Brief regering : Doorstroomrecht naar het hoger onderwijs in Europees Nederlands na afronding van een Papiamentstalige mbo-niveau 4
35 893 Wijziging van de Wet educatie en beroepsonderwijs BES in verband met uitbreiding van de uitzonderingsmogelijkheid om het onderwijs en de examens van mbo-opleidingen op Bonaire in het Papiaments aan te bieden
Nr. 7 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 mei 2022
Naar aanleiding van de plenaire behandeling (Handelingen II 2021/22, nr. 75, debat
over de Wijziging van de Wet educatie en beroepsonderwijs BES in verband met uitbreiding
van de uitzonderingsmogelijkheid om het onderwijs en de examens van mbo-opleidingen
op Bonaire in het Papiaments aan te bieden) van de Wijziging van de Wet educatie en
beroepsonderwijs BES in verband met uitbreiding van de uitzonderingsmogelijkheid om
het onderwijs en de examens van mbo-opleidingen op Bonaire in het Papiaments aan te
bieden, wens ik uw Kamer nader te informeren.
Tijdens het debat kwam het doorstroomrecht naar het hoger onderwijs in Europees Nederlands
na afronding van een Papiamentstalige mbo-niveau 4 opleiding aan de orde. Naar aanleiding
van het debat dat ik met uw Kamer heb gevoerd is er een nadere analyse gemaakt, waaruit
blijkt dat – ongeacht de taal waarin het onderwijs wordt aangeboden – een mbo-niveau 4
opleiding op de BES-eilanden op grond van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk
onderzoek een toelatingsrecht geeft tot het hoger onderwijs in Europees Nederland.
Ik betreur dat ik uw Kamer op dit punt niet juist heb geïnformeerd.
Ik acht dit toelatingsrecht tot het hoger onderwijs in Europees Nederland ook wenselijk.
Zoals reeds eerder benadrukt, betreft het een zeer kleine doelgroep die zich voor
dit onderwijs zou kunnen inschrijven. Indien een student vanuit de BES-eilanden – na
afronding van een Papiamentstalige mbo-niveau 4 opleiding – wenst door te stromen
naar het hoger onderwijs, dan heeft deze student die mogelijkheid. Onderkend moet
worden dat de Nederlandse taalbeheersing voor deze student ook belangrijk is bij doorstroom
naar het hoger onderwijs. Mogelijk zal een student bij doorstuderen in Europees Nederland
praktische uitdagingen ondervinden. Er ligt dan ook een verantwoordelijkheid bij de
student om ervoor te zorgen dat de taalbeheersing van een voldoende niveau is om het
onderwijs met vrucht te kunnen volgen.
Ik vertrouw er op uw Kamer hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, R.H. Dijkgraaf
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap