Brief regering : Verslag van de buitengewone Europese Raad van 30 en 31 mei 2022
21 501-20 Europese Raad
36 045
Situatie in de Oekraïne
Nr. 1805
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 8 juni 2022
Hierbij bied ik u, mede namens de Minister-President, het verslag aan van de buitengewone
Europese Raad van 30 en 31 mei 2022.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
W.B. Hoekstra
VERSLAG VAN DE BUITENGEWONE EUROPESE RAAD VAN 30 EN 31 MEI 2022
Op maandag 30 en dinsdag 31 mei vond in Brussel een buitengewone Europese Raad (ER)
plaats. Tijdens de ER werd gesproken over de veiligheidssituatie in Europa naar aanleiding
van de Russische invasie in Oekraïne, waaronder aanvullende sancties tegen de Russische
Federatie en financiële steun aan Oekraïne en, eveneens in het licht van de Russische
invasie, over Europese defensie, energie en voedselzekerheid. De ER nam hierover conclusies
aan.1
Na de speech van de voorzitter van het Europees Parlement, Roberta Metsola2, hield de Oekraïense president, Volodymyr Zelensky, een toespraak3 per videoverbinding.
De veiligheidssituatie in Europa
De ER boog zich opnieuw over de gevolgen van de agressie van Rusland tegen Oekraïne.
President Zelensky benadrukte in zijn toespraak het belang om de druk op Rusland groot
te houden en nieuwe sanctiemaatregelen overeen te komen. De ER roemde het doorzettingsvermogen
van de Oekraïense bevolking en haar leiderschap bij de verdediging van de soevereiniteit,
territoriale integriteit en de vrijheid van hun land. De ER riep Rusland op te stoppen
met de aanvallen tegen burgers en burgerdoelen en haar troepen en militaire materieel
onmiddellijk en onvoorwaardelijk terug te trekken van het grondgebied van Oekraïne.
Ook werd opgeroepen om humanitaire toegang en veilige doorgang voor burgers toe te
staan. Internationaal humanitair recht, inclusief de Geneva Conventie, moet worden
gerespecteerd en Oekraïense burgers die met geweld zijn vervoerd naar Rusland moeten
kunnen terugkeren. De EU is gecommitteerd om al het mogelijke te doen om samen met
internationale partners Oekraïne bij te staan bij de verdediging van hun land tegen
de Russische agressie en het toewerken naar een vredige, democratische en welvarende
toekomst.
Om de druk op Rusland op te voeren besloot de ER dat het zesde sanctiepakket maatregelen
tegen de import van ruwe olie en geraffineerde olieproducten uit Rusland zal omvatten,
met overgangstermijnen van zes, respectievelijk acht maanden. Dit zal leiden tot een
vermindering van circa 80 à 90% van de huidige import van Russische olie per januari
2023. Om de leveringszekerheid in enkele landen te waarborgen werd een tijdelijke
uitzondering voor olie uit pijpleidingen overeengekomen. De ER riep de Raad op het
pakket spoedig af te ronden en daarbij te zorgen voor het behouden van het goed functioneren
van de interne markt, eerlijke concurrentie, een gelijk speelveld en solidariteit
tussen lidstaten, ook in relatie tot het afbouwen van afhankelijkheden van Russische
olie. In noodgevallen kunnen maatregelen genomen worden om de leveringszekerheid te
garanderen. Mede op verzoek van Nederland zal de Commissie toezicht houden op de uitvoering
van de maatregelen en hierover regelmatig rapporteren. De ER zal spoedig terugkomen
op de tijdelijke uitzondering voor ruwe aardolie die via pijpleidingen wordt geleverd.
Het zesde sanctiepakket is inmiddels door de Raad aangenomen en bestaat naast een
importverbod op olie uit:
– Een verbod op het verlenen van zakelijke diensten als accounting, auditing, boekhouding,
en belastingadvies aan de Russische regering en in Rusland gevestigde juridische entiteiten,
waarmee ook de diensten die trustkantoren aan in Rusland gevestigde cliënten kunnen
leveren worden beperkt;
– Verbod op het verzekeren van olietransport;
– Exportverboden van dual-use goederen en goederen en technologie die gebruikt kunnen
worden voor de versterking van de Russische en Belarussische defensie- en veiligheidssectoren;
– Uitzendverboden van Russische staatsmedia;
– SWIFT-ontkoppelingen van Russische en Belarussische banken;
– Plaatsing op de sanctielijst van Russische en Belarussische personen en entiteiten.
Sinds het begin van de oorlog heeft de EU volgens de Commissie ongeveer 14 miljard
euro aan Oekraïne ter beschikking gesteld en 2 miljard euro aan militaire steun uit
EPF toegezegd. De ER besloot de humanitaire, financiële, economische en militaire
steun aan Oekraïne voort te zetten. Vanwege de urgente liquiditeitsbehoefte van Oekraïne
is de EU bereid om 9 miljard euro macro-financiële steun te bieden in 2022. Daartoe
zal de Commissie op de korte termijn een concreet voorstel delen met de lidstaten.
Ook zijn de EU en haar lidstaten bereid om een centrale rol te spelen in de wederopbouw
van Oekraïne. De ER is van mening dat hiervoor een Ukraine Reconstruction Platform opgezet zou moeten worden, waarin de Oekraïense overheid, de EU en haar lidstaten,
de Europese Investeringsbank en alle betrokken internationale partners samengebracht
zouden moeten worden. De Europese steun voor wederopbouw moet gerelateerd worden aan
hervormingen in lijn met het Europese pad van Oekraïne, waarbij Nederland specifiek
aandacht vroeg voor anti-corruptie maatregelen. De ER verwelkomde het besluit om importheffingen
voor de export van alle Oekraïense producten naar de EU voor een jaar op te heffen
en het besluit om de militaire steun aan Oekraïne via de Europese Vredesfaciliteit
te verhogen. De ER verwelkomde ook de inspanningen van lidstaten om passende maatregelen
te nemen in hun nationale wetgeving om confiscatie mogelijk te maken en riep de Raad
op om het voorstel van de Commissie te bespreken. De ER is voorstander van het onderzoeken
van mogelijkheden om in overeenstemming met Europees en internationaal recht bevroren
tegoeden te gebruiken voor de wederopbouw van Oekraïne.
Op het gebied van accountability sprak de ER waardering uit voor de vele initiatieven
om bewijs te verzamelen en oorlogsmisdaden en andere misdaden te onderzoeken en steunt
het werk van de Oekraïense procureur-generaal en de ICC op dit gebied. De ER verwelkomde
de oprichting van het Joint Investigation Team door Eurojust en de operationele steun van Europol. Rusland, Belarus en alle verantwoordelijken
zullen ter verantwoording geroepen worden in lijn met het internationaal recht. Ook
zal de EU de opvang van vluchtelingen voortzetten en de buurlanden van Oekraïne blijven
ondersteunen. De ER nodigt de Commissie uit om hiervoor nieuwe initiatieven te presenteren
binnen de kaders van het Meerjarig Financieel Kader.
De EU zal de communicatie met derde landen over de oorlog intensiveren om het misleidende
Russische narratief over de oorlog en de manipulatie van informatie te weerspreken
en om sanctieontwijking en -omzeiling tegen te gaan.
De ER nam kennis van de voorbereiding door de Commissie van de opinies over de aanvragen
van het EU-lidmaatschap van Oekraïne, Moldavië en Georgië. Deze zullen tijdens de
ER in juni aan de orde komen. De ER volgt de impact van de oorlog op de landen in
de regio en de Westelijke Balkan nauwgezet en benadrukte belang van steun aan Moldavië
voor de uitdagingen op het gebied van energie, de economische crisis en de opvang
van vluchtelingen.
Tot slot herhaalde de ER haar oproep om een einde te maken aan de onderdrukking in
Belarus en benadrukte het democratische recht van de bevolking in het land op nieuwe,
vrije en eerlijke verkiezingen.
Naar aanleiding van de toezegging van de Minister-President tijdens het notaoverleg
Europese Raad van 23 mei jl. (Kamerstuk 21 501–20, nr. 1804) om de guidance van de Europese Commissie ten aanzien van de betaling van Russisch gas met de Kamer
te delen verwijst het kabinet naar de volgende website: https://ec.europa.eu/info/sites/default/files/business_economy_euro/ban….
Veiligheid en Defensie
De Russische agressie tegen Oekraïne heeft een grote verschuiving veroorzaakt in de
Europese strategische omgeving en heeft aangetoond dat de EU, naast een blijvende
inspanning ter versterking van de op regels gebaseerde wereldorde, een sterker veiligheids-
en defensiebeleid nodig heeft. In de discussie waren de staatshoofden en regeringsleiders
het eens dat het ambitieniveau omhoog moet. De implementatie van het Strategisch Kompas
zal daarom terstond ter hand worden genomen en de EU zal investeren in de defensiecapaciteit,
met focus op de terreinen waar strategische tekortkomingen zijn geconstateerd. Ook
zal de EU partnerschappen versterken, met een sleutelrol voor de trans-Atlantische
relatie en de EU-NAVO samenwerking. Een sterkere EU op het gebied van veiligheid en
defensie draagt bij aan wereldwijde veiligheid en de complementariteit met de NAVO.
Nederland pleitte voor een pragmatische benadering waarin samenwerking met de VS een
belangrijk onderdeel blijft, ook ten aanzien van mogelijke vrijwillige inkoop van
defensiematerieel en wees op de belangrijke rol die het midden- en kleinbedrijf daarbij
speelt. Nederland staat open voor meer gezamenlijke inkoop, eventueel aangemoedigd
met financiële prikkels.
Op basis van de analyse van de tekortkomingen op het gebied van defensie-investeringen
en voorstellen voor de verdere versterking van de Europese technologische en industriële
defensiebasis4 nodigde de ER de Raad uit een aantal elementen nader uit te werken. Daaronder valt
onder meer het onderzoeken van maatregelen om op korte termijn tot coördinatie tussen
lidstaten te komen ten aanzien van gezamenlijke aanschaf van defensiecapaciteiten
en inkoop van voorraden, gezamenlijke strategische defensieplanning, het versterken
van de Europese technologische en industriële sector, het versnellen van uitvoering
van militaire mobiliteitsprojecten en versterking van de rol van de Europese Investeringsbank
op het gebied van veiligheid en defensie. Ook kijkt de ER uit naar de presentatie
van een mogelijk gezamenlijk Defensie investeringsprogramma waarin een BTW-uitzondering
wordt verkend voor Europese defensieprojecten die van groot gemeenschappelijk belang
zijn.
Energie
De ER sprak over het thema energie in relatie tot het afbouwen van de afhankelijkheid
van Russische energie, energieprijzen en leveringszekerheid. Aan de basis van de bespreking
lag het op 18 mei jl. gepubliceerde REPowerEU-pakket, waarvan de Kamer een appreciatie
zal ontvangen. De ER voerde een eerste, niet besluitvormende, discussie over elementen
uit dit pakket, waarbij het belang van de drie actielijnen die de Commissie onderscheidt
(energiebesparing, diversificatie van energiebronnen en versnelde uitrol hernieuwbare
energie) door regeringsleiders in verschillende mate werden onderschreven. Ook Nederland
sprak zich uit voor het afbouwen van onze afhankelijkheid van Russische energie, langs
alle drie de actielijnen.
Discussie spitste zich toe op obstakels die (groepen) lidstaten ervaren bij afbouw
van hun eigen afhankelijkheidspositie en financieringsmogelijkheden die in REPowerEU
worden voorzien. Met name de landen met een hoge afhankelijkheid van de import van
Russische energie vroegen aandacht voor hun positie en anticipeerden op ondersteuning
bij de noodzakelijke afbouw van deze afhankelijkheid.
De ER concludeerde dat afhankelijkheid van Russische energie snel moet worden afgebouwd
en dat de energietransitie moet worden versneld. In dat licht moedigde de Raad het
gebruik van het vrijwillige EU Energie Inkoopplatform aan. Dit Platform staat ook
open voor de Westelijke Balkan en de drie Oostelijk Partnerschapslanden. De Raad riep
ook op de vergunningverlening voor hernieuwbare projecten te versnellen, en om te
investeren in bestaande en nieuwe infrastructuur met inbegrip van projecten die connectiviteit
in de Unie bevorderen en projecten die de productiecapaciteit van hernieuwbare energie
opschroeven. De Raad verzocht de Commissie om, ook met internationale partners, na
te gaan hoe de stijgende energieprijzen kunnen worden beteugeld, en onder meer de
haalbaarheid van de eventuele invoering van tijdelijke plafonds op invoerprijzen te
onderzoeken. Nederland is zoals bekend geen voorstander van ingrijpen op de markt.
Zonder vooruit te lopen op behandeling van de specifieke voorstellen in de Raad, riepen
regeringsleiders op de doelstellingen van REPowerEU te verwezenlijken, inclusief de
financiering ervan. De ER onderstreepte daarnaast het belang van voorbereiding op
mogelijke grote verstoringen en het verstevigen van de weerbaarheid van de Europese
gasmarkt, in het bijzonder door het afsluiten van bilaterale solidariteitsovereenkomsten
en een gecoördineerd Europees contingency plan. In dat verband verwelkomde de Raad de overeenkomst over gasopslag en riep op
tot spoedige uitvoering ervan.
In relatie tot energieprijzen nam de ER nota van het recente rapport van het Agentschap
voor Europese regelgevers (ACER), dat constateert dat de energiemarkt werkt zoals
hij bedoeld is en geen oorzaak is van de sterk gestegen prijzen zoals door een aantal
lidstaten werd gesuggereerd. De ER vraagt de Commissie door te gaan met haar werk
ten aanzien van het optimaliseren van de Europese elektriciteitsmarkt, zodat deze
beter bestand is tegen toekomstige excessieve prijsvolatiliteit; betaalbare elektriciteit
levert en helemaal is toegerust op een gedecarboniseerd energiesysteem. Het is hierbij
van belang dat dit geen afbreuk doet aan de integriteit van de interne markt, prikkels
voor de groene transitie worden behouden, de leveringszekerheid wordt geborgd en disproportionele
begrotingsuitgaven worden voorkomen.
Voedselzekerheid
De bespreking over voedselzekerheid ving aan met een inleiding door de voorzitter
van de Afrikaanse Unie (AU), de Senegalese President Macky Sall. Hij vroeg aandacht
voor de sterk gestegen voedselprijzen in Afrika vanwege de grote afhankelijkheid van
tarwe en kunstmest uit Oekraïne en Rusland. Hij lichtte het Plan Africaine d’Urgence (PAU) toe om graan te vervoeren. Ook de AU zet druk op Rusland om Oekraïne te laten
exporteren. Afgesproken werd dat EU en AU samen op blijven trekken om te proberen
de oorlog te beëindigen en het Afrikaanse continent te ondersteunen om de voedsel
en kunstmestprijzen betaalbaar te houden.
In dit licht riep de ER op tot effectieve internationale coördinatie ten aanzien van
voedselzekerheid en verwelkomde Europese en multilaterale initiatieven als de Food and Agriculture Resilience Mission (FARM), de VN Global Crisis Response Group en de Global Alliance for Food Security van de G7. De AU verwelkomde het FARM initiatief. De EU maakt zich er sterk voor
dat de wereldhandel voor voedsel gevrijwaard blijft van onterechte handelsbarrières.
Ook zal de EU solidair zijn met de meest kwetsbare landen en beziet in dit licht of
reserves uit het Europees Ontwikkelingsfonds gemobiliseerd kunnen worden om de meest
geraakte landen te ondersteunen.
De ER veroordeelde in sterke bewoordingen de vernietiging en illegale inbeslagname
van Oekraïense landbouwproducten door Rusland. De Russische agressie jegens Oekraïne
heeft directe gevolgen voor de wereldwijde voedselzekerheid en voedselprijzen. De
ER riep Rusland op om de aanvallen op transportinfrastructuur te beëindigen en de
blokkade op Oekraïense havens aan de Zwarte Zee op te heffen. De EU zal maatregelen
nemen om Oekraïne’s export van landbouwproducten te steunen en werkt daarom versneld
aan het voorstel om «Solidarity Lanes» in te stellen om voedselexport te faciliteren via diverse landroutes en Europese
zeehavens.
Indieners
-
Indiener
W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken