangrijk dat ook politieke ambtsdragers met een onderneming de vrijheid
hebben om zich, naast hun andere baan, in te zetten voor onze samenleving. Zonder
dat zij hoeven na te denken over hoe kwetsbaar zij zijn door openbare gegevens op
het internet.
Daarom heb ik samen met de Kamer van Koophandel (KVK) en de verschillende beroeps-
en belangenverenigingen van politieke ambtsdragers bestuurlijk vertegenwoordigers
van de Commissarissen van de Koning (CdK’s) en gedeputeerden het Convenant voor afscherming
bezoekadressen politieke ambtsdagers in het Handelsregister ondertekend. Zoals eerder
aangekondigd, kunnen sinds 31 januari jl. daardoor bijvoorbeeld wethouders, Statenleden
of waterschapsbestuurders en hun eventuele huisgenoten met een eigen onderneming hun
bezoekadres voortaan eenvoudig afschermen in het Handelsregister.5
In hetzelfde kader zet mijn ambtsgenoot van JenV zet zich in op het strafbaar maken
van Doxing, waarvan het wetsvoorstel recent is aangenomen in uw Kamer. Doel van dit wetsvoorstel
is het strafbaar stellen van het gebruik van persoonsgegevens voor intimiderende doeleinden.
Bij het versturen van een online bedreiging, vaak met een druk op de knop verstuurd,
voelen daders zich misschien anoniem. Wat zij vaak niet beseffen is dat dit grote
impact op politieke ambtsdragers en hun naasten kan hebben. De Monitor Integriteit
en Veiligheid 20226 laat zien dat steeds meer decentrale ambtsdragers bedreiging en intimidatie ervaren,
waarbij vrouwelijke politieke ambtsdragers hier vaker mee te maken krijgen dan hun
mannelijke collega’s. Om die reden heb ik Stichting de Goede Zaak7de opdracht gegeven een verkenning uit te voeren omtrent behoeften na online intimidatie
met betrekking tot vrouwelijke volksvertegenwoordigers en volksvertegenwoordigers
vanuit minderheidsgroepen. Juist met het oog op de representativiteit van ons openbaar
bestuur is het van belang dat mogelijke drempels voor inclusie en diversiteit tijdig
worden herkend. De uitkomsten benadrukken het belang van heldere normen dat ook online
intimidaties en bedreigingen niet normaal zijn, met wie je dit kunt bespreken en melden
en meer bewustzijn van online vindbaarheid bij (kandidaat-) volksvertegenwoordigers.
Alle aanbevelingen worden dit voorjaar besproken met het Netwerk Weerbaar Bestuur
en waar mogelijk opgepakt in de tour van het Ondersteuningsteam Weerbaar Bestuur en
trainingen aan onder anderen griffiers.
2. Weerbaarheid vergroten
2.1 Weerbaarheid politieke ambtsdragers
Ondersteuning nieuwe inwerkprogramma’s
Bij weerbaar bestuur is veiligheid het sluitstuk. Mijn inzet is daarom ook gericht
op preventie. Zo ondersteun ik de beroeps- en belangenverenigingen van politieke ambtsdragers,
CdK’s, gedeputeerden, griffiers en gemeentesecretarissen bij het maken van inwerkprogramma’s.
Recent werd bijvoorbeeld het geactualiseerde Handboek voor Statenleden gepresenteerd,
dat zal worden verspreid onder de nieuwe Statenleden.
Verhogen bewustwording en meldings- en aangiftebereidheid
Om (nieuwe) politieke ambtsdragers als collectief bewust te maken van het belang van
bewustwording op agressie, intimidatie en bedreiging en de eigen weerbaarheid is het
Ondersteuningsteam Weerbaar Bestuur (OTWB)8 sinds de zomer van 2022 gestart met een ronde langs gemeenten en provincies. Na het
inventariseren van de behoeften van bestuurders en volksvertegenwoordigers middels
een intake, is er de mogelijkheid om deel te nemen aan interactieve bewustwordings-
en trainingssessies. Tot nu zijn er ruim 40 intakes geweest en hebben de eerste sessies
met gemeenteraden plaatsgevonden.
Aanvullend op de norm voor politieke ambtsdragers tegen agressie en geweld, heb ik
op 31 januari jl. een soortgelijke norm voor ambtenaren gepresenteerd. Deze norm stelt
duidelijke grenzen over de omgang met ambtenaren binnen zowel het Rijk, gemeentes,
provincies en waterschappen en luidt: Stop agressie samen, zeg nee, meld het en maak werk van veiligheid. Hiermee wordt het niet accepteren van agressie en geweld geen individuele afweging
meer maar een verantwoordelijkheid van de organisatie, zodat er in gezamenlijkheid
een grens wordt getrokken tussen acceptabel en onacceptabel gedrag. De komende periode
zal deze collectieve norm verder worden verspreid binnen zowel het Rijk als gemeenten,
provincies en waterschappen.
Deze norm tegen agressie en intimidatie richting ambtenaren moet helpen om meer meldingen
en aangiften te stimuleren. Om de meldings- en aangiftebereidheid voor zowel politieke
ambtsdragers als ambtenaren verder te verhogen, ga ik de betrokkenen binnen de overheidsorganisaties
actief ondersteunen. Denk hierbij aan het bieden van handvatten voor griffiers, burgemeesters
en gemeentesecretarissen bij het oppakken van een melding vanuit een wethouder, raadslid
of ambtenaar en het aanreiken van voorbeelden van agressieprotocollen. Uitgangspunt
moet zijn dat het (intern) melden van incidenten normaal wordt, waardoor de organisatie
adequaat steun kan verlenen, opvolging kan geven richting daders en beter zicht krijgt
op (ondermijnende) risico’s die voort kunnen komen uit het werk.
Samen met het eerdergenoemde Ondersteuningsteam Weerbaar Bestuur wordt advies en steun
gegeven wanneer decentrale politieke ambtsdragers geconfronteerd worden met een vorm
van intimidatie of agressie en vragen hebben over nazorg of opvolging richting dader.
In totaal zijn er in 2022 32 contactmomenten geweest tussen het Ondersteuningsteam
en decentrale politieke ambtsdragers.
Wanneer incidenten strafbaar zijn, is het belangrijk dat hier ook aangifte van wordt
gedaan, zodat daders kunnen worden gestraft. Daarom wordt er samen met de politie
en het Openbaar Ministerie (OM) bezien hoe de bestaande Eenduidige Landelijke Afspraken
(ELA) meer bekendheid kunnen krijgen en waar eventuele verbeterpunten zitten in de
opvolging hiervan.
2.2 Inzichtelijk maken kwetsbare processen
Naast de persoonlijke weerbaarheid zet ik ook in op de weerbaarheid van de gemeentelijke
organisatie. Denk bijvoorbeeld aan het inzichtelijk maken van kwetsbare processen.
Gemeenten bieden diensten en producten aan die door criminelen misbruikt kunnen worden,
waarmee het risico bestaat dat zij hen onbewust faciliteren. Bij kwetsbare processen
denk ik bijvoorbeeld aan grondtransacties, het verlenen van vergunningen en het verstrekken
van subsidies en identiteitsbewijzen. Op dit moment laat ik een verkenning uitvoeren
naar kwetsbare processen bij gemeenten. Dit onderzoek bevindt zich momenteel in de
afrondende fase en de uitkomsten hiervan zal ik met uw Kamer delen. Daarnaast faciliteert
mijn ministerie kennisdeling op deze onderwerpen via leerkringen, waar gemeenten uit
heel het land aan verbonden zijn. Jaarlijks worden lessen uit de leerkringen breed
verspreid.
Ook provincies vervullen steeds meer een rol in de signalering en ondersteuning bij
kwetsbaarheden op het gebied van oneigenlijke beïnvloeding en ondermijning binnen
gemeenten. Zo hebben verschillende CdK’s een actieve rol gespeeld bij het opstellen
van provinciale normen om hun gemeentes de krachten te laten bundelen bij het bieden
van ondersteuning aan gemeenten bij de aanpak van ondermijning. Dit ter voorkoming
van een waterbedeffect doordat de ene gemeente maatregelen tegen ondermijning neemt
en de andere niet. Hierdoor kunnen criminele activiteiten verschuiven naar die andere
gemeente. Om gemeenten te ondersteunen bij het bundelen van deze krachten heb ik in
2022 een eenmalige financiële bijdrage van € 400.000,– aan iedere provincie verstrekt.
2.3 Verkenning naar landelijk juridisch steunpunt
Het is onacceptabel dat criminelen wettelijke middelen en procedures misbruiken om
daarmee bestuurders en ambtenaren te intimideren. De (georganiseerde) criminaliteit
beschikt vaak over diepe zakken waarmee dure juridische kennis ingeschakeld kan worden
om druk uit te oefenen op een overheidsorganisatie. We moeten voorkomen dat gemeenten
niet opgewassen zijn tegen dit juridische geweld. Een weerbaar bestuur betekent immers
ook een lokaal bestuur dat zich ondersteund weet als het zelf mikpunt is van juridische
strijd met intimiderend karakter. Eerder heb ik mede namens de Minister van JenV aangegeven
dat er een verkenning is geïnitieerd naar een landelijk juridisch steunpunt om gemeenten
te ondersteunen bij complexe juridische procedures. Dit mede naar aanleiding van de
motie van de leden Kuik en Bikker.9
Uit de voorlopige uitkomsten van deze ambtelijke verkenning is gebleken dat er behoefte
is aan juridische ondersteuning op uiteenlopende terreinen en in verschillende vormen.
Denk bijvoorbeeld aan de beantwoording van specialistische juridische vragen over
de aanpak van ondermijning. De Regionale Informatie en Expertisecentra (RIEC’s) vervullen
momenteel een deel van deze behoefte. Onderzocht wordt wat er verder nodig is en wat
hiervoor de mogelijkheden zijn. Hierbij zal ik ook de adviezen en aanbevelingen van
een nog uit te brengen WODC-onderzoek naar niet-strafbare vormen van intimidatie van
decentrale politieke ambtsdragers en overheidsmedewerkers middels wettelijke middelen,
meenemen.
Bij de nadere uitwerking van de benodigde ondersteuning zal ik oog houden voor de
bijzondere belangen van kleine en middelgrote gemeenten. Ook vind ik het belangrijk
dat ondersteuning van bestuurders en hun organisatie niet versnipperd plaatsvindt
en we kennis en advies efficiënt en effectief bij elkaar brengen. Samen met mijn ambtsgenoot
van JenV zal ik u na de zomer nader informeren over de verdere uitwerking hiervan.
2.4 Doorontwikkeling Zicht op Ondermijning
Bij de ondersteuning van gemeenten in het vergroten van de weerbaarheid spelen data
een cruciale rol. De reeds door mij ontwikkelde «Zicht-op-Ondermijning-methode»10, die meer zicht geeft op de patronen en risico’s van ondermijning in gemeenten, maakt
bestuurders en ambtenaren bewust van lokale problemen en potentiële voedingsbodems.
Deze werkwijze helpt om het (preventieve) toezicht van gemeenten efficiënter in te
zetten. Via de Landelijke Aanpak Adreskwaliteit onderzoeken gemeenten bijvoorbeeld
de correcte registratie van adressen van burgers. Het dashboard Zicht op Ondermijning
geeft extra aanwijzingen voor foutieve registratie. Zo kan voorkomen worden dat er
misbruik wordt gemaakt van voorzieningen. Tegelijkertijd biedt deze werkwijze inzicht
in kenmerken van aan adres gerelateerde criminele activiteiten elders. In dat kader
wordt bijvoorbeeld het deelproject Vakantieparken doorontwikkeld.11 Voor dit dashboard wordt dezelfde methodiek toegepast om meer zicht te krijgen op
de risico’s van ondermijning op vakantieparken.
Ten slotte brengt Zicht op Ondermijning ook gelegenheidsstructuren in kaart. Dit kan
als startpunt gebruikt worden waarna aan de hand van andere signalen bij overheden
over bijvoorbeeld de aanwezigheid van witwaspraktijken in wijken, de partners binnen
het RIEC-samenwerkingsverband dit kunnen oppakken. Zo ontstaat voor deze partners,
zoals gemeente, politie, belastingdienst en OM, een beter beeld van de plekken waar
de onder- en bovenwereld mogelijk samenkomen.
Voor het komende jaar heb ik de ambitie om Zicht op Ondermijning door te ontwikkelen
naar een landelijk kennispunt. Naast de reeds beschikbare data zal de focus komen
te liggen op het bieden van concrete handelingsperspectieven aan gemeenten om ondermijning
aan te pakken en mogelijke risico’s die hiervan uitgaan te verkleinen. Daarbij zal
ik bezien of een koppeling met de bredere ondersteuning van decentrale bestuurders
op ondermijnings- en weerbaarheids- thema’s (zoals integriteit en persoonlijke weerbaarheid)
mogelijk is. Voor het komend jaar heb ik de ambitie om mij hier samen met de Minister
van JenV voor in te zetten.
Afsluitend
Het werken aan een weerbaar bestuur en weerbare overheidsorganisaties houdt nooit
op. De druk op het decentraal bestuur blijft onverminderd groot. Ik blijf mij, in
nauwe samenwerking met partners binnen het Netwerk Weerbaar Bestuur, inzetten voor
een weerbaar bestuur tegen elke vorm van oneigenlijke druk. Over de verdere uitwerking
en voortgang van de inzet omtrent deze onderwerpen zal ik uw Kamer met de volgende
voortgangsbrief in het voorjaar van 2024 informeren.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, H.G.J. Bruins Slot
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.G.J. Bruins Slot, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties