Brief regering : Reactie op het Amendement van het lid Omtzigt over het toevoegen van wetenschappelijk onderzoek aan de doelen (Kamerstuk 36275-7)
36 275 Regels aangaande een tijdelijke uitwisseling van persoonsgegevens ter identificering van de ouders die gedupeerd zijn als gevolg van problemen bij de uitvoering van de kinderopvangtoeslag en geconfronteerd zijn met uithuisplaatsing van kinderen (Tijdelijke wet uitwisseling persoonsgegevens UHP KOT)
Nr. 8
                   BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING
            
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 februari 2023
Bij het wetsvoorstel houdende regels aangaande een tijdelijke uitwisseling van persoonsgegevens
                  ter identificering van de ouders die gedupeerd zijn als gevolg van problemen bij de
                  uitvoering van de kinderopvangtoeslag en geconfronteerd zijn met uithuisplaatsing
                  van kinderen (Tijdelijke wet uitwisseling persoonsgegevens UHP KOT) (Kamerstuk 36 275) is door het Lid Omtzigt van uw Kamer een amendement ingediend. Het amendement strekt
                  tot het ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek in het algemeen verstrekken van
                  persoonsgegevens, waaronder dossiers, van gedupeerden die te maken hebben (gehad)
                  met uithuisplaatsing (Kamerstuk 36 275, nr. 7). Over dit amendement bericht ik u als volgt.
               
Het amendement leidt tot een uitbreiding van de regeling voor gegevensverwerking op
                  grond van het wetsvoorstel. Het ziet erop dat dossiers van gedupeerde ouders en hun
                  uithuisgeplaatste kinderen worden verstrekt aan de Minister voor Rechtsbescherming.
                  Daarbij regelt het amendement tevens dat deze dossiers en lijsten van UHP KOT-ouders
                  en UHP KOT-kinderen door de Minister worden gedeeld met het Centraal Bureau voor de
                  Statistiek (CBS) of andere instellingen of diensten ten behoeve van wetenschappelijk
                  onderzoek. Gelet op deze strekking en ten behoeve van een zorgvuldige voorbereiding
                  van de beoordeling van het amendement, heb ik het amendement voor advies voorgelegd
                  aan de Autoriteit Persoonsgegevens. Tegelijkertijd heb ik dit amendement voor een
                  zienswijze voorgelegd aan de Belastingdienst/Toeslagen, het CBS, de Raad voor de rechtspraak
                  en de gerechten, de raad voor de kinderbescherming en de gecertificeerde instellingen.
               
Om een zo voortvarend mogelijke behandeling van het wetsvoorstel te waarborgen, heb
                  ik de Autoriteit Persoonsgegevens en de eerder noemde organisaties reeds verzocht
                  om advies en hun zienswijzen over het amendement. Na ontvangst van het advies en de
                  zienswijzen zal ik deze aan u toezenden, voorzien van een reactie van mijn kant.
               
De Minister voor Rechtsbescherming,
                  F.M. Weerwind
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
F.M. Weerwind, minister voor Rechtsbescherming