Brief regering : Reactie op verzoek commissie over het rapport van Gupta Strategists over 'Uitweg uit de schaarste'
27 529 Informatie- en Communicatietechnologie (ICT) in de Zorg
Nr. 279
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR LANGDURIGE ZORG EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 juni 2022
In deze brief reageer ik mede namens de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
op het verzoek van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport om een
reactie te geven op het rapport van Gupta Strategists «Uitweg uit de schaarste».
De organiseerbaarheid van de zorg is, naast de betaalbaarheid, de grote uitdaging
voor de komende jaren. Door het benutten van de vele mogelijkheden die technologische
en sociale innovatie te bieden hebben, kan het mogelijk zijn goede zorg te leveren
voor iedereen die dat nodig heeft, terwijl tegelijkertijd minder beslag wordt gelegd
op de schaarse tijd van zorgpersoneel.
Het is dan ook zeer te prijzen dat een deel van de technologische industrie, verenigd
binnen de FME, het initiatief heeft genomen om in kaart te brengen welke kwantitatieve
bijdrage de technologiesector aan de personeelstekorten in de zorg kan leveren. Ook
de gekozen aanpak spreekt mij zeer aan, aangezien het onderzoek is geënt op bestaande
zorgtechnologie die al in de praktijk wordt toegepast, zowel binnen de langdurige
als de curatieve zorg. Mede daarom heeft de Minister van Volksgezondheid, Welzijn
en Sport het rapport 16 mei jl. persoonlijk in ontvangst genomen.
De observatie van de onderzoekers is dat Nederland in relatie tot medische technologie
vooral een implementatieprobleem heeft. Er zijn technologische oplossingen om de druk
op het zorgpersoneel te verlichten, maar het lukt volgens de onderzoekers nog te beperkt
om die succesvol in praktijk te brengen. Gupta constateert vier onderliggende oorzaken
voor de beperkte benutting van beschikbare technologie:
1. Beperkt urgentiegevoel
2. Beperkte kennis over zorgtechnologie
3. Financiële prikkels die verandering zorgproces beperken
4. Huidige schaal is vaak te klein voor een positieve businesscase
Ik herken de oorzaken, waarbij ik het groeiende urgentiegevoel in de verschillende
sectoren wel terug zie. Met de onderzoekers ben ik het eens dat dit om verschillende
redenen nog niet tot de benodigde veranderkracht en -capaciteit leidt en dat is wel
nodig.
Daarom werk ik reeds actief aan de oorzaken voor de geschetste implementatieproblematiek
en de voor de rijksoverheid genoemde actiepunten. Onder meer via activiteiten als
de VIPP-versnellingsprogramma’s, Digivaardig in de Zorg, de Stimuleringsregeling E-health
Thuis (SET) en de E-healthmonitor 2.0. Ook onderzoek ik hoe ik innovatieve meerjarencontracten
kan stimuleren die zorgaanbieders meer vrijheid geven om passende innovaties te implementeren
of het doen van onderzoek naar gezamenlijke inkoop, die input vormt voor het wegnemen
van belemmeringen. Via Zorg van Nu verspreiden we kennis over technologie en bieden
we e-learning aan. En ik ben met het Kenniscentrum Digitale Zorg van Zorgverzekeraars
Nederland in gesprek om samen digitale/technologische zorgtoepassingen sneller te
kunnen beoordelen en (nieuwe) zorgprocessen kunnen helpen valideren, transformeren
en schalen binnen en tussen zorgaanbieders in netwerken en (regionale) coalities.
Zoals het rapport ook laat zien kan ik de oorzaken niet alleen aanpakken, maar zijn
alle partners nodig, waarbij ook de leden van de FME een belangrijke rol kunnen spelen.
Dit is een samenspel waarin onder meer zorgaanbieders, zorginkopers, industrie, burgers
en de overheid een rol hebben. Ik ben hierover structureel in overleg met de technologiesector.
De komende tijd zullen wij extra impulsen geven vanuit nieuwe akkoorden en programma’s
zoals het Integraal Zorg Akkoord (IZA), het programma Wonen, Ondersteuning en Zorg
voor Ouderen (WOZO) en het programma Toekomstbestendige Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn
(TAZ). Deze impulsen zullen voor een belangrijk gedeelte gericht zijn op de implementatie
van reeds bestaande technologische -en sociale innovaties en de daartoe benodigde
transformatie van organisatie van zorg(processen), rekening houdend met de in het
rapport genoemde oorzaken. Tevens is vorig jaar in kaart gebracht welke initiatieven
andere partijen zelf nemen om de transformatie naar digitale en hybride zorg te versnellen.1 Daarnaast blijft het zaak ook voldoende te sturen op innovatieve oplossingen die
nog niet, of nog onvoldoende voor de zorgsector beschikbaar zijn.
De concrete uitwerking van de arbeidsbesparende technologische en sociale innovaties
binnen het IZA en de twee programma’s, stuur ik uw Kamer eind 2022.
De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. Helder, minister voor Langdurige Zorg en Sport