Brief regering : Benoemingsprocedure voorzitter van de toetsingscommissie inzet bevoegdheden (TIB)
36 129 Voordracht ter vervulling van een vacature van voorzitter voor de Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB)
Nr. 1
BRIEF VAN DE MINISTER-PRESIDENT, MINISTER VAN ALGEMENE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 31 mei 2022
Mevrouw mr. M. Moussault heeft mij verzocht te bevorderen dat aan haar per 1 januari
2023 ontslag wordt verleend als voorzitter van de toetsingscommissie inzet bevoegdheden
(TIB). Door het vertrek van mevrouw Moussault is het wenselijk om zo snel mogelijk
een nieuwe voorzitter voor de TIB te benoemen.
De ontslag- en benoemingsprocedure voor de TIB is geregeld in artikel 33 en hoofdstuk
7 van de Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten 2017 (Wiv 2017). Artikel 99,
lid 1, van deze wet geeft aan dat voor de benoeming van de leden van de TIB door de
Tweede Kamer der Staten-Generaal per vacature een voordracht wordt gedaan van tenminste
drie personen, waaruit de betrokken ministers een keuze maken. Bij haar voordracht
slaat de Tweede Kamer zodanig acht als haar dienstig voorkomt op een door de vice-president
van de Raad van State, de president van de Hoge Raad der Nederlanden en de Nationale
ombudsman gezamenlijk opgemaakte aanbevelingslijst van ten minste drie kandidaten
per vacature. De geselecteerde kandidaat wordt door de Kroon benoemd.
Ik heb de vice-president van de Raad van State middels bijgevoegde brief verzocht
om de benoemingsprocedure op korte termijn te starten en de aanbevelingscommissie
bijeen te roepen. Ik verzoek u om een benoemingscommissie samen te stellen, teneinde
een nieuwe voorzitter van TIB op voordracht van de Tweede Kamer te kunnen benoemen.
De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,
M. Rutte
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M. Rutte, minister van Algemene Zaken