Brief regering : Reactie op verzoek commissie over berichtgevingen in de media dat de boycot van Russische olie ineffectief of zelfs contraproductief is én schadelijk voor de Nederlandse economie en het prijsniveau van olieproducten in Nederland en daarbij aan te geven wat de verwachtingen van het kabinet zijn ten aanzien van een mogelijke price cap op de olieprijs
36 045 Situatie in de Oekraïne
Nr. 119 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 november 2022
Met deze brief geef ik mede namens de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
en de Minister voor Klimaat en Energie gevolg aan het verzoek van de vaste Kamercommissie
Buitenlandse Zaken om «de Kamer schriftelijk een reactie te geven op berichtgevingen
in de media dat de boycot van Russische olie ineffectief of zelfs contraproductief
is én schadelijk voor de Nederlandse economie en het prijsniveau van olieproducten
in Nederland en daarbij aan te geven wat de verwachtingen van het kabinet zijn ten
aanzien van een mogelijke price cap op de olieprijs.»
De voortdurende en onacceptabele Russische militaire agressie in Oekraïne leidt tot
enorm veel leed. Dagelijks zijn er veel doden en gewonden te betreuren en de schade
in Oekraïne wordt steeds groter. De inval in Oekraïne is een grove schending van het
internationaal recht en raakt daarmee aan een fundament van de veiligheid en welvaart
van Nederland en de EU. In reactie hierop heeft de EU, naast financiële en militaire
steun aan Oekraïne, in acht pakketten verschillende sanctiemaatregelen getroffen tegen
Rusland en Belarus. Wat het kabinet betreft blijven we ons met kracht hierop inzetten.
De ingestelde sancties hebben als doel om de capaciteit van Rusland om de aanvalsoorlog
in Oekraïne voort te zetten te ondermijnen, en om de vrede en veiligheid in Europe
te beschermen. Verschillende bronnen laten zien dat de RF economie zwaar lijdt onder
de door het Westen opgelegde sancties, al voorkomt het grote aandeel van de staat
in de Russische economie een onmiddellijke implosie. De sancties brengen onvermijdelijk
ook een prijs mee voor de Nederlandse economie. Bedrijven die zaken deden met partners
in Rusland of Belarus moeten nu mogelijk op zoek naar alternatieve markten. Het Ministerie
van BZ helpt hen daarbij via de dienstverlening van de RVO. Nederland is bereid deze
prijs voor sancties te betalen, want als wij nu nalaten die te betalen zal de uiteindelijke
prijs veel hoger uitvallen.
Daarnaast worden huishoudens en bedrijven in Nederland en de EU ook rechtstreeks geraakt
door de gevolgen van de Russische agressie. Zo leidt het verminderen van de gasleveringen
aan de EU door Rusland tot hoge energieprijzen. Veel mensen maken zich zorgen over
de historisch hoge inflatie. Het kabinet deelt deze zorgen. Daarom kondigde het kabinet
op Prinsjesdag een historisch groot koopkrachtpakket aan met onder andere een prijsplafond
voor gas en energie.
Het kabinet heeft in de aanloop naar de EU-besluitvorming herhaaldelijk aangegeven
dat in beginsel alle sancties, waaronder op olie, bespreekbaar waren en zijn. Hierbij
dient te allen tijde rekening gehouden te worden met de leveringszekerheid in Nederland
en die van EU-lidstaten. De oliesancties zijn van toepassing vanaf 4 juni 2022 en
hebben t.a.v. de invoer van olie en olieproducten een uitgestelde werking voor contracten
die voor 4 juni 2022 zijn gesloten, en voor incidentele eenmalige leveringscontracten
die na 4 juni worden gesloten. Voor beide typen contracten geldt de verplichting deze
uiterlijk 5 december 2022 (ruwe olie) of uiterlijk 5 februari 2023 (olieproducten)
afgewikkeld te hebben. Door deze uitgestelde werking krijgen de oliemarkten de gelegenheid
te anticiperen op het embargo en handelsroutes aan te passen.
Het kabinet ziet het EU-embargo op Russische olie en Russische olieproducten als een
effectieve maatregel om de Russische oliebaten te verminderen. De EU en haar bondgenoten
zijn immers wereldwijd veruit de grootste afnemers van Russische olie. Andere landen
kunnen deze vraag waarschijnlijk niet vervangen, ook niet op termijn (waarbij ook
nog geldt dat Russische olie sinds het begin van de oorlog met korting wordt verkocht
aan derde landen). Alhoewel de wereldolieprijs op korte termijn lastig te voorspellen
is, zal volgens het kabinet de prijs van Russische olie uiteindelijk sterk dalen (doordat
er minder afnemers van zijn), waardoor de Russische olie-inkomsten zullen afnemen.
Om de effectiviteit van het EU-embargo op Russische olie verder te verhogen, voert
de EU reeds in afstemming met haar bondgenoten ook een verbod in op diensten zoals
het verzekeren en vervoeren van Russische olie en olieproducten.
Daarnaast zijn er al snel na de Russische invasie van Oekraïne in februari 2022 strenge
exportbeperkingen ingevoerd op de uitvoer van goederen en technologie voor de olie-
en gasindustrie, in aanvulling op de al bestaande sanctiemaatregelen die al sinds
2014 gelden. Hierdoor wordt onderhoud aan en modernisering van de Russische industrie
bemoeilijkt en neemt de Russische olie- en gasproductiecapaciteit op de langere termijn
verder af.
De wereldwijde oliemarkt is een complexe markt, waarbij veel factoren de olieprijs
beïnvloeden. Door de uitgestelde werking van het EU-embargo krijgt de internationale
oliemarkt de gelegenheid zich aan te passen aan de nieuwe situatie om zo volatiliteit
te beperken. Andere recente ontwikkelingen met grote invloed op de olieprijs zijn
bijvoorbeeld het (zero-)COVID-beleid in China en dreigende recessies in de VS en de EU. Op het moment van
schrijven is de wereldolieprijs door al deze factoren lager dan op het moment dat
het EU-embargo werd aangekondigd (31 mei jl.).
Nu het EU-embargo op Russische olie- en olieproducten bijna van kracht wordt, is een
price-cap op Russische olie- en olieproducten die naar de EU worden geïmporteerd niet nodig.
Op 6 oktober jl. zijn er door de EU nieuwe sancties tegen Rusland aangenomen, mede
op verzoek van Nederland. Hierbij is ook de juridische basis gelegd voor de EU om
een price-cap op de uitvoer van Russische olie naar derde landen in te stellen. Dit initiatief
wordt in G7 verband ontwikkeld. Deze price-cap moet werken via het verbod op (o.a. verzekerings)diensten voor de uitvoer van olie.
Dienstverlening voor de uitvoer van RF olie door bedrijven uit de G7-landen zou dan
worden toegestaan, mits de prijs van de olie onder de price-cap ligt of daaraan gelijk is. Het kabinet ziet deze price-cap op Russische olie uitvoer naar derde landen als een mogelijk effectief middel omdat
het beoogt de Russische olie-inkomsten te verlagen zonder dat de leveringszekerheid
wordt geraakt.
Het kabinet blijft zich proactief inzetten om de effectiviteit van sancties tegen
Rusland te verhogen. Sancties zullen onvermijdelijk ook de Nederlandse economie raken.
Dit is de prijs die we betalen om pal te staan voor vrijheid en de internationale
rechtsorde.
De Minister van Buitenlandse Zaken, W.B. Hoekstra
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken