Brief regering : Stand van zaken CO2-emissienormen personenauto's en lichte bedrijfsvoertuigen
22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie
Nr. 3428
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 juni 202
Als onderdeel van het fit-for-55 pakket heeft de Europese Commissie vorig jaar het
voorstel gedaan om de nieuwverkoop van personenauto’s en lichte bedrijfsvoertuigen
met interne verbrandingsmotor per 2035 uit te faseren door de CO2-emissienormen voor personenauto’s en lichte bedrijfsvoertuigen aan te scherpen. Uw
Kamer is middels het BNC-fiche1 geïnformeerd over de Nederlandse appreciatie van het voorstel. Uw Kamer heeft daarbij
verzocht om in te zetten op een uitfaseerdatum per 20302.
Uw Kamer is over het verloop van de onderhandelingen geïnformeerd via de verschillende
geannoteerde agenda’s van de Milieuraad en de zeswekelijkse brief van de Minister
van Klimaat en Energie over het fit-for-55 pakket. Gezien het belang van het voorstel
wil ik Uw Kamer, vooruitlopend op de geannoteerde agenda voor de aankomende Milieuraad,
informeren over de voorgang van de onderhandelingen.
Europese regels over de CO2 uitstoot van nieuwe voertuigen zijn in het verleden van groot belang gebleken om
te zorgen voor de ontwikkeling van schonere voertuigen, voor een gelijk speelveld
op de gemeenschappelijke Europese markt en voor het bereiken van de nationale klimaatdoelen.
De schaalgrootte van de Europese markt geeft in combinatie met de zekerheid van de
wetgeving een belangrijke impuls aan fabrikanten om het aanbod van nul-emissievoertuigen
te vergoten waardoor deze voertuigen voor steeds meer mensen bereikbaar worden.
Een snellere transitie draagt bij aan een hogere CO2-reductie voor de mobiliteitssector en aan schonere lucht. Een groter aanbod zorgt
bovendien voor meer keuze voor Nederlanders die op zoek zijn naar een elektrische
auto, nieuw of tweedehands. Elektrisch rijden aantrekkelijk maken voor meer particulieren,
vooral in de middenklasse, is voor het kabinet een belangrijk doel.
Krachtenveld
De afgelopen maanden heeft Nederland mede gelet op het verzoek van uw Kamer met een
klein aantal gelijkgestemde lidstaten gepleit voor uitfasering van de nieuwverkoop
van auto’s die rijden op fossiele brandstoffen per 2030. Daarnaast zet Nederland in
op hogere tussendoelen tot 2030 om zoveel mogelijk CO2-winst te kunnen boeken. Tegelijkertijd pleit een andere groep lidstaten voor minder
ambitie en kan een grote middengroep het Commissievoorstel voor uitfasering per 2035
steunen.
Het Franse voorzitterschap zoekt naar een compromis dat op voldoende steun in de Milieuraad
zou kunnen rekenen. De verwachting is dat dit uitkomt op een uitfasering van de nieuwverkoop
van personenauto’s en lichte bedrijfsvoertuigen met interne verbrandingsmotor per
2035 in combinatie met een aangescherpt tussendoel voor personenauto’s en lichte bedrijfsvoertuigen
in 2030 ten aanzien van de huidige wetgeving. Het lijkt erop dat enkele grote lidstaten
zoals Duitsland en Polen zo’n compromis willen steunen. Lidstaten die inzetten op
meer ambitie zoals België, Denemarken en Zweden en landen die inzetten op minder ambitie,
zoals diverse oost Europese en zuid Europese lidstaten houden elkaar in balans. Mijn
inschatting is dat dit krachtenveld ondanks de herhaalde inspanningen van Nederland
en andere gelijkgestemde landen niet meer zal kantelen ten gunste van een eerdere
uitfaseerdatum dan 2035.
Op 11 mei heeft de eerste stemming plaatsgevonden in de milieucommissie van het Europees
Parlement over dit onderwerp. Een meerderheid van de leden heeft ook daar uiteindelijk
ingestemd met het behoud van de uitfasering per 2035. Voorstellen om deze ambitie
aan te scherpen of af te zwakken zijn daarentegen verworpen. Deze ontwikkeling bevestigt
het beeld dat er in het parlement gekoerst wordt op uitfaseren van de verbrandingsmotor
per 2035. Plenaire stemming in het Europees Parlement, en daarmee definitieve positiebepaling,
vindt plaats in de plenaire sessie van juni.
Weging van ontwikkelingen en Nederlandse inzet
Het Franse voorzitterschap zal streven naar een meerderheidsstandpunt (algemene oriëntatie)
op de Milieuraad van 28 juni aanstaande. U wordt over deze Milieuraad geïnformeerd
via de geannoteerde agenda.
Hoewel het definitieve compromis pas kort voor de Milieuraad beschikbaar zal zijn
is de verwachting dat uitfasering per 2035 het hoogste haalbare is. Het feit dat er
nog een aantal onderhandelingsmomenten zijn in aanloop naar de Milieuraad, en we als
Nederland blijven inzetten op onze ambitieuzere lijn, zal hier naar verwachting niets
aan veranderen.
Hoewel Nederland zich over de hele linie zal blijven inzetten voor een hogere CO2-reductie in alle besprekingen over dit voorstel, wil ik benadrukken dat het bereiken
van akkoord over een uitfaseerdatum cruciaal is. Een akkoord over de uitfaseerdatum
geeft een duidelijk signaal aan de markt over de richting die ingeslagen wordt naar
emissieloze auto», dat is een mijlpaal. Daarbij draagt een akkoord over deze wetgeving
ook bij aan onze nationale klimaatdoelen. Het pakket van de Commissie leidt immers
tot een stijging van zo’n 10% in de ingroei van de elektrische voertuigen per 2030
en daarmee reductie van CO2.
Alles in ogenschouw nemende, blijft mijn inzet om in de aanloop naar de Milieuraad
steun te zoeken om de afspraken nog verder aan te scherpen.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
V.L.W.A. Heijnen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
V.L.W.A. Heijnen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat