Brief regering : Nalevingsverslagen geluidproductieplafonds langs rijkswegen en spoorwegen 2021
32 252 Wijziging van de Wet milieubeheer in verband met de invoering van geluidproductieplafonds en de overheveling van hoofdstuk IX van de Wet geluidhinder naar de Wet milieubeheer (modernisering instrumentarium geluidbeleid, geluidproductieplafonds)
Nr. 66
BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 december 2022
Hierbij bieden wij u de verslagen over de naleving van de geluidproductieplafonds
langs rijkswegen en spoorwegen in het jaar 2021 aan.
De nalevingsverslagen weg en spoor zullen ook op de websites van Rijkswaterstaat en
van het Geluidsregister spoor worden geplaatst1. Op deze websites zijn ook de bijlagen, met daarin de geluidproductie op alle referentiepunten
in het jaar 2021 te vinden. Deze bijlagen zijn zeer omvangrijk en worden om die reden
niet meegestuurd. Ook zijn op deze websites de nalevingsverslagen van voorgaande jaren
te vinden.
Tevens bieden wij u een nota van bevindingen aan. Deze nota geeft een nadere duiding
van de nalevingsverslagen. Uit de nota komt het volgende beeld naar voren:
Uit al de ingediende nalevingsverslagen blijkt dat met de systematiek van geluidproductieplafonds
de geluidproductie op een groot deel van het wegennet en spoorwegennet wordt beheerst.
De beheerders geven daarmee actief invulling aan de in de Wet milieubeheer, hoofdstuk
11, gedefinieerde zorgplicht tot naleving van geluidproductieplafonds. Alle locaties
van overschrijdingen en dreigende overschrijdingen worden in de nalevingsverslagen
transparant in kaart gebracht en ook wordt aangegeven welke vervolgstappen nodig zijn.
Locaties waar het geluid toeneemt, worden vervolgens aangepakt. De nalevingsverslagen
beschrijven welke stappen de beheerders hebben gezet om overschrijdingen aan te pakken
en om te voorkomen dat op trajecten met dreigende overschrijdingen in de toekomst
overschrijdingen zullen ontstaan.
Dat de geluidproductie middels de systematiek van geluidproductieplafonds wordt beheerst,
betekent niet dat nergens meer hinder van weg- of spoorgeluid wordt ervaren. Er zijn
locaties waar de wettelijke norm (het maximale aantal decibellen toegestaan volgens
de Wet milieubeheer) wordt overschreden. Daarom loopt, parallel aan de aanpak van
de hierboven genoemde overschrijdingen, ook het Meerjarenprogramma geluidsanering.
Het MJPG wordt uitgevoerd middels het plaatsen van raildempers, geluidschermen en/of
het aanbrengen van gevelisolatie.
Uit het nalevingsverslag wegen van Rijkswaterstaat blijkt verder dat in 2021 op 152 km rijbaan een stil wegdek voor
de naleving van de geluidproductieplafonds is aangelegd. In 2020 was dit 139 km en
in 2019 240 km. In de planning voor de komende jaren wordt het aanleggen van stil
wegdek doorgezet. Een en ander heeft echter niet voorkomen dat het percentage overschrijdingen
in 2021 iets hoger was dan in 2020 (0,8% ten opzichte van 0,7%).
RWS draagt er aan bij om toekomstige overschrijdingen te voorkomen of weg te nemen
door zowel het (tijdig) treffen van maatregelen, als door het in de toekomst beter
voorspellen van dreigende overschrijdingen en daar onder meer de planning van het
vervangen van wegdekken op af te stemmen.
Het nalevingsverslag spoorwegen van ProRail laat zien dat het percentage overschrijdingen van de plafonds in 2021
gering is, namelijk 0,7% van het aantal referentiepunten (in 2020 was dit 0,8%). Alle
locaties van overschrijdingen en dreigende overschrijdingen zijn transparant in kaart
gebracht. Deze locaties worden aangepakt door ProRail om zo de overschrijdingen weg
te nemen of te voorkomen. Uit het verslag blijkt verder dat in 2021 door ProRail meer
gebruik is gemaakt van zogenaamde stille technieken, zoals raildempers, voegloze wissels
en betonnen dwarsliggers2.
Wat betreft de naleving van de geluidproductieplafonds langs de Hoekse Lijn (de spoorlijn
tussen station Schiedam Centrum en Hoek van Holland) blijkt dat de omvang van de overschrijdingen
is toegenomen en het zicht op het treffen van maatregelen ontbreekt. Het nalevingsverslag
herhaalt de ambitie van de RET om maatregelen voortvarend op te pakken, zonder dat
het verslag inzicht geeft hoe deze ambitie wordt vormgegeven of concreet tot oplossingen
zal leiden. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) zal daarom bij de RET nagaan
op welke wijze en wanneer het handelen van de RET tot naleving zal leiden. Een verbeterplan,
voorzien van een duidelijke en concrete planning en van een plan van aanpak van te
treffen maatregelen, is daarbij een eerste stap.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
M.G.J. Harbers
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
V.L.W.A. Heijnen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.G.J. Harbers, minister van Infrastructuur en Waterstaat -
Mede ondertekenaar
V.L.W.A. Heijnen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat