Brief regering : Wederopbouw Oekraïne
36 045 Situatie in de Oekraïne
Nr. 88
BRIEF VAN DE MINISTERS VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING, VAN
BUITENLANDSE ZAKEN EN VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 mei 2022
Met deze brief informeren wij uw Kamer over de coördinatie van lopende hulpverzoeken
van Oekraïne en de mogelijk toekomstige inzet inzake de ontwikkeling van wederopbouwprogramma’s
van het land, in reactie op het verzoek van het lid Omtzigt bij de Regeling van Werkzaamheden
d.d. 19 april 2022 om informatie te geven over de coördinatie van het kabinet van
de hulp aan Oekraïne (Handelingen II 2021/22, nr. 74, Regeling van Werkzaamheden),
en op het verzoek van de vaste Kamercommissie Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,
om voor het einde van het meireces de Kamer te informeren over de uitvoering van de
motie van het lid Amhaouch c.s. (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1768) over een Nederlandse voortrekkersrol bij de ontwikkeling van een Europees herstelprogramma
voor de wederopbouw van Oekraïne.
Daarnaast heeft uw Kamer ook om een reactie van het kabinet gevraagd op de oproep
van de Oekraïense President Zelensky tijdens zijn speech in de Tweede Kamer op 31 maart
jl. om een getroffen stad te adopteren en hoe hier in internationaal verband over
gesproken wordt. Deze brief zal daarom tevens ingaan op de motie van het lid Kuzu
(Kamerstuk 36 045, nr. 53) die het kabinet verzoekt dit voorstel van president Zelensky te omarmen en plannen
voor te bereiden om een bijdrage te leveren aan het wederopbouwen van een Oekraïense
stad na de oorlog, evenals op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Hammelburg
over de wederopbouw van Oekraïense steden en dorpen d.d. 7 april.
Coördinatie hulp
Het is van belang om aan te geven dat Oekraïne nog steeds in een oorlogssituatie verkeert.
Het is nog volstrekt onduidelijk wat de duur en totale schade van dit conflict zullen
zijn, en hoe Oekraïne hier uit zal komen. Op dit moment zijn de meest dringende behoeften
nog altijd wapens, humanitaire en financiële hulp. Nederland geeft naar vermogen gehoor
aan Oekraïense hulpverzoeken, en heeft inmiddels bijgedragen op al deze terreinen,
zowel multilateraal als bilateraal.
De algehele coördinatie voor humanitaire en overige niet-militaire hulp alsmede voor
wederopbouwhulp is belegd bij de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.
Deze coördinatietaak gebeurt in nauwe samenwerking met andere vakdepartementen, waarbij
departementen zelf verantwoordelijk zijn voor de uitvoering en de financiering van
programma’s passend bij het mandaat van het vakdepartement, en hierover verantwoording
afleggen in de reguliere vaste Kamercommissie. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken
verzorgt daarbij de onderlinge informatieuitwisseling en coördinatie.
Hulpverzoeken worden langs verschillende kanalen en van verschillende Oekraïense overheidsinstanties
en organisaties ontvangen. In reactie op de vele verzoeken acht het kabinet goede
coördinatie van groot belang voor de effectiviteit van de hulp. Hierbij gaat het om
coördinatie op drie niveaus. In de eerste plaats is het cruciaal dat de centrale overheid
van Oekraïne de regie behoudt, en prioritering alsook onderlinge afstemming van de
verzoeken aan buitenlandse partners verzorgt. Hiermee is lokaal eigenaarschap en draagvlak
verzekerd. Ten tweede is effectieve coördinatie tussen de grote internationale spelers
van belang – waarbij de EU, G-7, de internationale financiële instellingen (IFIs)
en de VN de hoofdrolspelers zullen zijn. We moeten voorkomen dat duplicatie leidt
tot verspilling van middelen die hard nodig zijn voor wederopbouw. En tot slot is
coördinatie in Nederland tussen vakdepartementen van groot belang. Deze vormen van
afstemming zijn van belang voor de effectiviteit van de geleverde hulp, maar het zorgt
ook voor de lagere transactie- en toezichtkosten voor de autoriteiten van het door
oorlog verwoeste Oekraïne.
Ten behoeve van de coördinatie in Nederland en met internationale partners heeft het
Ministerie van Buitenlandse zaken een informatie- en coördinatiepunt ingesteld voor
hulpverzoeken van de Oekraïense centrale autoriteiten die bij de rijksoverheid binnenkomen,
dat de opvolging daarvan centraal registreert en coördineert. Het ministerie informeert
Oekraïne via zijn ambassade in Den Haag met regelmaat over de opvolging die wordt
gegeven aan deze hulpverzoeken.
Deze oorlog laat zien hoe belangrijk hulpinitiatieven van lagere overheden, maatschappelijke
organisaties, particulieren en bedrijven zijn voor Oekraïne. Het kabinet heeft hier
geen coördinatierol, maar zal waar dit mogelijk is en meerwaarde heeft, faciliteren
middels informatieverstrekking. Verder heeft de EU middels het EU Civil Protection Coordination Mechanism (UCPM) en de VN-coördinator van de humanitaire inzet (het Office for the Coordination of Humanitarian Affairs) loketten geopend voor bedrijven die steun aanbieden.
Wederopbouw
Het kabinet bereidt zich, hoewel de oorlog in Oekraïne nog in volle hevigheid woedt,
ook al voor op de fase van wederopbouw van Oekraïne. Welke vorm dit zal krijgen ligt
natuurlijk primair bij Oekraïne en de Oekraïners zelf, en hun visie op de toekomst
van hun land. De brede internationale gemeenschap zal hen hierbij moeten ondersteunen,
waarbij de EU, in nauwe samenwerking met andere actoren als G7-leden, een centrale
rol zal spelen.
Het kabinet wil de mogelijkheden voor samenwerking met Oekraïne om een stad of regio
te helpen herbouwen nader verkennen in vervolg op het verzoek van president Zelensky
dat wederom werd gedaan tijdens het recente bezoek van Minister Hoekstra aan Kyiv.
Van concrete plannen voorbereiden voor een bijdrage aan de wederopbouw van een Oekraïense
stad na de oorlog conform motie van het lid Kuzu1 is nu echter nog geen sprake. De wederopbouwbehoeften zijn door Oekraïne zelf nog
niet in kaart gebracht vanwege de oorlogssituatie waar het land momenteel nog in verkeert.
Wel hebben enkele Nederlandse gemeenten al een stedenband of relatie met een stad
of dorp in Oekraïne, of overwegen een band aan te gaan. Daarnaast beoogt de Vereniging
van Nederlandse Gemeenten (VNG) om in samenwerking met de Association of Ukrainian Cities steun te verlenen aan het herstel en de wederopbouw van getroffen Oekraïense gemeenten.
De VNG kan daarbij gebruik maken van de ervaring en expertise die zij heeft opgedaan
met eerdere stedelijke samenwerkingsprojecten in Oekraïne. Een eerste bijeenkomst
over Oekraïne is door VNG, afdeling internationaal, onlangs georganiseerd. Het kabinet
staat positief tegenover de samenwerking in de vorm van stedenbanden, echter de vormgeving
van partnerschappen van Nederlandse gemeenten met Oekraïense steden en dorpen aan
de wederopbouw ligt primair bij decentrale overheden en organisaties als de VNG.
De wederopbouw van Oekraïne is een miljardenproject dat met de juiste expertise en
goed gecoördineerd zal moeten worden uitgevoerd; we kunnen ons hierbij laten inspireren
door het Marshall plan waarmee de VS de Europese wederopbouw steunde na de Tweede
Wereldoorlog. Naast de huidige additionele liquiditeitsbehoeften van 5 miljard USD
per maand, zullen de kosten wederopbouw substantieel zijn. Deze zijn met grote onzekerheid
omgeven, maar schattingen variëren tussen de 200 en 600 miljard USD. Die kosten lopen
met de dag verder op. Zeker is dat de EU met internationale partners als de G7 en
internationale gremia, zoals de VN en internationale financiële instellingen, zoals
het IMF, de Wereldbank,de EBRD en de EIB hierbij een cruciale rol moeten spelen. Gezien
hun financiële slagkracht en institutionele expertise zullen deze internationale financiële
instellingen een belangrijke rol moeten spelen bij de wederopbouw.
Het kabinet moet vervolgens beoordelen waar de noden van Oekraïne overeenkomen met
de Nederlandse meerwaarde en mogelijkheden, wat de rol voor ons land bij de wederopbouw
van Oekraïne zou moeten zijn, en welke financiering het kabinet hiervoor beschikbaar
stelt.
In deze brief geven we een kort overzicht van het denken over de noden aangaande de
wederopbouw, en schetsen we een eerste indruk van de betrokkenheid die het kabinet
voor Nederland ziet. Het is nog te vroeg om een bij benadering juiste inschatting
te maken van de financiële consequenties.
Stand van zaken
Oekraïne en zijn bevolking betalen een onvoorstelbaar hoge prijs voor de Russische
inval in Oekraïne. Allereerst zijn er de menselijke kosten: de duizenden doden en
gewonden, getraumatiseerden, en de miljoenen ontheemden en vluchtelingen als gevolg
van het geweld dat burgers wordt aangedaan. Dan zijn er de grootschalige verwoestingen
van steden, huizen, scholen, ziekenhuizen, infrastructuur en fabrieken als gevolg
van het oorlogsgeweld. De economische schade als gevolg van de Russische inval is
astronomisch: de Wereldbank becijferde op 10 april jl. dat de Oekraïense economie
met maar liefst 45% zal krimpen in 20222. Daarnaast zijn talloze bedrijven stil komen te liggen, zijn logistieke ketens vernietigd,
is de voedselvoorziening van delen van het land onzeker en zijn economisch belangrijke
delen van het land, zoals een groot deel van de Donbas en de haven van Marioepol,
in handen van Rusland. Een politieke oplossing en daarmee een einde aan deze verwoestingen
lijken op dit moment niet dichtbij.
Op dit moment is in Oekraïne vooral behoefte aan humanitaire goederen, zoals medicijnen,
medische apparatuur, psychosociale hulp, voedsel en water. Het percentage Oekraïners
dat de komende jaren onder de armoedegrens zakt (besteedbaar inkomen van minder dan
5,5 USD per dag) zou volgens de Wereldbank kunnen oplopen van 1,8% in 2021 tot 19,8%
dit jaar. Als de situatie niet verbetert, zou op termijn 59% van de bevolking onder
de armoedegrens kunnen zakken. Daarnaast heeft Oekraïne grote behoefte aan financiële
liquiditeit. Oekraïne heeft een aanzienlijk financieringstekort aangezien het nog
steeds uitgaven heeft, terwijl de belastinginkomsten dalen. Per maand komt het land
volgens de Wereldbank 5 miljard USD te kort.
Nederland heeft inmiddels in totaal aan 39,5 miljoen Euro ingezet voor humanitaire
hulp bestaande uit 20 miljoen Euro aan het Ukrainian Humanitarian Fund van OCHA in reactie op het VN Appeal in Oekraïne, 15 miljoen Euro aan de samenwerkende
hulporganisaties voor hun inspanningen in de regio, 1,5 miljoen Euro uit de blokallocatie
van het Nederlandse Rode Kruis, 2,5 miljoen Euro uit de blokallocatie van de Dutch
Relief Alliance en 0,5 miljoen Euro voor goederen voor de noodopvang van vluchtelingen
uit Oekraïne in Moldavië. Daarnaast is 10 miljoen Euro vrijgemaakt voor opvang van
vluchtelingen uit Oekraïne in Moldavië via de Global Concessional Funding Facility van de Wereldbank.
Diplomatie
De wederopbouw van Oekraïne is een opgave van ongekende grootte en is onderdeel van
vrijwel ieder gesprek met internationale partners en in alle internationale fora.
Ook in bilaterale contacten met Oekraïne zelf wordt over wederopbouw gesproken. Zo
spreken de Minister-President en de Minister van Buitenlandse Zaken zeer regelmatig
met hun Oekraïense collega’s. Ook andere Ministers doen dit. Zo heeft de Minister
van Financiën, alsook de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,
in Washington D.C. tijdens de Voorjaarsvergadering van het IMF en de Wereldbank gesproken
met Minister Marchenko over de financiële behoeften van Oekraïne. Minister van LNV
heeft in een bilateraal gesprek met zijn Oekraïense ambtgenoot Solsky gesproken over
geïntensiveerde samenwerking bij de wederopbouw van de Oekraïense landbouwbouwsector.
Internationale dimensie
Multilaterale organisaties als de Europese Unie, de Verenigde Naties en de internationale
financiële instellingen zijn al bezig met de voorbereidingen voor wederopbouw. Zo
is recentelijk bekend geworden dat Zwitserland op 4 en 5 juli een conferentie zal
organiseren over de wederopbouw van Oekraïne.
EU
De EU heeft inmiddels via verschillende EU-programma’s steun verleend aan Oekraïne
onder andere door middel van macro-financiële bijstand (MFB) en via programma’s gefinancierd
vanuit het instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking
(NDICI). Binnen de Europese Vredesfaciliteit (EDF) zijn middelen gereserveerd voor
het leveren van lethale en niet-lethale goederen aan Oekraïne.
De EU wil een belangrijke rol gaan spelen bij de wederopbouw. In Versailles3 benadrukten de Europese regeringsleiders en staatshoofden dat Oekraïne tot de Europese
familie behoort. Tevens gaven ze aan dat de EU en haar lidstaten steun zullen verlenen
aan de wederopbouw van een democratisch Oekraïne zodra de Russische aanval is beëindigd.
Nederland pleit voor Europese coördinatie van de wederopbouw, in nauwe samenwerking
met andere internationale actoren. In de Europese Raadsconclusies4 is eind maart overeengekomen dat er een Ukraine Solidarity Trust Fund zal worden opgericht voor de wederopbouw van een democratisch Oekraïne. In voorbereiding
op een bespreking in de informele Europese Raad van 30 en 31 mei, zal de Europese
Commissie op de korte termijn een voorstel publiceren voor de vormgeving van het Ukraine Solidarity Trust Fund. Nederland zal in lijn met motie van het lid Amhaouch5, actief meedenken over de verdere vormgeving, in aanloop naar en tijdens aankomende
Raden. Nederland is van mening dat internationale steun zoveel mogelijk gebaseerd
moet zijn op needs assessments van hetgeen benodigd is. Het kabinet acht het voorts van belang dat de Oekraïense
overheid een centrale rol krijgt in de governance van dit Trustfonds, mede met het oog op eigenaarschap en aansluiting bij nationale
en lokale prioriteiten. Het kabinet pleit voorts voor een koppeling van de wederopbouw
aan een hervormingsagenda om zo zowel een weerbare en duurzame economie te bewerkstelligen
als de relatie tussen Oekraïne en de Europese Unie verder te bevorderen.
Naast steun in het kader van wederopbouw werkt de Commissie tevens aan een voorstel
voor liquiditeitssteun aan Oekraïne door de Europese Unie. Oekraïne heeft urgent behoefte
aan liquiditeit aangezien reguliere overheidsuitgaven zoals sociale zekerheid en ambtenarensalarissen
blijven bestaan terwijl belastinginkomsten dalen. Mogelijk presenteert de Commissie
op 18 mei hier een voorstel voor. Zodra dit voorstel wordt gepubliceerd, wordt uw
Kamer hier op de reguliere wijze over geïnformeerd.
VN en Internationale Financiële Instellingen
De VN werkt aan initiatieven voor de wederopbouw van Oekraïne.
Binnen de internationale financiële instellingen worden specifieke structuren opgericht
om de behoefte aan macro-economische steun nu en op de langere termijn vorm te geven.
Nederland vertegenwoordigt Oekraïne en landen in de regio (Moldavië, Georgië, Armenië,
Roemenië, Bulgarije) in de Nederlandse kiesgroep bij de Wereldbank en de Nederlands-Belgische
kiesgroep bij het IMF.
De Wereldbank heeft begin maart een pakket van ca. 925 miljoen USD aan begrotingssteun
in de vorm van leningen en schenkingen voor Oekraïne goedgekeurd. Nederland heeft
hier door middel van een garantie van 100 miljoen Euro aan bijgedragen. De Wereldbank
bereidt nu een steunpakket voor van 3 miljard USD waarvan het pakket van 925 miljoen
USD onderdeel is. Naar verwachting zullen vanuit de internationale financiële instellingen
verzoeken aan landen komen voor aanvullende bijdragen, bijvoorbeeld in de vorm van
garanties en leningen, om de financiering van de wederopbouw mogelijk te maken.
De Europese Investeringsbank (EIB) heeft op 4 maart liquiditeitssteun ter waarde van
668 mln EUR goedgekeurd, wat inmiddels is uitgekeerd. Verder kijkt de EIB naar versnelde
inzet van bestaande programma’s ter waarde van 1,5 mld EUR.
De Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBRD) heeft op 9 maart een steunpakket
ter waarde van 2 miljard Euro goedgekeurd. Vanuit dit pakket worden Oekraïne en direct
getroffen landen in de regio ondersteund. Het pakket richt zich op de private sector
en lagere overheid en verschaft o.a. noodliquiditeit ten behoeve van bv. energie-
en voedselzekerheid. Nederland heeft steun uitgesproken voor dit pakket. Daarenboven
hanteert de EBRD een eigen initiële inzet van 2 miljard Euro voor toekomstige wederopbouw
in Oekraïne.
Het IMF heeft op 10 maart jl. noodliquiditeit voor Oekraïne goedgekeurd ter waarde
van 1,2 miljard Euro en heeft inmiddels een specifiek account voor Oekraïne geopend
waarmee donoren financiële steun aan Oekraïne kunnen geven.
Bilaterale Nederlandse inzet van expertise in Oekraïne
Oekraïne is een buurland en een belangrijke partner van de EU. Voor de oorlog voerde
Nederland al jarenlang relatief kleinschalige programma’s uit in Oekraïne. Na de Russische
inval heeft het Ministerie van Buitenlandse Zaken samen met partnerorganisaties in
Oekraïne deze programma’s nogmaals bezien en afgewogen of voortzetting, herbestemming
of uitbreiding van deze lopende bilaterale programma’s mogelijk is.
Vanuit het Stabiliteitsfonds worden mogelijkheden verkend om lopende programma’s rondom
ontmijning, Vrouwen, Vrede en Veiligheid en Recovery and Resilience uit te breiden. Zo neemt de noodzaak van ontmijning in Oekraïne door de oorlog snel
toe, is capaciteitsopbouw van noodhulpdiensten nodig en groeit de vraag naar psychosociale
en mentale hulp voor slachtoffers van seksueel geweld.
Vanuit MATRA worden verschillende projecten gefinancierd op het gebied van rechtsstaathervormingen
en democratisering in Oekraïne met een totaalbedrag van ongeveer 6,5 miljoen Euro.
Hier valt onder andere een project met de Oekraïense War Crimes Unit onder. Met partners
wordt bekeken hoe deze projecten onder de huidige omstandigheden en binnen het toepasselijke
subsidiebeleidskader zoveel mogelijk doorgang kunnen vinden. Met het kiesgroepprogramma
van het Nederlandse Ministerie van Financiën blijft Nederland Oekraïne ondersteunen
op het gebied van public finance management.
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking,
E.N.A.J. Schreinemacher
De Minister van Buitenlandse Zaken,
W.B. Hoekstra
De Minister van Financiën,
S.A.M. Kaag
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.N.A.J. Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking -
Mede ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken -
Mede ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Financiën
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.