Brief regering : Maatregelen opvangopgave voorjaar 2023
19 637 Vreemdelingenbeleid
Nr. 3065
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 februari 2023
Op 30 januari jl. is uw Kamer geïnformeerd over de opvangopgave voor het voorjaar
van 2023 (Handelingen II 2022/23, nr. 46, Regeling van Werkzaamheden). Uit de vooruitblik
werd duidelijk dat er nog veel werk verzet moet worden. Dat gaat niet zonder de inzet
en hulp van het COA, Veiligheidsregio´s, gemeenten en vele andere partijen. Om die
reden vonden op 2 februari jl. ingelaste bijeenkomsten van de Landelijke Regietafel
Migratie en Integratie (LRT) en het Veiligheidsberaad (VB) plaats. In deze brief ga
ik nader in op het besproken handelingsperspectief, waarbij ik mijn waardering wil
uitspreken voor de constructieve wijze waarop de leden van de Landelijke Regietafel
en het Veiligheidsberaad blijven meedenken over mogelijke maatregelen.
Structurele aanpak
Belangrijk onderwerp van gesprek was de realisatie van een stabiele en flexibele asielopvang.
Ik verwacht het advies van de Raad van State op het wetsvoorstel Wet gemeentelijke
taak mogelijk maken asielopvangvoorzieningen op zeer korte termijn, waarna weer een
volgende stap kan worden genomen met het oog op inwerkingtreding. In het verlengde
daarvan heeft zich een veelbelovende ontwikkeling voorgedaan bij de zoektocht naar
nieuwe aanmeldcentra. Met de mogelijke realisatie van een zogeheten ontvangstlocatie
ontstaat perspectief op betere spreiding bij de start van het asielproces. Daarnaast
zet ik, samen met de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, het Rijksvastgoedbedrijf
en het COA, maximaal in op het gebruik van flexwoningen bij opvanglocaties. Stip op
de horizon bij deze en vele andere inspanningen is de aan de Landelijke Regietafel
vastgestelde Uitvoeringsagenda Flexibilisering Asielketen.
Maatregelen voorjaar 2023
Tijdens de Landelijke Regietafel en het Veiligheidsberaad is vooruitgeblikt op de
opvangopgave voor het voorjaar van 2023. Het gedeelde beeld is dat extra maatregelen
nodig zijn, bovenop de maatregelen die reeds zijn geschetst in de brief van 30 januari
jl. Vooruitlopend op het gevraagde tijdens de Regeling van Werkzaamheden op 31 januari
jl.,1 liet ik daarin weten dat 19.000 extra opvangplekken worden verwacht bij succesvolle
tenuitvoerlegging van de maatregelen die het COA reeds onderneemt. Gelet op de statuswijziging
van derdelanders uit Oekraine per 4 maart 2023 en de afbouw van crisisnoodopvang vanaf
1 april 2023 heb ik richting de leden van de Landelijke Regietafel en het Veiligheidsberaad
de gerede verwachting uitgesproken dat dit aantal, hoewel substantieel, niet voldoende
is om opvangtekorten te voorkomen.
Anders dan vorig jaar hebben we nu eerder inzicht in de situatie die op ons afkomt.
Omdat de noodzaak tot aanvullende inzet werd herkend en onderschreven aan de Landelijke
Regietafel en het Veiligheidsberaad heb ik twee hulpvragen neergelegd:
– Aan de leden van de Landelijke Regietafel en het Veiligheidsberaad heb ik gevraagd
derdelanders die op dit moment in de gemeentelijke opvang voor Oekraïense ontheemden
verblijven langer op te vangen, naar gelang opvangplekken bij het COA ontstaan.
– Aan de leden van het Veiligheidsberaad heb ik gevraagd crisisnoodopvang in te (blijven)
zetten tot aan het moment dat het aantal benodigde opvangplekken is gerealiseerd,
maar in ieder geval tot aan 1 juli 2023.
Ik reken hierbij op de verenigde hulp en inzet van betrokken partijen. De hulpvragen
zullen, in nauwe afstemming met het COA, de Veiligheidsregio´s, gemeenten en andere
betrokken partijen nader worden uitgewerkt tot concrete maatregelen die tijdig doorgevoerd
kunnen worden. Dit geldt in het bijzonder voor de gefaseerde overgang van derdelanders
uit Oekraïne. Daarover vindt op de kortst mogelijke termijn vervolgoverleg plaats.
Ondertussen blijf ik in kabinetsverband ook werken aan maatregelen om extra opvangplekken
te realiseren.
Ik vertrouw erop dat u met deze brief op de hoogte bent gesteld van de meest recente
stand van zaken van de opvangopgave. Aangezien scenario´s nog in beweging zijn en
onderhandelingen nog gaande kan ik de gevraagde scenario´s rondom de opvangopgave
in dit stadium niet met uw Kamer delen.2 Dat laat onverlet dat ik ernaar streef om uw Kamer tijdig en volledig te blijven
informeren over ontwikkelingen rondom de uitwerking en tenuitvoerlegging van de verschillende
maatregelen. Op korte termijn gaat het in ieder geval om een brief waarin ik de contouren
uiteenzet van het plan van aanpak ten aanzien van derdelanders uit Oekraïne.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
E. van der Burg
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid