Brief regering : Voortgang ruimtevaartbeleid 2022
24 446 Ruimtevaartbeleid
Nr. 77 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 juli 2022
Mede namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) en de Minister
van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) bied ik uw Kamer deze brief aan over de voortgang
van het ruimtevaartbeleid. Hierbij zal ik op verzoek van de vaste commissie van Economische
Zaken en Klimaat1 ook het BNC-Fiche over de Mededeling EU-benadering ruimteverkeersbeheer2 betrekken. Daarnaast zend ik uw Kamer het Eindrapport van de Evaluatie van het Netherlands Space Office (NSO) 2014–20213. De beleidsreactie hierop zal ik uw Kamer via een brief in oktober doen toekomen.
Ontwikkelingen in de ruimtevaart
Zonder dat we het ons altijd beseffen speelt ruimtevaarttechnologie een belangrijke
rol in ons dagelijks leven. Na de man on the moon missie van Kennedy in 1961 is de ruimtevaart doorontwikkeld naar een hightech en
kennisintensieve sector. Naast traditionele bemande ruimtevaart spelen nu met name
satellietinfrastructuur, aardobservatie (satellietdata) en satellietcommunicatie een
hoofdrol. Vitale systemen in onze maatschappij draaien op ruimtevaarttechnologie zoals
navigatie, (veilige) telecommunicatie, weersvoorspelling, klimaatonderzoek, dijkbewaking
en militaire bescherming.
Ruimtevaarttechnologie ondersteunt daarmee belangrijke transitie-opgaves uit het regeerakkoord
zoals klimaat en energie, verduurzaming, digitalisering en de ontwikkeling van sleuteltechnologieën,
en draagt daarmee bij aan een veilige en sterke samenleving. Zowel de EU, VN als de
NAVO hebben ruimtevaart, mede vanuit een geopolitiek perspectief, hoog op de agenda
gezet. Wil Europa toegang tot de ruimte kunnen blijven houden en daarmee doelen op
het gebied van aardobservatie, navigatie en veiligheid in de ruimte kunnen realiseren,
dan zullen de lidstaten van de EU en het Europese Ruimtevaartagentschap ESA onderling
moeten blijven samenwerken.
Nederland heeft de capaciteiten om hoogtechnologische instrumenten te ontwikkelen
en beschikt over de expertise om satellietdata te gebruiken en toe te passen. Voorbeelden
zijn emissie-monitoring door TROPOMI en beveiligde datatransfer via laser-satellietcommunicatie.
Het ruimteonderzoek neemt toe in omvang en is steeds breder verankerd binnen het kennislandschap.4 In de toekomst zal de hoeveelheid satellietdata en de toepassingsmogelijkheden daarvan
toenemen, waarbij private investeringen dit proces zullen versnellen. De relevantie
van ruimtevaarttechnologie groeit en zal een bredere impact op onze maatschappij hebben5.
Voorbeelden van het gebruik van ruimtevaarttechnologie
• De observatie van de planeet aarde door satellieten geeft nauwkeurige en snelle data
over bijvoorbeeld luchtkwaliteit, emissies van broeikasgassen en het waterpeil. Ook
voor precisielandbouw en bosbeheer is het gebruik van satellietdata relevant, vaak
in combinatie met andere databronnen.
• Satellieten voorzien in de behoefte aan snelle en veilige communicatie en plaats-
en tijdsbepaling via satellieten is inmiddels een onlosmakelijk onderdeel van ons
maatschappelijk leven.
• De toepassingen van satellietnavigatie variëren van persoonlijke navigatie tot het
kunnen vliegen met onbemande vliegtuigen, het uitvoeren van precisie landbouw en bosbeheer
en het mogelijk maken van efficiënte logistieke stromen.
• Nauwkeurige tijdssignalen van satellieten zijn essentieel voor bijvoorbeeld het mondiale
financiële betalingsverkeer en het beheer van energienetwerken. De markt voor de verkoop
van ontvangers en diensten voor satellietnavigatie zal groeien van € 150 miljard in
2021 tot € 492 miljard in 2031.6 Met Galileo beschikt Europa over een autonome en robuuste satellietnavigatiecapaciteit
die de komende jaren verder zal worden doorontwikkeld.
De groeiende relevantie van ruimtevaart betekent helaas ook dat de ruimte snel voller
wordt doordat het aantal satellieten exponentieel groeit. De ruimte wordt tegelijkertijd
een betwist domein: een groeiend aantal landen ontwikkelt capaciteiten om de toegang
van andere gebruikers tot ruimtemiddelen te beperken of hen deze te ontzeggen. Mede
hierom presenteerde de Europese Commissie in februari 2022 een mededeling over een
EU-benadering van ruimteverkeersbeheer. Zoals uiteengezet in het daaropvolgende Fiche7 staat Nederland positief tegenover deze mededeling. Nederland heeft belang bij veilige
en duurzame ruimtevaart, mede vanwege de 21 satellieten die momenteel onder Nederlandse
jurisdictie vallen.
Aanpak
De groeiende relevantie van ruimtevaart biedt kansen voor Nederland op het gebied
van concurrentiekracht en (fundamenteel en toegepast) wetenschappelijk onderzoek.
Het is belangrijk deze hoogwaardige kennis en ons strategische en competitieve voordeel
te behouden. Daarnaast wil ik, zoals ik ook heb aangegeven in de recente Groene industriebrief8, de economische veiligheid en open strategische autonomie voor onze sectoren zoveel
mogelijk waarborgen.
Nederland heeft in algemene zin een aantrekkelijk vestigings- en ondernemingsklimaat.
Een recente studie karakteriseert echter het investeringsklimaat voor de Nederlandse
ruimtevaart als matig9. In lijn met mijn brief over het vestigingsklimaat10 wil ik ook voor deze sector nagaan welke knelpunten er liggen en welke acties ter
verbetering nodig zijn. Nederland beschikt immers over een innovatief en internationaal
ecosysteem rondom het Europese Ruimtevaartagentschap (ESA) en ESTEC (het technologische
hart van ESA) dat belangrijk is voor de ontwikkeling van ruimtevaartgebonden wetenschap
en maakindustrie.
Op de korte termijn vindt op 22 en 23 november 2022 in Parijs de Ministeriële Conferentie
van het Europese Ruimtevaartagentschap (ESA) plaats. Tijdens deze conferentie zullen
de lidstaten afspraken maken over de ruimtevaartprogramma’s die in 2023 starten. Tevens
zullen budgettaire inschrijvingen plaatsvinden in (deels verplichte) ESA-programma’s.
Op basis van de bestaande budgettaire kaders ontstaat een gemengd beeld over de toekomst
van het Nederlandse ruimtevaartcluster. Voor versterking van de technologische en
industriële positie van het ruimtevaartcluster zijn budgettaire impulsen nodig.
Ik vind het daarom belangrijk dat we de komende jaren een integraler beleid gaan voeren,
waarbij ik samen met mijn collega’s in het kabinet wil nagaan hoe ruimtevaarttechnologie
bijdraagt aan de verschillende beleidsdomeinen, de maatschappelijke uitdagingen waar
we voor staan en ook de budgettaire gevolgen daarvan onderzoeken. Daarbij is de aankondiging
door het Ministerie van Defensie van een militaire ruimteagenda11, alsook het in 2021 door het Ministerie van Buitenlandse Zaken geïntroduceerde ruimteveiligheidsbeleid12, van bijzondere betekenis.
De vraag is ook hoe we het integrale belang van ruimtevaart goed verankeren binnen
publieke beleidsdomeinen. Tegelijkertijd groeit de benutting van ruimtevaarttechnologie
en wil ik rekening houden met de industriële en technologische capaciteiten waar we
sterk in zijn. Dit vraagt om een herijking van de strategische prioriteiten van het
Nederlandse ruimtevaartbeleid en een integrale lange termijn ruimtevaartagenda met
scherpe keuzes. De ambities en beschikbare publieke middelen zullen in balans moeten
zijn. Mijn intentie is om het NSO te verzoeken, in overleg met het ruimtevaartcluster
en de regio, deze agenda in 2023 te ontwikkelen.
Op korte termijn kijk ik naar bestaande instrumenten en projecten en hoe die zich
verhouden tot onze huidige doelstellingen. Daarbij zal ik ook de beleidsreactie op
het Eindrapport van de Evaluatie van het NSO 2014–2021 betrekken. Ik zal uw Kamer
in oktober informeren over de definitieve inzet van Nederland tijdens de ESA Ministeriële
Conferentie in november 2022. In de periode tot oktober zal ik de beschikbare middelen
voor ruimtevaart, rekening houdend met de brede relevantie van ruimtevaarttechnologie,
verder nagaan. Mede op basis van het NSO-advies over de Nederlandse inzet voor de
ESA Ministeriële Conferentie 2022 zal ik uw Kamer in oktober nader informeren over
het budget en de allocatie daarvan.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens
Indieners
-
Indiener
M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat