Brief regering : Stand van zake detentiewezen Sint Maarten
36 200 IV Vaststelling van de begrotingsstaten van Koninkrijksrelaties (IV) en het BES-fonds (H) voor het jaar 2023
Nr. 10
                   BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
            
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 oktober 2022
Inleiding
Mijn voorganger heeft u op 11 februari 2021 laatstelijk uitgebreid geïnformeerd over
                  de stand van zaken wat betreft het gevangeniswezen in Sint Maarten in het Schriftelijk
                  Overleg over Sint Maarten (Kamerstuk 35 420, nr. 224). In deze brief zal ik zoals aangekondigd richting uw Kamer (Kamerstuk 33 845, nr. 45; Kamerstuk 36 120 IV) nader inlichten over de voortgang op de verschillende trajecten die lopen om Sint
                  Maarten te ondersteunen om tot verbeteringen binnen het gevangeniswezen te komen.
                  Ook zal ik stilstaan bij de 44e rapportage van de voortgangscommissie Sint Maarten, die ik u samen met deze brief
                  toezend. Ten slotte ga ik in op de toekomst van de samenwerking tussen Nederland en
                  Sint Maarten met betrekking tot het detentiewezen.
               
Sint Maarten is sinds 10 oktober 2010 een autonoom land binnen het Koninkrijk. Sindsdien
                  is de rechtshandhaving, inclusief het gevangeniswezen, een landsaangelegenheid van
                  Sint Maarten.
               
Na jaren van slechte omstandigheden in het gevangeniswezen van Sint Maarten, zonder
                  dat er sprake was van substantiële verbetering, heeft in november 2020 de Minister
                  van Justitie van Sint Maarten Nederland om hulp, bijstand en samenwerking gevraagd
                  om stappen te kunnen zetten voor verbetering in het gevangeniswezen in Sint Maarten.
                  Hier heeft het kabinet gehoor aan gegeven. In februari 2021 is de inzet van Nederland
                  op de verbetering van het detentiewezen van Sint Maarten toegelicht (Kamerstuk 35 420, nr. 224). Het Kabinet heeft met het akkoord op het landspakket Sint Maarten (22 december
                  2020) eenmalig € 30 miljoen beschikbaar gesteld. Van dit bedrag is € 20 miljoen gealloceerd
                  voor de bouw van een nieuwe gevangenis (opgenomen in het landspakket van Sint Maarten
                  als maatregel H21), en zal € 10 miljoen verdeeld over vijf jaar (2022 tot en met 2026)
                  worden aangewend om bredere verbeteringen van het detentiewezen te bewerkstelligen.
                  Daarnaast wordt er technische en financiële ondersteuning aan Sint Maarten geleverd,
                  in de vorm van een programmateam (een programmamanager, een senior-adviseur facilitaire
                  zaken en een HR-adviseur, en een trainer van het opleidingsinstituut Dienst Justitiële
                  Inrichtingen (DJI) en subsidies ter bekostiging van bouwkundige verbetermaatregelen
                  en opleidingen voor het gevangenispersoneel. Deze technische en financiële ondersteuning
                  betreft onder andere de uitvoering van de Afsprakenlijst verbetermaatregelen uit 2018
                  (opgenomen in het landspakket als maatregel H20). Over de uitvoering van beide maatregelen,
                  H20 en H21, wordt gerapporteerd in de uitvoeringsrapportages van de Landspakketten
                  (Kamerstuk 35 420, nr. 511])
               
Huidige activiteiten
Nieuwbouw gevangenis Sint Maarten (UNOPS)
In 2018 heeft het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) in de Corallo-zaak
                  geoordeeld dat het verbod op onmenselijke of vernederende behandeling is geschonden.
                  Hierdoor staat het Koninkrijk der Nederlanden onder verscherpt toezicht bij het Comité
                  van Ministers van de Raad van Europa. Onder meer het nieuwbouwproject en de daaropvolgende
                  beoogde positieve effecten op het detentiewezen van Sint Maarten (zoals meer celcapaciteit)
                  is noodzakelijk om aan te kunnen tonen dat binnen het Koninkrijk der Nederlanden stappen
                  worden gezet tot verbetering van de situatie. Nederland vindt het belangrijk hieraan
                  bij te kunnen dragen met de eerdergenoemde € 20 miljoen voor de bouw.
               
Sint Maarten, Nederland en de United Nations Office of Project Services (UNOPS) zijn
                  in gesprek over het nieuwbouwproject. UNOPS is de beoogde partner om dit project verder
                  te brengen, in het bijzonder gelet op (i) de complexe aard van het project (ontwerp
                  en bouw van een nieuwe gevangenis) (ii)de beperkte capaciteit bij de overheid van
                  Sint Maarten en (iii) de ervaring van UNOPS met infrastructuurprojecten wereldwijd
                  en projectmanagement met eigen aanbestedingsprocedures
               
Naar aanleiding van malversaties bij een investeringsfonds (S3i) van UNOPS heeft de
                  Joint Executive Board van de Verenigde Naties met UNOPS medio juni en begin september
                  jl. ingegrepen. Diverse externe onderzoeken naar deze misstanden zijn opgestart. Hoewel
                  de misstanden niet aan het nieuwbouwproject voor de gevangenis in Sint Maarten raken,
                  neemt het niet weg dat het van belang is de misstanden moeten worden onderzocht. Zoals
                  aangeven in de beantwoording van de schriftelijke vragen gesteld voorafgaande aan
                  de begrotingsbehandeling hoofdstuk IV (Kamerstuk 36 200 IV) heeft de Minister voor BHOS naar aanleiding van de malversatie besloten om in haar
                  rol als bilaterale donor om in de samenwerking van het Koninkrijk met UNOPS een tijdelijke
                  betaalpauze in te lassen en een verzwaarde (financiële) procedure in te stellen voor
                  het aangaan van nieuwe samenwerkingen met UNOPS (Aanhangsel Handelingen II 2022/23,
                  nr. 72). Aangezien het Ministerie van Buitenlandse Zaken (BZ) een Koninkrijksdepartement
                  is, wordt deze lijn van de Minister voor BHOS ook door en het Ministerie van Justitie
                  Sint Maarten en het Ministerie van BZK gevolgd.
               
Het nieuwbouwproject gevangeniswezen is een nieuwe samenwerking tussen UNOPS, Sint
                  Maarten en Nederland. Sint Maarten en het Ministerie van BZK (in afstemming met de
                  Ministeries van BZ en JenV), en UNOPS zijn met elkaar in gesprek over het invullen
                  van aanvullende waarborgen binnen het projectplan en bijgaande overeenkomst om risico’s
                  te minimaliseren, zodat met voldoende vertrouwen de samenwerking aangegaan kan worden.
               
Hulp en bijstand
Zoals eerder beschreven heeft Nederland hulp en bijstand verleend op verzoek van de
                  Minister van Justitie van Sint Maarten. Zo zijn subsidies toegekend voor een programmamanager,
                  opleidingen voor het gevangenispersoneel en het voltooien van de Afsprakenlijst verbetermaatregelen
                  2018. Daarnaast is dit jaar een bedrag van € 2 miljoen aangewend om te komen tot structurele
                  verbeteringen; de eerste van vijf tranches van € 2 miljoen die tussen 2022 en 2026
                  zullen worden ingezet. Hieronder staat beschreven op welke manier de voornoemde middelen
                  zijn ingezet en welke voortgang er is gemaakt.
               
Programmateam
In de zomer 2021 is een programmamanager gestart, die de Minister van Justitie van
                  Sint Maarten ondersteunt in de uitvoering van het Plan van Aanpak Detentie. Ter ondersteuning
                  van de programmamanager is een programma-assistent en een HR-adviseur aan het programmateam
                  toegevoegd. Het programmateam is in 2022 door BZK voorzien van een programmabudget
                  van € 110.000. Dit budget is voornamelijk besteed aan het versterken van het dagprogramma
                  door de gebouwen beter bruikbaar te maken. Het gaat dan bijvoorbeeld om het renoveren
                  van de sportfaciliteiten en de aanschaf van een tijdelijke kapel.
               
Door de inzet van het programmateam zijn er de afgelopen tijd zichtbare en tastbare
                  verbeteringen aangebracht, zo merkt de voortgangscommissie op in haar 44e rapportage (zie ook onder voortgangscommissie). De condities in de gevangenis Point
                  Blanche waren dusdanig ondermaats, onder andere door de coronacrisis, dat de programmamanager
                  zich heeft toegelegd op onmiddellijke verbetering van de basisvoorzieningen, zoals
                  het renoveren van verschillende ruimtes in het gevangenisgebouw. Dit was voor Sint
                  Maarten nodig om het Plan van Aanpak Detentie verder uit te kunnen voeren en bovendien
                  tegemoet te komen aan de bevindingen van toezichthouders zoals de Raad voor de Rechtshandhaving
                  en het Europees Comité voor de Preventie van Foltering en Onmenselijke of Vernederende
                  Behandeling of Bestraffing (CPT). Nadat de HR-adviseur de personele bezetting had
                  onderzocht, is duidelijk geworden hoeveel medewerkers daadwerkelijk inzetbaar zijn,
                  welke medewerkers niet meer en op welke termijn nieuwe medewerkers moeten worden aangetrokken.
                  Om de problemen op te lossen wordt o.a. het ziekteverzuimprotocol aangepast en een
                  casusoverleg ingericht.
               
Opleidingen
In maart 2022 hebben twee trainers van het Opleidingsinstituut van DJI Sint Maarten
                  bezocht. Op basis daarvan is de Basis Beroepsopleiding op maat gemaakt binnen de context
                  van Sint Maarten. De verwachting is dat aan eind 2024 alle gevangenisbewaarders de
                  basisopleiding hebben afgerond.
               
Bouwkundige verbetermaatregelen
Vanuit de hulp en bijstand zijn verschillende bouwkundige verbetermaatregelen bekostigd,
                  waaronder het herstellen van de kapel en de werkplaats, de brandmeldinstallatie en
                  de bliksembeveiliging. Een aantal van deze onderdelen is volledig afgerond – o.a.
                  de brandmeldinstallatie – en aan andere projecten wordt nog gewerkt. De verwachting
                  is dat de bouwkundige verbetermaatregelen in de zomer van 2023 gereed zijn, en daarmee
                  is voldaan aan de maatregel H20 in het landspakket
               
Materiële steun
Sinds orkaan Irma in 2018 worden er nog 11 gedetineerden opgevangen in detentiecentra
                  in Nederland. Deze bijstand wordt op basis van de Onderlinge Regeling Detentie (ORD)
                  aangeboden door Nederland en bekostigd door Sint Maarten. Vier van deze gedetineerden
                  verblijven op grond van veiligheidsredenen in Nederland, en zullen daarom naar alle
                  waarschijnlijkheid pas vlak voor de einddatum van hun detentie terugkeren naar Sint
                  Maarten. Het streven is om de resterende zeven gedetineerden conform afspraak zo snel
                  mogelijk doen terug te keren, ook met het oog op de re-integratie in de samenleving
                  in Sint Maarten.
               
Daarnaast ontvangt Sint Maarten met de medewerking van de DJI-goederen voor de gevangenis
                  in Sint Maarten, op basis van een door het managementteam opgestelde inventarislijst.
                  De goederen en materialen zullen onder andere worden gebruikt voor het opknappen van
                  de basisvoorzieningen in de gevangenis waaronder de cellen, de ziekenboeg en de gemeenschappelijke
                  ruimtes, maar ook het opstarten van re-integratieprojecten en het optimaliseren van
                  de ICT in de gevangenis. Doel van deze inzet is om de veiligheid van gedetineerden
                  en het personeel van de gevangenis te vergroten en is in lijn met uitvoering van het
                  Plan van Aanpak Detentie.
               
Voortgangscommissie
44e voortgangsrapportage
De voortgangscommissie Sint Maarten merkt in haar 44e rapportage op dat er in de gevangenis veel verbeteringen zijn bewerkstelligd, waaronder
                  een zinvolle dagbesteding. Dit ondanks de lage personeelsbezetting. De voortgangscommissie
                  merkt echter op dat de brede uitvoering van het Plan van Aanpak Detentie nog achterwege
                  blijft. Ik zal de aanbevelingen van de voortgangscommissie bespreken met de Minister-President
                  van Sint Maarten tijdens het eerstvolgende Ministerieel Overleg, dat gepland staat
                  voor eind november.
               
Opvolging voortgangscommissie
De voorzitter van de voortgangscommissie en het lid namens Nederland zullen hun taken
                  in de nabije toekomst overdragen. De heer Schoof is sinds 2010 lid en voorzitter van
                  deze commissie, de heer Marijnen is lid sinds 2015. Ik neem hierbij de gelegenheid
                  waardering uit te spreken voor hun expertise en onvermoeibare inzet op dit dossier.
               
Voor het vinden van gekwalificeerde opvolgers voor het lid en voorzitter van de voortgangscommissie
                  is in samenwerking met Sint Maarten de procedure gestart. Momenteel vinden er gesprekken
                  plaats met de beoogde kandidaat-leden. Sint Maarten is in deze gesprekken betrokken.
                  Het streven is voor het einde van het jaar de procedure af te ronden. De kandidaat-leden
                  worden daarna voorgedragen aan de Rijksministerraad en zullen benoemd worden per koninklijk
                  besluit.
               
Vooruitblik
De Samenwerkingsregeling waarborging plannen van aanpak landstaken Curaçao en Sint
                  Maarten (hierna: de Samenwerkingsregeling) dient als wettelijke basis voor de hulp
                  en bijstand die Nederland biedt aan Sint Maarten voor de verbetering van het detentiewezen.
                  Deze Algemene Maatregel van Rijksbestuur (AMvRb) heeft een looptijd van twee jaar
                  en is op 7 juli 2022 verlengd per koninklijk besluit (nr. 2022001479). De Tweede Kamer
                  is hierover geïnformeerd met het schrijven van 2 juni 2022 (Kamerstuk 31 568, nr. 219). Met de huidige verlenging loopt de AMvRb tot 7 juli 2024. Ik wil met deze verlenging
                  de samenwerking tussen Nederland en Sint Maarten de komende twee jaar continueren,
                  op de wijze zoals hierboven beschreven. Sint Maarten en Nederland werken samen binnen
                  het Koninkrijk om te komen tot een duurzame verbeteringen.
               
Naast de hulp en bijstand is de bouw van een nieuwe gevangenis een belangrijke stap
                  om te zorgen dat het detentiewezen van Sint Maarten voldoet aan internationale standaarden.
                  Hier wordt door middel van het traject met UNOPS invulling aan gegeven. Ondertussen
                  wordt met technische bijstand en financiële ondersteuning ingezet voor het verbeteren
                  van het huidige detentiewezen. Nederlandse steun zal altijd met oog voor verantwoordelijkheden
                  binnen de kaders van het Statuut gericht zijn op versterking van het beleid in overeenstemming
                  met internationale verplichtingen ten aanzien van mensenrechten.
               
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
                  A.C. van Huffelen
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
A.C. van Huffelen, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties