Brief regering : Beantwoording vragen commissie over de Wet geen rente bij hervatting invordering toeslagschulden
36 103 Wijziging van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen in verband met het tijdelijk achterwege laten van de rente bij bepaalde hervattingen van de invordering van toeslagschulden (Wet geen rente bij hervatting invordering toeslagschulden)
Nr. 5
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 juni 2022
De vaste commissie voor Financiën heeft in de procedurevergadering van 25 mei 2022
gesproken over het door de regering aangeboden wetsvoorstel geen rente bij hervatting
invordering toeslagschulden (Kamerstuk 36 103). De commissie heeft verzocht een schriftelijke aanvullende toelichting te geven
op de doelgroep waarop het wetsvoorstel zich richt. In het bijzonder gaat het daarbij
om de vraag op welke groep mensen het wetsvoorstel ziet en wat er voor die groep en
voor de groep personen die niet tot de doelgroep van het wetsvoorstel behoren nog
meer aan mogelijkheden bestaat om toeslagschulden op te lossen. Middels deze brief
beantwoord ik deze vragen.
Doelgroep en aanpak wetsvoorstel
Het wetsvoorstel richt zich op de doelgroep waarbij als gevolg van COVID-19 de invorderingsactiviteiten
vanaf maart 2020 zijn gepauzeerd. Dit betekent dat alle burgers die terugvorderingen
hebben die zijn ontstaan voor maart 2022 en die niet volledig zijn betaald of worden
afbetaald, vallen onder deze doelgroep, tenzij om andere redenen van COVID-19 hun
invorderingsactiviteiten zijn gestopt. Deze groepen worden verder in de brief nader
toegelicht.
Dit betekent dat bij deze doelgroep alle invorderingsactiviteiten na het verzenden
van de terugvorderingsbeschikking niet zijn uitgevoerd. Er zijn derhalve geen betalingsherinneringen,
aanmaningen en dwangbevelen verzonden en dwanginvorderingsmaatregelen, zoals verrekeningen
en loonbeslagen zijn niet uitgevoerd. Over deze invorderingspauze zijn burgers de
afgelopen twee jaar niet geïnformeerd. Het aantal terugvorderingen dat niet is voldaan
is de afgelopen twee jaar toegenomen. De doelgroep waar het wetsvoorstel zich op richt
bestaat uit 1.311.012 burgers met toeslagvorderingen waar momenteel geen betalingen
plaatsvinden en waarbij de invordering gepauzeerd is in verband met de coronapandemie.
Deze burgers hebben gezamenlijk een schuld van € 1.441.067.645 (peildatum 24 februari
2022).
Ik realiseer mij dat het opstarten van de invordering voor veel burgers binnen deze
doelgroep impactvol kan zijn en dit vraagt daarom om een passende aanpak en goede
dienstverlening van Toeslagen. Het niet rekenen van invorderingsrente bij burgers
die hun gepauzeerde vorderingen alsnog betalen, is derhalve één maatregel binnen het
brede palet aan maatregelen, dat gezamenlijk tot doel heeft om een passende opstart
van de invorderingsmaatregelen te bieden en (meer) betalingsproblemen te voorkomen.
In mijn brief van 31 maart is uw Kamer geïnformeerd over de brede aanpak bij de opstart
van de wegens COVID-19 gepauzeerde invorderingsactiviteiten.1 Er wordt meer inzicht en overzicht geboden, er worden gebundelde (standaard) betalingsregelingen
aangeboden en er is extra aandacht en inzet binnen de dienstverlening van Toeslagen
en in de samenwerking met stakeholders.
Het wetsvoorstel richt zich alleen op de vorderingen die wegens corona gepauzeerd
zijn, omdat ik het niet passend vindt deze rente te rekenen nu de invorderingsactiviteiten
van overheidswege zijn gepauzeerd. Als de invorderingsrente volgens het huidige regime
op zal lopen vanaf 1 juli, is een deel van de vorderingen nog steeds gepauzeerd. Bovendien
wil Toeslagen zo veel mogelijk stimuleren dat burgers hun vorderingen, die mogelijk
door de gepauzeerde invorderingsactiviteiten verder zijn opgestapeld, alsnog vrijwillig
betalen, zodat dwanginvorderingsmaatregelen worden voorkomen. Ik stel het daarom zeer
op prijs als de Kamer de voorgestelde wet spoedig behandelt. Met de voorgestelde wet
wordt voorkomen dat de invorderingsrente vanaf juli op zal gaan lopen bij burgers
wanneer zij de gepauzeerde terugvorderingen alsnog (in termijnen) vrijwillig betalen.
Gepauzeerde invordering doelgroep UHT
Burgers die zich hebben gemeld bij de Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen worden
niet betrokken in de opstart. Dat betekent dat bij deze burgers de invorderingsactiviteiten
gepauzeerd zijn en dat dit zo blijft ook bij nieuwe vorderingen, in ieder geval zolang
als hun zaak in behandeling is bij UHT. Ook als de behandeling van een zaak is afgerond
en er is beoordeeld dat er geen recht bestaat op compensatie en/of kwijtschelding
van toeslagschulden, dan blijven de invorderingsmaatregelen voor deze burgers vooralsnog
gepauzeerd. Ditzelfde geldt in de gevallen dat de pauzeknop (moratorium) voor schulden
bij gedupeerden is afgelopen. Op welk moment en op welke wijze de invorderingsactiviteiten
van Toeslagen bij hen wordt opgestart, is nog niet bepaald. Ook voor deze groep burgers
acht ik het van belang dat de invordering start op een wijze die past bij hun situatie
en waarbij voorkomen wordt dat er (meer) financiële problemen ontstaan doordat de
invordering gepauzeerd is geweest. Na de zomer wordt uw Kamer geïnformeerd over het
moment en de wijze waarop de invorderingsactiviteiten voor deze burgers wordt hervat,
inclusief de wijze waarop we dan om willen gaan met de invorderingsrente bij deze
vorderingen.
Doelgroepen in het reguliere proces
Binnen het reguliere invorderingsproces zal de invorderingsrente na juli, net als
bij belastingen, stapsgewijs oplopen. Dit kan bijvoorbeeld gelden voor vorderingen
die wegens andere redenen dan corona gepauzeerd zijn, zoals vorderingen in een proces
van minnelijke of wettelijke schuldsanering dan wel faillissement of vorderingen waarbij
bezwaar of beroep is aangetekend. Deze vorderingen worden niet meegenomen in de hiervoor
beschreven opstart. Deze vorderingen worden volgens de processen behorende bij bezwaar
of sanering afgewikkeld, wat kan betekenen dat een vordering inclusief invorderingsrente
vervalt wegens een gegrond bezwaar of een schone lei. In die gevallen wordt het invorderingsproces
dus niet vervolgd en wordt een burger niet geconfronteerd met invorderingsrente. Als
afwikkeling van genoemde procedures leidt tot het in stand blijven van (een deel van)
een vordering, dan zal de vordering alsnog afgewikkeld worden volgens het reguliere
invorderingsproces met het daarvoor geldende rentepercentage.
Het reguliere rentepercentage blijft ook gelden voor vorderingen die zijn ontstaan
na de gepauzeerde invorderingsactiviteiten. De reguliere invordering wordt hervat
in de zomer van 2022. Ook binnen het reguliere invorderingsproces worden burgers verschillende
mogelijkheden geboden om op een passende wijze hun terugvordering te betalen. Naast
de mogelijkheid om de vordering ineens te betalen wordt ook altijd de mogelijkheid
geboden om in standaard termijnen te betalen. Daarnaast wordt de burger geïnformeerd
over de mogelijkheid om een persoonlijke betalingsregeling af te sluiten. Dit gebeurt
in het reguliere invorderingsproces per vordering, anders dan bij de opstart waarbij
de vorderingen gebundeld afbetaald kunnen worden. Toeslagen werkt momenteel aan een
herijkte invorderingsstrategie. Hierin worden uitgangspunten als een burgergerichte
aanpak, het stimuleren van vrijwillige betaling en het voorkomen van (verdere) betalingsproblemen
centraal gesteld. In de Kamerbrief van 25 maart jl. is uw Kamer nader geïnformeerd
over de herijking van de invorderingsstrategie en in de zomer wordt uw Kamer geïnformeerd
over de uitwerking van deze strategie (Kamerstukken 24 515 en 31 066, nr. 619).
De Staatssecretaris van Financiën,
A. de Vries
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. de Vries, staatssecretaris van Financiën