Brief regering : Fiche: Aanbeveling openen onderhandelingen met Japan inzake grensoverschrijdende gegevensstromen
22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie
Nr. 3492 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 september 2022
Overeenkomstig de bestaande afspraken ontvangt u hierbij 3 fiches die werden opgesteld
door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissie voorstellen (BNC).
Fiche: Mededeling Nieuwe Europese Innovatie Agenda (Kamerstuk 22 112, nr. 3490)
Fiche: Machtigingsverordening Raad voor steunmaatregelen op het gebied van spoorvervoer,
binnenvaart en multimodaal vervoer (Kamerstuk 22 112, nr. 3491)
Fiche: Aanbeveling openen onderhandelingen met Japan inzake grensoverschrijdende gegevensstromen
De Minister van Buitenlandse Zaken, W.B. Hoekstra
Fiche: Aanbeveling openen onderhandelingen met Japan inzake grensoverschrijdende gegevensstromen
1. Algemene gegevens
a) Titel voorstel
Aanbeveling voor een besluit van de Raad houdende machtiging tot het openen van onderhandelingen
over het opnemen van bepalingen inzake grensoverschrijdende gegevensstromen in de
Overeenkomst tussen de Europese Unie en Japan betreffende een economisch partnerschap
en bijlage
b) Datum ontvangst Commissiedocument
12 juli 2022
c) Nr. Commissiedocument
COM(2022) 336
d) EUR-Lex
https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:52022PC03…
e) Nr. impact assessment Commissie en Opinie
Niet opgesteld
f) Behandelingstraject Raad
Raad Buitenlandse Zaken Handel
g) Eerstverantwoordelijk ministerie
Ministerie van Buitenlandse Zaken
2. Essentie voorstel
In juli 2018 heeft de Europese Commissie horizontale bepalingen gepubliceerd inzake
grensoverschrijdende gegevensstromen en bescherming van persoonsgegevens en privacy
die standaard in de onderhandelingen over EU-handelsakkoorden kunnen worden ingebracht1. Deze bepalingen zijn ingebracht in de Handels- en Samenwerkingsovereenkomst met
het VK en in de onderhandelingen met Chili, Nieuw-Zeeland, Australië, India en Indonesië.
Ook dienen deze bepalingen in de context van lopende onderhandelingen in het WTO Joint Statement Initiative on e-commerce als basis voor de onderhandelingsinzet van de EU.
Deze bepalingen waren nog niet uitgekristalliseerd ten tijde van de onderhandelingen
over en de totstandkoming van de Economische Partnerschapsovereenkomst tussen de EU
en Japan. Dit handelsakkoord tussen de Europese Unie en Japan is op 1 februari 2019
in werking getreden.
In hoofdstuk 8 van deze overeenkomst zijn afspraken gemaakt over diensten, investeringen
en elektronische (digitale) handel, en werd een herzieningsclausule opgenomen, waarin
werd bepaald dat er na drie jaar wordt bezien of het opnemen van bepalingen over grensoverschrijdende
gegevensstromen noodzakelijk wordt geacht.
Het Gemengd Comité, dat de uitvoering en werking van deze overeenkomst toetst en monitort
en indien nodig passende aanbevelingen aan de partijen doet, heeft in 2021 vastgesteld
dat opname in het akkoord van bepalingen over gegevensstromen van meerwaarde kan zijn.
Daarop voortbouwend werd er tijdens de EU-Japan top van mei 2022 in de gezamenlijke
verklaring afgesproken om toe te werken naar onderhandelingen over grensoverschrijdende
gegevensstromen2. De Commissie geeft aan dat de EU en Japan via hun bestaande regeling voor wederzijdse
adequaatheid3 reeds de grootste zone in de wereld voor de beveiligde doorgifte van persoonsgegevens
tot stand hebben gebracht.
De Europese Commissie legt met deze aanbeveling aan de Raad het besluit voor om onderhandelingen
aan te vangen over het opnemen van bepalingen inzake grensoverschrijdende gegevensstromen
in de Economische Partnerschapsovereenkomst tussen de EU en Japan. Het voorstel volgt
de strategie van de Commissie die is vastgelegd in de evaluatie van het handelsbeleid,
de EU-datastrategie en de gezamenlijke mededeling van de Commissie over de EU-strategie
voor samenwerking in de Indo-Pacifische regio.4
In de bij de aanbeveling bijgevoegde concept onderhandelingsrichtsnoeren heeft de
Commissie opgenomen dat de bepalingen waarover kan worden onderhandeld en die kunnen
worden opgenomen uitsluitend betrekking hebben op grensoverschrijdende gegevensstromen
(in overeenstemming met artikel 8.81 van de overeenkomst). Op basis van deze richtsnoeren
zou de EU over grensoverschrijdende gegevensstromen onderhandelen om ongerechtvaardigde
gegevenslokalisatievereisten te ondervangen, zonder afbreuk te doen aan het rechtskader
van de EU, in het bijzonder wat de bescherming van persoonsgegevens en niet persoonsgebonden
gegevens en de cyberbeveiliging betreft. Ook is in de concept onderhandelingsrichtsnoeren
opgenomen dat de voorschriften de EU en haar lidstaten niet mogen beletten de economische
activiteit in het algemeen belang te reguleren om legitieme doelen van het overheidsbeleid
te verwezenlijken, zoals de bescherming en de bevordering van de volksgezondheid,
sociale diensten, openbaar onderwijs, veiligheid, het milieu, openbare zeden, sociale
of consumentenbescherming, bescherming van de privacy en van gegevens alsmede de bevordering
en bescherming van culturele verscheidenheid.
3. Nederlandse positie ten aanzien van het voorstel
a) Essentie Nederlands beleid op dit terrein
Zoals in de BHOS beleidsnotitie «Doen waar Nederland goed in is» is beschreven zet
het kabinet in op de duurzaamheids- en digitaliseringstransities5 (de zgn. twin transitions). Daarnaast voert het kabinet een actief handelsbeleid, waarbij EU-handels- en investeringsverdragen
een belangrijk instrument zijn. De Evaluatie Handelsbeleid6 is een belangrijk uitgangspunt waarin het kabinet de inzet van de Commissie verwelkomd
heeft om de invloed van de EU via internationale samenwerking op regelgevend gebied
te versterken, waaronder via handelsakkoorden. Dat geldt ook voor de ambitie van de
Commissie om een normgevend kader te stellen voor digitale handel, met regels over
de bescherming van persoonsgegevens, privacy en andere fundamentele rechten en waarden.
Aangezien grensoverschrijdende gegevensstromen een cruciale rol spelen in digitale
handel, steunt het kabinet de inzet van de Commissie om grensoverschrijdende gegevensstromen
te garanderen, met behoud van EU-beleidsruimte voor cruciale zaken, waaronder de bescherming
van persoonsgegevens en privacy en nationale veiligheid. Nederland is eerder ook voorstander
geweest van het ontwikkelen van de horizontale EU-bepalingen over grensoverschrijdende
gegevensstromen in handelsakkoorden, die in juli 2018 zijn gepubliceerd.
Voortbouwend hierop en met digitalisering als één van de speerpunten van de BHOS beleidsnotitie
zet het kabinet zich in om open en internationaal te opereren in gelijkgezinde partnerschappen
om te zorgen voor een gelijk speelveld, maar ook voor voldoende waarborgen voor belangen
van consumenten en het bedrijfsleven. Digitale partnerschappen met gelijkgezinde landen,
zoals Zuid-Korea, Singapore en Japan, behoren hiertoe. Ook zet het kabinet in op regels
om digitale handel te faciliteren in plurilaterale en multilaterale afspraken, zoals
in het Joint Statement Initiative on e-commerce. Hierin onderhandelen 86 WTO leden,
waaronder de EU en Japan, maar ook de VS en China, over het creëren van regels over
e-commerce.
Ook in de appreciatie van het Digitale Kompas 20307 verwelkomde het kabinet de insteek van de Commissie gericht op internationale partnerschappen,
waarmee het investeert in de samenwerking met landen buiten de EU. Waar het multilateralisme
onder druk staat en de verdediging van EU-waarden in het digitale domein aandacht
vergt is samenwerking met gelijkgezinde landen van groot belang.
Ook als onderdeel van de EU strategie in de Indo-Pacific8 steunt het kabinet de EU-inzet op digitale governance en partnerschappen met Indo-Pacific-partners,
waaronder met Japan.
b) Beoordeling + inzet ten aanzien van dit voorstel
Het uitbreiden van de Economische Partnerschapsovereenkomst tussen de EU en Japan
met afspraken over gegevensstromen ziet het kabinet als passend in de EU-inspanningen
haar op de mensgerichte visie van digitalisering te versterken en uit te breiden.
De nauwe politieke en economische betrekkingen van de EU met Japan lenen zich hier
ook goed voor. Nederland was ten tijde van het onderhandelen van de Economische Partnerschapsovereenkomst
met Japan al voorstander van het maken van verder afspraken over dit onderwerp. Bovendien
kunnen deze afspraken leiden tot een versterkte positie van de EU in samenwerking
met Japan in de onderhandelingen in het WTO Joint Statement Initiative on e-commerce.
Het kabinet beziet dit voorstel mede in het licht van de meest recente geopolitieke
ontwikkelingen. De toenemende assertiviteit van ondemocratische staten stelt de EU
voor nieuwe uitdagingen waarbij de invulling van de digitale transitie, zoals de EU
die voor ogen heeft, onder druk komt te staan. Daarom ziet het kabinet het toenemend
belang van internationale partnerschappen, waarbij digitale samenwerking met gelijkgezinde
derde landen zeer belangrijk is, ook als tegenwicht tegen autoritaire regimes en hun
rol in het digitale domein. Nederland en de EU zijn gebaat bij nauwere samenwerking
met derde landen die net als Nederland hechten aan effectief multilateralisme en belang
hebben bij een goed functionerende internationale rechtsorde.
Het kabinet verwelkomt daarom het voorstel de onderhandelingen met Japan te openen
over gegevensstromen. Het past in het streven van kabinet om ambitieuze en moderne
regels voor digitale handel af te spreken, zowel in de bilaterale relatie als in multilaterale
of plurilaterale fora. Het kabinet acht een regelgevend kader voor digitale handel
tussen de EU en Japan, met daarin afspraken over grensoverschrijdende gegevensstromen,
van belang om voor bedrijven en consumenten meer zekerheid te scheppen. Het kabinet
is het met de Commissie eens dat, gezien het toenemende belang van digitalisering
van handel en het belang van de internationale doorgifte van gegevens voor grensoverschrijdende
handel en investeringen, de EU aanpak van deze onderhandelingen moet aansluiten bij
de aanpak die op dit gebied wordt gevolgd met betrekking tot andere bilaterale en
multilaterale handels- en investeringsovereenkomsten.
De horizontale standaard bepalingen van de Europese Commissie voor handelsakkoorden
inzake grensoverschrijdende gegevensstromen en bescherming van privacy zoals vastgelegd
in juli 2018 vindt het kabinet een goede basis voor de onderhandelingen. In de concept
onderhandelingsrichtsnoeren heeft de Commissie voorts opgenomen over grensoverschrijdende
gegevensstromen te willen onderhandelen zonder afbreuk te doen aan het rechtskader
van de EU, in het bijzonder wat de bescherming van persoonsgegevens en niet persoonsgebonden
gegevens en de cyberbeveiliging betreft. De twee laatste componenten zijn nieuw in
de onderhandelingen, maar passen volgens de Europese Commissie in het inmiddels ontwikkelde
EU wettelijke kader over data en cyberveiligheid. Ook is er in opgenomen dat de voorschriften
de EU en haar lidstaten niet mogen beletten de economische activiteit in het algemeen
belang te reguleren om legitieme doelen van het overheidsbeleid te verwezenlijken.
Ook in de ogen van het kabinet is het cruciaal deze beleidsruimte zeker te stellen.
Het kabinet zal er bij de behandeling van het voorstel in de Raad op toezien dat de
ambitie voor deze onderhandelingen behouden blijft en benadrukken dat een open houding
bij de onderhandelingen van belang is. Daar waar afspraken over grensoverschrijdende
gegevensstromen worden gemaakt, is het van belang om EU wetten te volgen, maar ook
ruimte te houden voor gezamenlijke oplossingen. Het kabinet wil er voor waken dat
het belang van dit partnerschap, het belang van afspraken over digitale handel en
belang van de relatie met Japan onder druk zou komen te staan.
De EU heeft sinds mei 2022 met Japan een digitaal partnerschap. Japan is daarnaast
één van de landen waar de EU een adequaatheidsbesluit voor heeft genomen volgens art
45 van de Algemene Verordening Gegevensbescherming, hetgeen een extra garantie is
voor bescherming van persoonsgegevens en privacy van EU burgers in Japan. De bescherming
van persoonsgegevens en privacy in Japan wordt door de EU als passend beoordeeld en
is vergelijkbaar met het niveau van bescherming in de EU. Zoals de Commissie aangeeft
hebben de Europese Unie en Japan via hun regeling voor wederzijdse adequaatheid ’s
werelds grootste zone voor de beveiligde doorgifte van persoonsgegevens tot stand
gebracht. Met name bij derde landen die ook een adequaatheidsbesluit genieten, is
het van belang om tot afspraken te komen, die mogelijk ook als voorbeeld kunnen dienen
voor het uitdragen van de mensgerichte EU-visie op digitalisering.
c) Eerste inschatting van krachtenveld
De meerderheid van de EU-lidstaten staat positief tegenover het openen van onderhandelingen
over grensoverschrijdende gegevensstromen met Japan. Veel lidstaten hebben in de aanloop
naar de EU-Japan top ervoor gepleit om dit onderwerp te agenderen en ambitie te tonen
om strategische partnerschappen, zoals met Japan, te versterken.
Het Europees Parlement is positief over digitale partnerschappen met Japan, Zuid-Korea
en Singapore. In haar resolutie van 5 juli over Indo-Pacifische strategie op het gebied
van handel en investeringen roept het Europees Parlement op tot het starten van onderhandelingen
om bepalingen inzake gegevensstromen in de economische partnerschapsovereenkomst op
te nemen.9
4. Grondhouding ten aanzien van bevoegdheid, subsidiariteit, proportionaliteit, financiële
gevolgen en gevolgen voor regeldruk, concurrentiekracht en geopolitieke aspecten
a) Bevoegdheid
De grondhouding van het kabinet ten aanzien van de bevoegdheid is positief, al zal
een materiële rechtsgrondslag moeten worden toegevoegd. Op grond van artikel 218,
lid 3 VWEU kan de Commissie aanbevelingen doen aan de Raad voor de vaststelling van
een Raadsbesluit waarbij machtiging wordt gegeven om onderhandelingen over een verdrag
te openen en om de onderhandelaar namens de Unie aan te wijzen. Op grond van artikel
218, lid 4 VWEU kan de Raad de onderhandelaar richtsnoeren meegeven en een bijzonder
comité aanwijzen in overleg waarmee de onderhandelingen moeten worden gevoerd.
De EU heeft een exclusieve bevoegdheid op het terrein van de gemeenschappelijke handelspolitiek
(artikel 3, lid 1, sub e, VWEU). Artikel 207 VWEU vormt de rechtsgrondslag voor de
gemeenschappelijk handelspolitiek. Het kabinet zal aandacht vragen voor het toevoegen
van de juiste materiële rechtsgrondslag.
b) Subsidiariteit
Gezien de exclusieve bevoegdheid van de EU op het terrein van de gemeenschappelijke
handelspolitiek, is het subsidiariteitsbeginsel niet van toepassing.
c) Proportionaliteit
De grondhouding ten opzichte van de proportionaliteit is positief. De aanbeveling
is gebaseerd op de horizontale standaardbepalingen van de Commissie voor handelsakkoorden
inzake grensoverschrijdende gegevensstromen en bescherming van privacy, zoals vastgelegd
in juli 2018. Deze standaardbepalingen vindt het kabinet een goede basis voor onderhandelingen,
waardoor het kabinet de aanbeveling geschikt acht. De aanbeveling gaat bovendien niet
verder dan noodzakelijk, omdat het gericht is op het opnemen van afspraken over grensoverschrijdende
gegevensstromen in het bestaande handelsakkoord tussen de EU en Japan met inachtneming
van de autonomie van de Europese Unie op het gebied van regelgeving.
d) Financiële gevolgen
Er worden geen financiële gevolgen verwacht. Indien er wel financiële gevolgen zijn
is het kabinet van mening dat benodigde EU-middelen gevonden dienen te worden binnen
de in de Raad afgesproken financiële kaders van het MFK 2021–2027, en dat deze moeten
passen bij een prudente ontwikkeling van de jaarbegroting. Eventuele gevolgen voor
de nationale begroting worden ingepast op de begroting van de beleidsverantwoordelijke
departementen, conform de regels van de budgetdiscipline.
e) Gevolgen voor regeldruk, concurrentiekracht en geopolitieke aspecten
De verwachting is dat dit voorstel niet zal leiden tot meer regeldruk en zelfs de
concurrentiekracht van Europese bedrijven kan versterken.
Ten aanzien van geopolitieke aspecten zijn de gevolgen van dit voorstel positief.
Het past binnen de Nederlandse en EU-ambities om in het digitale domein samenwerking
en internationale partnerschappen met gelijkgezinde landen verder te versterken. Ook
past het in de EU-strategie voor de Indo-Pacifische regio. Het intensiveren van samenwerking
met gelijkgezinde landen draagt ook bij het verwezenlijken van de Open Strategische
Autonomie van de EU, zoals het kabinet voor ogen heeft.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken