Brief regering : SER-Verkenning ‘Evenwichtig sturen op de grondstoffentransitie en energietransitie voor brede welvaart’
32 852 Grondstoffenvoorzieningszekerheid
Nr. 209
                   BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
            
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 oktober 2022
Onlangs heb ik de SER-Verkenning «Evenwichtig sturen op de grondstoffentransitie en
                  energietransitie voor brede welvaart» aangeboden gekregen van de heer Kim Putters.
                  Graag wil ik deze waardevolle verkenning doorgeleiden naar uw Kamer1.
               
In deze verkenning, die is voorbereid door de SER-commissie Duurzame Ontwikkeling
                  onder leiding van kroonlid Ed Nijpels, wordt ingegaan op de noodzaak om de grondstoffentransitie
                  en de energietransitie in gezamenlijkheid aan te pakken en te versnellen. Volgens
                  de SER gebeurt dat nu nog onvoldoende, terwijl de grondstoffentransitie minstens zo
                  ingrijpend zal zijn als de energietransitie.
               
Aanleiding voor de verkenning is de urgentie van het op onhoudbare wijze overschrijden
                  van de planetaire grenzen. Daardoor staan we mondiaal voor drie grote duurzaamheidsopgaven:
                  1) tegengaan van klimaatverandering, 2) herstellen en verbeteren van biodiversiteit,
                  3) het creëren van een gezonde, schone en veilige leefomgeving. Oorzaak van deze problemen
                  komt grotendeels voort uit onze omgang (winning, productie en consumptie) met energie,
                  grond- en voedingsstoffen en materialen. Via de energietransitie én de grondstoffentransitie
                  sturen we op deze opgaven. De SER is van mening dat de grondstoffentransitie, waar
                  op in wordt gezet door middel van het rijksbrede programma circulaire economie, gelijkwaardig
                  moet zijn aan de energietransitie en dat integraal op beide vraagstukken ingezet moet
                  worden. De SER signaleert dat de grondstoffentransitie nu te weinig aandacht krijgt
                  en er een onevenwichtige focus ligt op de energietransitie: hierdoor ontstaan spanningen
                  en worden kansen gemist.
               
De SER benoemt vier punten om evenwichtig op beide transities te kunnen sturen:
1. Stuur op (internationale) ketens en een langere tijdshorizon.
2. Kom met een kabinetsbrede inzet op de grondstoffentransitie en een adequate uitvoeringsstructuur.
3. Stel een eigenstandig, concreet en afrekenbaar doel voor de grondstoffen-transitie
                           vast
                        
4. Presenteer ook voor de grondstoffentransitie een coherent instrumentenpakket (met
                           benodigde financiële middelen).
                        
Het kabinet deelt het belang van een evenwichtige sturing op de grondstoffen-transitie
                  en de energietransitie. Dit kabinet werkt daar ook aan en gaat graag nader in gesprek
                  met de SER over wat daarin verder mogelijk en nodig is.
               
De aangedragen inzichten zal ik samen met mijn collega-bewindspersonen van EZK verder
                  bestuderen en bespreken met de SER om deze vervolgens mee te nemen in de verschillende
                  beleidstrajecten: de verdere uitwerking van het circulaire economie beleid in het
                  Nationaal Programma Circulaire Economie, de doorontwikkeling van het klimaat- en energiebeleid
                  alsook de verduurzaming van de industrie en de invulling van de maatwerkafspraken.
               
Rest mij de SER en in het bijzonder de commissie Duurzame Ontwikkeling te bedanken
                  voor haar inspanningen en de waardevolle inzichten uit deze verkenning.
               
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
 V.L.W.A. Heijnen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
