Brief regering : Aanvullende informatie over het beroep op de Wet openbaarheid van bestuur over kopieën van de Weekberichten Internetmonitoring van de NCTV waarin namen van personen worden genoemd in de periode van 2017 tot en met heden
32 761 Verwerking en bescherming persoonsgegevens
30 821 Nationale Veiligheid
Nr. 226 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 27 mei 2022
Op dinsdag 22 april jl. heb ik uw Kamer geïnformeerd over een besluit inzake een verzoek
op basis van de Wet openbaarheid van bestuur (Kamerstukken 32 761 en 30 821, nr. 220). Dit Wob-verzoek zag op het openbaar maken van de Weekberichten Internetmonitoring
van de NCTV in de periode 2017 tot en met heden. In verband met de (gedeeltelijke)
openbaarmaking van deze documenten, is de Kamer geattendeerd op dit besluit.
Abusievelijk is echter één weekbericht niet openbaar gemaakt. Dit betreft nummer 51
van het jaar 2019. De beoordeling van dit document is hetzelfde als beschreven in
het Wob besluit van 22 april waar genoemd document ook onderdeel van uitmaakt. De
indiener van genoemd Wob-verzoek is inmiddels geïnformeerd over deze omissie en heeft
het document alsnog ontvangen. Via deze weg informeer ik uw Kamer dat dit document
wordt toegevoegd aan de documenten die reeds gepubliceerd zijn op de website van rijksoverheid.nl.
De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid