Brief regering : Reactie op verzoek commissie over de ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven
35 247 Regels ter bevordering van de totstandkoming en realisatie van maatschappelijke initiatieven gericht op duurzame ontwikkeling door na een daartoe strekkend verzoek deze initiatieven in regelgeving op te nemen (Wet ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven)
Nr. 10
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 juli 2022
De vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat heeft mij op 3 februari jl. verzocht
toe te lichten waarom het wetsvoorstel ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven1 op verzoek van de Minister-President is aangehouden.
Het wetsvoorstel ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven werd in 2016 aangekondigd door
het toenmalige kabinet.2 Aanleiding was het spanningsveld tussen mededingingsregels en duurzaamheidsambities,
waar partijen in Nederland tegenaan liepen. Het wetsvoorstel helpt partijen die samen
willen werken hun duurzaamheidsinitiatieven op grote schaal te realiseren: zij kunnen
met dit wetsvoorstel de verantwoordelijk Minister verzoeken een duurzaamheidsinitiatief
te vertalen in regelgeving.
Het wetsvoorstel kan niet los worden gezien van de ontwikkelingen binnen het Europese
mededingingskader. Ik zal deze schetsen en daarna toelichten waarom het kabinet uw
Kamer verzoekt het wetsvoorstel ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven tot begin 2023
aan te houden.
Ontwikkelingen binnen het Europese mededingingskader
Er komt binnen het Europese mededingingskader meer ruimte voor samenwerking met het
oog op duurzaamheid. Dit is mede toe te schrijven aan inspanningen van het kabinet,
de Autoriteit Consument en Markt (de ACM) en maatschappelijke organisaties. Nederland
heeft de Europese Commissie (de Commissie) sinds 2015 verzocht om meer ruimte voor
duurzaamheidsafspraken bij de toepassing van het kartelverbod. De ACM pleit hier ook
voor en heeft in het verlengde daarvan een concept Leidraad Duurzaamheidsafspraken
gepubliceerd.3 De Commissie heeft ingezien dat een hernieuwde aanpak ook ter ondersteuning van de
Europese Green Deal gewenst is en heeft daartoe stappen ondernomen.
Herziening horizontale richtsnoeren
Momenteel herziet de Commissie de zogenaamde horizontale richtsnoeren.4 Deze regelen hoe de Commissie en nationale toezichthouders het kartelverbod toepassen.
De Commissie heeft een ontwerp van de herziene richtsnoeren openbaar gemaakt voor
consultatie, waar het kabinet en de ACM op hebben gereageerd.5 Het kabinet vindt het positief dat de Commissie de richtsnoeren zodanig herziet dat
het de groene transitie ondersteunt. De ACM concludeert dat de voorgestelde richtsnoeren
niet in de weg lijken te staan aan recent door de ACM beoordeelde duurzaamheidsinitiatieven.6 Toch vindt zowel het kabinet als de ACM dat de Commissie verder zou kunnen gaan.
Volgens het kabinet moet een samenwerkingsafspraak toegestaan zijn als de totale duurzaamheidsvoordelen
voor de gehele samenleving (bijv. reductie van CO2-emissies) – gebruikers en niet-gebruikers – opwegen tegen de nadelen voor de gebruikers
van het betreffende product (bijv. prijsstijging). De baten slaan immers breder neer
dan bij alleen de directe gebruiker van het product. Deze benadering heeft de ACM
ook in haar concept Leidraad Duurzaamheidsafspraken. De Commissie hanteert in de concept-richtsnoeren
een striktere benadering en kijkt alleen naar de duurzaamheidsvoordelen voor de gebruiker.
Naar verwachting stelt de Commissie de richtsnoeren eind dit jaar definitief vast.
Landbouwsector
Voor de Europese landbouwsector is sinds eind 2021 een uitzondering op het kartelverbod
van kracht, gericht op duurzaamheidsafspraken.7 De uitzondering geldt voor overeenkomsten tussen of met landbouwproducenten, die
gericht zijn op het bereiken van duurzaamheidsnormen die verder gaan dan de wettelijke
normen van de EU en/of lidstaten, en die onontbeerlijk zijn voor het behalen van die
hogere norm.
De Europese Commissie komt eind 2023 met verduidelijkende richtsnoeren over deze nieuwe
uitzondering. Daarnaast werkt de ACM aan een leidraad over samenwerking in de landbouw.
Deze leidraad, eerder handreiking genoemd, wordt in het derde kwartaal van dit jaar
verwacht.8 De aanpassing van de Mededingingswet, waarin de uitsluitingen van het kartelverbod
in de landbouw- en visserijsector worden geëxpliciteerd in een nieuw artikel 11a,
is recent gepubliceerd.9
Het wetsvoorstel ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven
Per brief van 18 januari jl.10 is uw Kamer geïnformeerd over het voornemen het wetsvoorstel ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven
aan te houden. Het kabinet wilde bezien op welke wijze het wetsvoorstel aangepast
zou kunnen worden, zoals ook was aangekondigd in het coalitieakkoord.11
Het kabinet ziet dat de groene transitie door maatschappelijke initiatieven versneld
kan worden. Recent voorbeeld is een samenwerking om duurzaamheid in energiesector
te bevorderen.12 Uit de hierboven geschetste ontwikkelingen blijkt dat het (Europese) mededingingskader
al behoorlijk veel ruimte biedt, en in het bijzonder voor de landbouwsector. Dit kader
is bovendien nog in beweging. Het kabinet zet er op in dat de Commissie in de herziene
horizontale richtsnoeren de benadering van de ACM zal volgen. Tot de inwerkingtreding
van de herziene richtsnoeren zal de ACM haar concept Leidraad blijven hanteren. Daarna
zal de ACM deze zo nodig aanpassen.
Na de vaststelling van de richtsnoeren eind dit jaar zal ik bezien wat dit betekent
voor de ruimte die er binnen het mededingingskader bestaat voor duurzaamheidsinitiatieven
en de vraag hoe verder te gaan met het wetsvoorstel ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven.
Ik zal uw Kamer daar te zijner tijd over informeren. Tot die tijd verzoekt het kabinet
uw Kamer het wetsvoorstel ruimte voor duurzaamheidsinitiatieven aan te houden.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
J.A. Vijlbrief
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.A. Vijlbrief, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat