Brief regering : Reactie op verzoek commissie over o.a. de stand van zaken Wet toekomst pensioenen
32 043 Toekomst pensioenstelsel
Nr. 600 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR ARMOEDEBELEID, PARTICIPATIE EN PENSIOENEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 februari 2023
In de procedurevergadering van 13 december 2022 heeft vaste de commissie voor Sociale
Zaken en Werkgelegenheid om een brief verzocht met de stand van zaken betreffende
het Wetsvoorstel pensioenverdeling bij scheiding 2022 (Kamerstuk 35 287) in relatie tot de voorgestelde Wet toekomst pensioenen ()Kamerstuk 36 067). Waarbij
verzocht wordt eveneens in te gaan op de gevolgen van het aannemen van de Wet toekomst
pensioenen voor het Wetsvoorstel pensioenverdeling bij scheiding 2022. Met deze brief
kom ik tegemoet aan dit informatieverzoek. Eveneens maak ik van de gelegenheid gebruik
om terug te komen op de twee toezeggingen die ik gedaan heb tijdens de plenaire behandeling
van de Wet waardeoverdracht klein pensioen en geef ik een stand van zaken ten aanzien
van de beleidsreactie op de evaluatie van de Wet algemeen pensioenfonds die op 20 juni
2022 naar uw Kamer is gestuurd1.
Wetsvoorstel pensioenverdeling bij scheiding 2022
In het nader rapport bij het Wetsvoorstel toekomst pensioenen2 heb ik reeds aangegeven dat er samenhang is tussen de voorstellen voor de Wet toekomst
pensioenen en de Wet pensioenverdeling bij scheiding. In het nader rapport is tevens
aangegeven dat vanwege de inhoudelijke samenhang de regering voornemens is om de inwerkingtredingsdatum
van het wetsvoorstel pensioenverdeling bij scheiding op te schuiven naar 1 januari
2027. Pensioenuitvoerders kunnen in de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel dan
alvast rekening houden met de uitvoeringstechnische gevolgen van het wetsvoorstel
pensioenverdeling bij scheiding, maar de voorgestelde maatregelen uit die wet nog
niet als zodanig hoeven uit te voeren.
Omdat uitstel van de inwerkingtredingsdatum van het wetsvoorstel pensioenverdeling
bij scheiding betekent dat de beoogde doelen uit deze wet, die geïnitieerd zijn om
de bescherming van de scheidende partners te verbeteren, pas in 2027 in werking zullen
treden, zal de regering bij nota van wijziging overbruggingsmaatregelen introduceren
waardoor de verdeling van pensioen bij scheiding alvast in de geest van het wetsvoorstel
kan plaatsvinden.
Ik ben voornemens om deze nota van wijziging na de zomer van 2023 naar uw Kamer toe
te sturen, eventuele wijzigingen voor het wetsvoorstel pensioenverdeling bij scheiding
als gevolg van de Wet toekomst pensioenen zullen daarin ook worden meegenomen.
Ik geef u in overweging te wachten met het inplannen van de plenaire behandeling van
het wetsvoorstel pensioenverdeling bij scheiding tot u de betreffende nota van wijziging
heeft ontvangen.
Toezeggingen bij plenaire behandeling Wet waardeoverdracht klein pensioen
Sinds 1 januari 2019 hebben pensioenuitvoerders het recht om kleine pensioenen ontstaan
door baanwisseling, zonder tussenkomst van de deelnemer, over te dragen aan de nieuwe
pensioenuitvoerder van deze deelnemer. Het recht op afkoop is daarmee vervangen door
het recht op (automatische) waardeoverdracht. Dit ter bevordering dat opgebouwde aanspraken
zoveel mogelijk de pensioenbestemming houden. Tussentijdse afkoop blijft slechts in
uitzonderlijke situaties mogelijk. Er zijn ook kleine pensioenen die een andere ontstaansgeschiedenis
hebben dan baanwisseling, bijvoorbeeld ontstaan als gevolg van collectieve beëindiging;
de werkgever zegt voor al zijn werknemers de pensioenregeling op bij de pensioenuitvoerder.
Sinds 1 januari 2023 vallen ook deze kleine pensioenen onder het systeem van automatische
waardeoverdracht. In feite ontstaat er geen nieuwe situatie, alleen komen meer kleine
pensioenen in aanmerking voor automatische waardeoverdracht en wordt het kleine pensioen
van meer deelnemers automatisch overgedragen. Dat neemt niet weg dat, al is het in
uitzonderlijke situaties, de mogelijkheid tot afkoop van een klein pensioen blijft
bestaan.
Tijdens de behandeling van het Wetsvoorstel waardeoverdracht klein pensioen heb ik
toegezegd om met pensioenuitvoerders in gesprek te gaan om aandacht te vragen voor
de communicatie rond afkoop en de consequenties daarvan voor deelnemers en heb ik
toegezegd om bij de Belastingdienst na te gaan in hoeverre hun dienstverlening voldoende
is voorbereid op dit wetsvoorstel. Afgelopen najaar heb ik zowel met de pensioenuitvoerders
als met de Belastingdienst gesproken over de communicatie richting de deelnemer op
dit punt. Indien het opgebouwde pensioen van een gewezen deelnemer in aanmerking komt
voor afkoop, wordt hij door de pensioenuitvoerder gewezen op de consequenties die
dit kan hebben voor toeslagen, belastingen of andere uitkeringen. De dienstverlening
van de Belastingdienst is voldoende voorbereid op vragen over de gevolgen van afkoop
klein pensioen.
Stand van zaken nadere beleidsreactie evaluatie Wet algemeen pensioenfonds
Op 20 juni 2022 heb ik uw Kamer op hoofdlijnen geïnformeerd over inhoud van de evaluatie
van de Wet algemeen pensioenfonds. Het evaluatierapport is als bijlage bij de Kamerbrief
van 20 juni 2022 gevoegd. In het rapport is onderzocht in hoeverre de doelstellingen
die in het wetgevingstraject rond de introductie van het Algemeen pensioenfonds zijn
geformuleerd, ook daadwerkelijk zijn gerealiseerd. In mijn brief van 20 juni 2022
heb ik aangegeven dat er een nadere beleidsreactie rond de zomer zou volgen.
Gelet op de intensieve behandeling van de Wet toekomst pensioenen, heeft u de nadere
kabinetsreactie op de evaluatie nog niet ontvangen. Ik verwacht dat ik u in het voorjaar
van 2023 de nadere beleidsreactie alsnog kan sturen.
De Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen, C.J. Schouten
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen