Brief regering : Reactie op de moties van het lid Nijboer c.s. over ook dit jaar voorkomen dat er ook maar een gedupeerde uit huis wordt gezet of te maken krijgt met beslaglegging (Kamerstuk 31066-964), van het lid Paul c.s. over zo snel mogelijk de verkenning over een eventuele verlenging van het moratorium afronden (Kamerstuk 31066-966) en van het lid Omtzigt c.s. over de Kamer voor 10 maart informeren bij hoeveel mensen gerechtelijke vorderingen geeffectueerd zijn (Kamerstuk 31066-967)
31 066 Belastingdienst
Nr. 981
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 maart 2022
Er is overleg gevoerd met uw Kamer over de afwikkeling van de private schulden van
gedupeerde ouders. Hierbij is gesproken over de daarvoor speciaal ingerichte uitvoeringsorganisatie
SBN (Sociale Banken Nederland) en het aflopen van het moratorium voor private schulden
in de komende maanden. Indien ouders na het aflopen van het moratorium te maken krijgen
met beslaglegging of uithuiszetting voor schulden die kunnen worden opgelost in de
hersteloperatie kan dit veel impact op hen hebben. Wij willen zo veel mogelijk voorkomen
dat ouders na afloop van het moratorium te maken krijgen met beslaglegging of uithuiszetting.
Uw Kamer en de betrokken ouders hebben hier zorgen over. Dat begrijpen wij. Dat is
ook de reden dat we hierop eerder maatregelen hebben genomen.
De motie van het lid Nijboer c.s. verzoekt de regering om ook dit jaar te voorkomen
dat ook maar één gedupeerde uit huis wordt gezet vanwege openstaande schulden, of
te maken krijgt met beslaglegging.1 De motie van het lid Paul c.s. roept daarbij op om de verkenning naar een eventuele
verlenging van het moratorium zo snel mogelijk af te ronden.2 Ook rapporteer ik u over de motie van het lid Omtzigt c.s. die verzoekt om te informeren
bij hoeveel mensen die op de moratoriumlijst staan gerechtelijke vorderingen zijn
geeffectueerd, welke gevolgen dat had en wat de regering heeft gedaan om dit te voorkomen.3 Deze brief geeft aan hoe uitvoering wordt gegeven aan deze moties, zoals aangekondigd
in de Kamerbrief van 11 februari jl.4
Eerst wordt toegelicht hoe het staat met de huidige werkwijze en de reeds getroffen
maatregelen omtrent het Loket Private Schulden en het aflopen van het moratorium.
Vervolgens worden de verkenningen naar rechtstreekse aanlevering van schuldenlijsten
door deurwaarders en verlenging van het moratorium toegelicht. Hierbij geven we aan
in hoeverre het doorvoeren van deze aanvullende maatregelen momenteel wenselijk is.
5
Private schuldenaanpak en huidig maatregelenpakket bij aflopen moratorium
Gedupeerde ouders hebben binnen de hersteloperatie recht op het oplossen van een groot
deel van hun private schulden, voor zover deze binnen het beleidsbesluit vallen. Zij
kunnen hun schulden hiervoor indienen in het Loket Private Schulden bij SBN. Daarnaast
is voor ouders vanaf de datum dat zij hun compensatiebedrag ontvangen een moratorium
van één jaar van toepassing, dat hen beschermt tegen gerechtelijke invordering van
hun schulden.6
Het moratorium en de aanpak van private schulden staan los van de aanpak voor publieke
schulden. Hiervoor geldt dat de invordering door overheidsorganisaties wordt gepauzeerd
en dat publieke schulden van gedupeerde ouders vervolgens worden kwijtgescholden.7 Dit is voor het grootste deel van de publieke schulden al gebeurd en voor zover de
afwikkeling nog loopt wordt de ouder door de pauzering niet geconfronteerd met tussentijdse
invordering. Dit betekent dat ouders zodra ook SBN hun schulden – voor zover deze
in aanmerking komen voor afbetaling – heeft betaald niet meer geconfronteerd worden
met invordering van schulden die onder de hersteloperatie vallen.
Private schulden kunnen zich bij diverse schuldeisers en in diverse stadia van invordering
bevinden. Alleen de ouder weet welke private schulden hij of zij heeft. Voor de afhandeling
van deze schulden heeft de ouder daarom zelf de regie. Inherent hieraan is het risico
dat een ouder schulden nog niet heeft ingediend voordat diens moratorium afloopt.
Om de ouder hierbij zo goed mogelijk te ondersteunen is een reeks maatregelen getroffen.
Het indienen van hun schulden bij SBN is voor gedupeerde ouders de beste manier om
executie van beslagleggingen of uithuiszettingen te voorkomen. SBN, UHT, gemeenten
en de gerechtsdeurwaarders zetten alles op alles om gedupeerde ouders te bewegen om
hun schulden in te dienen en zo te voorkomen dat zij met beslaglegging of huisuitzetting
geconfronteerd worden. Hiervoor zijn vanuit de hersteloperatie diverse maatregelen
genomen: 1) het openen van het loket private schulden bij Sociale Banken Nederland,
2) het sturen van een brief aan gedupeerde ouders twee maanden voordat het moratorium
voor hen afloopt, 3) het faciliteren van het indienen van schuldenlijsten met gerechtelijke
vorderingen via schuldenwijzer.nl, 4) gemaakte afspraken met gemeenten om ouders te
helpen hun schulden in te dienen, 5) de belactie waarmee SBN alle ouders belt die
binnen een maand uit het moratorium lopen en nog geen schuldenlijst hebben ingediend
en 6) het inrichten van een noodprocedure, die onderdeel is van de afspraken met de
Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (KBvG). De noodprocedure gaat
van start als een ouder zich meldt bij het serviceteam van UHT of service center van
SBN en houdt in dat een ouder wordt geholpen met het indienen van schulden en dat
deze schulden met voorrang worden behandeld door SBN. Waar nodig wordt er telefonisch
contact opgenomen met gerechtsdeurwaarders en schuldeisers.
De gemiddelde doorlooptijd van de afhandeling van een schuldenlijst bij SBN varieert
vanwege het aantal schulden op een lijst en de responstijd van schuldeisers. Naar
verwachting zal dit gemiddeld 3 maanden zijn. SBN neemt schuldenlijsten zo veel mogelijk
in behandeling in de volgorde waarop het moratorium afloopt. Schulden waarvoor een
gerechtelijke titel gehaald is en die bij een gerechtsdeurwaarder liggen kunnen versneld
worden afgewikkeld via de zogenaamde fast lane. Ook hier wordt de volgorde van afloop moratorium aangehouden.
Ten slotte heeft het lid Grinwis (CU) in het debat van 10 februari jl. gevraagd naar
het actief aanbieden van het schuldhulpverleningstraject bij gemeenten (Handelingen
II 2021/22, nr. 49, Tweeminutendebat Hersteloperatie kinderopvangtoeslag). Zoals aangegeven
in dit debat denken wij dat ouders beter en sneller geholpen zijn als zij hun schulden
aanmelden bij SBN, maar vinden wij het belangrijk dat iedere mogelijkheid wordt bekeken.
Wij brengen deze route dus ook onder de aandacht.
Stand van zaken aanmeldingen SBN, beslagleggingen en uithuiszettingen
Tot en met 9 maart liep het moratorium voor ruim 5.500 gedupeerde ouders af. Het is
onduidelijk welk deel van hen private schulden heeft. Uit de belactie van SBN – waarmee
ruim 3.100 ouders die nog geen schuldenlijst hadden ingediend bereikt zijn – blijkt
dat ongeveer 2/3 van de ouders die bereikt is geen private schulden (meer) heeft.
Van de overige ouders die met de belactie zijn bereikt geeft het merendeel aan op
korte termijn de schuldenlijsten in te dienen bij SBN. Op dit moment heeft SBN van
ongeveer 5.000 gedupeerde ouders het dossier in behandeling. Dit betreft ruim 7.700
schuldenlijsten, waarvan er momenteel 300 beschikkingen zijn afgegeven die leiden
tot uitbetalingen aan schuldeisers. In maart zal SBN zijn opgeschaald tot 150 fte.
Zoals ook door de Kamer gevraagd in de motie van het lid Omtzigt c.s. wordt vanuit
de hersteloperatie gemonitord of gedupeerde ouders te maken krijgen met beslaglegging
of uithuiszetting. Hiervoor wordt informatie opgehaald bij het 1) het serviceteam
van UHT, 2) het service center van SBN en 3) in intensief overleg met de Koninklijke
Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (KBvG).
De huidige maatregelen en de inspanning van alle betrokken partijen waaronder de gerechtsdeurwaarders
hebben ertoe geleid dat er in de afgelopen weken voor zover bij ons bekend geen uithuiszettingen
hebben plaatsgevonden en dat ouders niet geconfronteerd zijn met de executie van beslagleggingen
voor schulden die door SBN opgelost kunnen worden. In twee situaties hebben ouders
waarvoor het moratorium was afgelopen gebruik gemaakt van de noodprocedure. In beide
situaties is beslaglegging of uithuiszetting voorkomen. Daarnaast hebben de afgelopen
weken nog drie ouders gebruik gemaakt van de noodprocedure voor problemen met schuldeisers
die niet direct te maken hadden met het aflopen van het moratorium. Ook in deze gevallen
heeft de noodprocedure voorkomen dat verdere gerechtelijke stappen zijn genomen in
de invordering van de schulden van deze ouders.
Zoals toegezegd in de Kamerbrief van 11 februari 2022 zijn de afgelopen weken twee
aanvullende maatregelen nader verkend om de ouder verder te beschermen bij afloop
van het moratorium.
Aanvullende maatregel 1: Rechtstreeks indienen van schuldenlijsten door gerechtsdeurwaarders
Om gedupeerde ouders met het afwikkelen van private schulden te kunnen ondersteunen,
is samen met de Koninklijke Beroepsorganisaties van Gerechtsdeurwaarders (KBvG), de
Stichting Netwerk Gerechtsdeurwaarders (SNG) en SBN onderzocht of het rechtstreeks
indienen van schuldenlijsten door gerechtsdeurwaarders mogelijk is. Daarbij zijn twee
varianten naar voren gekomen. Voor beide varianten biedt de Algemene Wet Inkomstafhankelijke
Regelingen (AWIR) de mogelijkheid om gegevens met dit doel te delen.
De eerste variant houdt in dat deurwaarders via SNG de schuldenlijsten van ouders
waarvoor het moratorium binnen 4 tot 6 weken eindigt zullen indienen bij SBN. SBN
zal de ouder daarop nogmaals actief benaderen om hen de situatie uit te leggen en
toestemming te vragen om de rechtelijke schulden versneld op te lossen. Ouders houden
zo regie over hun situatie, maar er wordt wel een extra waarborg ingebouwd om te voorkomen
dat beslag wordt geeffectueerd en ouders problemen ondervinden door geen schulden
in te dienen.
De tweede variant behelst de mogelijkheid dat SBN deze door de gerechtsdeurwaarder
ingediende schuldenlijsten zonder afstemming met de ouder (of indien de ouder niet
reageert op het contact vanuit SBN) volgens het beleidsbesluit private schulden oplost.
In deze variant worden deze schuldenlijsten rechtstreeks opgevoerd door SBN en direct
volgens het beleidsbesluit private schulden oplost, waardoor niet meer overgegaan
kan worden tot executie van beslagleggingen. Deze variant wordt als onwenselijk beschouwd,
omdat dit indruist tegen het belang van de ouder om zelf regie op zijn situatie te
houden.
Wij vinden het mede gelet op de wens van de Kamer gepast om preventief de eerste variant
verder voor te bereiden, in samenwerking met de gerechtsdeurwaarders en SBN. In deze
variant houdt de ouder zelf maximale regie, maar heeft SBN de mogelijkheid nog gerichter
contact met ouders op te nemen. Bovendien loopt het proces bij SBN sneller indien
de schuldenlijst met rechtelijke vorderingen reeds is ingediend. Voor deze variant
zal eerst een uitvoeringstoets worden gedaan gericht op de impact op het primaire
proces van SBN en de dienstverlening aan de ouders. Als de uitvoeringstoets positief
is, zal overgegaan worden tot implementatie. De hiervoor benodigde doorlooptijd is
circa 3 maanden. Het uitgangspunt is dat de lopende uitvoering van het afhandelen
van schuldenlijsten van gedupeerde ouders door SBN zo min mogelijk wordt verstoord.
Aanvullende maatregel 2: Verkenning verlenging moratorium
Daarnaast is er conform de motie van het lid Paul c.s. zo snel mogelijk de verkenning
over een eventuele verlenging van het moratorium afgerond.
Het moratorium maakt een inbreuk op het eigendomsrecht van een schuldeiser, dat is
opgenomen in het eerste protocol van het Europees Verdrag voor Rechten van de Mens
(EVRM), met een vordering waarvoor een gerechtelijk vonnis gewezen is. Daarom kan
een dergelijke maatregel alleen in uitzonderlijke gevallen toegepast worden. Het huidige
moratorium van één jaar vanaf het moment dat de gedupeerde zijn compensatie ontvangt,
is een ingrijpende maatregel die gezien de uitzonderlijke situatie waarin gedupeerde
ouders zich bevinden, acceptabel gevonden is. Een verdergaande inbreuk op het eigendomsrecht
van een eventuele verlenging van het moratorium zou ervoor kunnen zorgen dat rechters
in concrete situaties een dergelijke inbreuk onevenredig achten en het moratorium
buiten toepassing laten of in het uiterste geval zelfs onverbindend verklaren. Schuldeisers
worden door de huidige maatregel al geraakt en hebben, net als gedupeerde ouders,
bepaalde rechten.
In het licht van bovenstaande is in de beleidsverkenning ter voorbereiding op een
eventuele wetswijziging gekeken naar de meest proportionele optie. Dit zou een verlenging
van het moratorium met een duidelijke afbakening kunnen zijn: 1) van toepassing op
gedupeerde ouders waarvoor het moratorium afloopt en die nog geen schuldenlijst hebben
ingediend bij SBN, 2) voor hun private schulden, 3) voor een extra periode van 2 á
3 maanden.
Ook deze afgebakende wijze van uitbreiding van het moratorium is juridisch riskant.
De proportionaliteit van deze maatregel valt mede vanwege de effectiviteit van de
bestaande maatregelen te betwisten. Indien schuldeisers, die immers recht hebben op
een geldbedrag, besluiten om het moratorium aan te vechten, dan bestaat de kans dat
de adempauze voor alle gedupeerden verloren gaat. Daarnaast is het effect van de maatregel
beperkt. Het geeft vooral meer tijd aan de gedupeerde om hun lijsten in te dienen,
maar is geen garantie dat ook alle ouders dit ook doen en dat daarmee voorkomen wordt
dat alsnog tot executie van het beslag wordt overgegaan als de verlengde periode geëindigd
is. Het verlengen van het moratorium achten wij daarom onwenselijk.
Tot slot
Het blijft belangrijk dat ouders zelf actie ondernemen, omdat dit de enige oplossing
is voor hun private schuldenproblematiek: het indienen van de schulden bij SBN is
de manier om de schulden die onder de regeling vallen op te lossen en executie van
beslagen te voorkomen. Vanwege het grote belang voor ouders zal daarnaast in samenwerking
met de gerechtsdeurwaarders en SBN worden gestart met de uitvoeringstoets om variant
1 van het rechtstreeks indienen van schuldenlijsten door gerechtsdeurwaarders, met
de instemming van ouders, mogelijk te maken.
Ik hoop hiermee uw Kamer voldoende te hebben geïnformeerd.
De Staatssecretaris van Financiën,
A. de Vries
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. de Vries, staatssecretaris van Financiën