Brief regering : Derde voortgangsrapportage Kwartiermakers toekomst accountancysector en gehele accountancysector nu onder toezicht AFM
33 977 Evaluatie Wet toezicht accountantsorganisaties (Wta)
Nr. 39
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 februari 2022
Hierbij bied ik u de derde voortgangsrapportage van de «Kwartiermakers toekomst accountancysector»
(hierna: de Kwartiermakers) aan1. Ook stuur ik u het voorstel van de kwartiermakers voor een eerste set kwaliteitsindicatoren
(de zogenaamde audit quality indicators) en de begeleidende brief van de kwartiermakers hierover. Daarnaast kan ik u informeren
dat per 1 januari 2022 de AFM het feitelijke toezicht uitoefent op alle accountantsorganisaties, dus ook op de accountantsorganisaties die alleen een reguliere
vergunning hebben en niet een aanvullende vergunning voor het controleren van organisaties
van openbaar belang (hierna: OOB). Dit is een mooie stap in het nader realiseren van
uniform, effectief en efficiënt toezicht.
Derde voortgangsrapportage Kwartiermakers toekomst accountancysector
Mijn voorganger heeft in de reactie op het eindrapport van de Commissie toekomst accountancysector
van 20 maart 2020 een pakket aan maatregelen aangekondigd om de kwaliteit van wettelijke
controles te verbeteren, waaronder de aanstelling van een kwartiermaker.2 De kwartiermakers Marlies de Vries en Chris Fonteijn zijn verantwoordelijk voor het
uitvoeren van enkele specifieke taken uit het pakket van maatregelen en het bewaken
en aanjagen van de voortgang van het totale pakket aan maatregelen. Elk half jaar
brengen de kwartiermakers een voortgangsrapportage uit om verslag te doen van de
bereikte voortgang en hun bevindingen. In deze derde voortgangsrapportage constateren
de kwartiermakers dat op alle onderdelen van het door mijn voorganger aangekondigde
pakket aan maatregelen stappen zijn gezet en er, met vallen en opstaan, voortgang
wordt gemaakt. De kwartiermakers merken op dat er graduele verbeteringen in de sector
zijn, waarbij ze ook refereren aan het AFM-rapport «Grip op Kwaliteit». In dit rapport
is de AFM overwegend positief over het inzicht dat het intern kwaliteitsonderzoek
van accountantsorganisaties met een OOB-vergunning geeft in de gerealiseerde kwaliteit
van hun wettelijke controles.3 Als aandachtspunt noemen de kwartiermakers opnieuw de verandering op het gebied van
de cultuur binnen accountantsorganisaties. Net als in de tweede voortgangsrapportage
constateren de kwartiermakers dat deze verandering nog niet snel genoeg gaat (Kamerstuk
33 977, nr. 37).
De voortgangsrapportage gaat ook in op de onderzoeken naar de alternatieve structuurmodellen
die door de kwartiermakers zijn geïnitieerd. Op 26 november 2021 heeft mijn voorganger
uw Kamer geïnformeerd over de onderzoeksresultaten van het onderzoek dat is uitgevoerd
naar het joint-audit-model.4 De kwartiermakers herhalen in deze voortgangsrapportage hun opvatting dat de voordelen
van dit model beperkt lijken. Daarnaast schrijven ze dat de onderzoeken naar het audit-only-model
en het intermediair-model momenteel lopen. Wel uiten de kwartiermakers zorgen of er
voldoende deelnemers voor het experiment met het intermediair-model gevonden kunnen
worden. Ik vertrouw erop dat de kwartiermakers zich optimaal inspannen om dit experiment
te realiseren en wacht de uitkomsten van beide onderzoeken af. Ik verwacht uw Kamer
medio 2022 over de onderzoeksresultaten van het audit- only model en eind 2023 over
de onderzoeksresultaten van het intermediair model te kunnen informeren.
In hun rapportage gaan de kwartiermakers nader in op de onderwerpen fraude en (dis)continuïteit.
De kwartiermakers zijn positief over de ontwikkelingen op het gebied van continuïteit.
De NBA-werkgroep Continuïteit heeft een oorzakenanalyse uitgevoerd, waardoor er meer
inzicht is in onderliggende structuren van (dis)continuïteit en de problemen die hieruit
voortvloeien. Ten aanzien van fraude noemen de kwartiermakers het besluit van de NBA
om accountantsorganisaties nu niet te verplichten om te rapporteren over hun bevindingen
op het gebied van fraude «een gemiste kans en een stap terug ten opzichte van hetgeen
de NBA hierover aan de Tweede Kamer schreef in haar brief van 23 september 2020».
Ik ben het met de Kwartiermakers eens dat het voor de maatschappij belangrijk is dat
een accountant naar buiten treedt over wat deze gezien heeft bij de controlecliënt.
Nu de NBA heeft aangekondigd om over een jaar te evalueren of het opnemen van uitkomsten
en waarnemingen alsnog verplicht moet worden gesteld, kijk ik uit naar ik de uitkomst
van deze evaluatie. Tegelijkertijd wil ik de urgentie richting de sector blijven benadrukken
om op het fraudedossier in de brede zin voortgang te blijven boeken. De kwartiermakers
houden mij de komende periode op de hoogte van de vorderingen op dit gebied.
Voorstel Audit Quality Indicators
Ik ben voornemens om in de reeds geconsulteerde Wet toekomst accountancysector audit quality indicators te verankeren om zo meer objectieve informatie over de kwaliteit van de accountancysector
te verzamelen en beschikbaar te stellen aan de gebruikers van de jaarrekening. Een
van de opdrachten aan de kwartiermakers was om in goed overleg met de betrokken partijen
een eerste set audit quality indicators op te stellen. De kwartiermakers hebben hun voorstel voor audit quality indicators opengesteld voor internetconsultatie en hebben van 44 belanghebbenden een reactie
ontvangen. Onder andere de toezichthouder, de beroepsorganisatie, wetenschappers en
diverse accountantskantoren hebben gereageerd. De Kwartiermakers stellen nu elf kwaliteitsindicatoren
voor op de verschillende niveaus van kwaliteit zoals onderscheiden door de Commissie
toekomst accountancysector. Dit betreft het niveau van de controlekwaliteit, het kwaliteitsbeheersingssysteem
en de context. Het gaat daarbij om de volgende kwaliteitsindicatoren:
Met dit voorstel van de kwartiermakers ligt er een handzame set om gebruikers van
de jaarrekening meer inzicht te verschaffen in de factoren die de kwaliteit van de
wettelijke controle bepalen5. Zoals de kwartiermakers ook schrijven, is er (helaas) niet één indicator of één
definitie die de kwaliteit van een wettelijke controle inzichtelijk maakt. Bij elke
audit quality indicator moet er dan ook naar een evenwicht gezocht worden tussen onder andere de zeggingskracht
van een audit quality indicator, de administratieve lasten, de begrijpelijkheid en de vergelijkbaarheid, wat geen
eenvoudige opdracht is en waar verschil van inzicht over kan zijn. Dit maakt het extra
belangrijk dat de totstandkoming zorgvuldig gebeurt, waarbij ik meen dat de kwartiermakers
dit weloverwogen en zorgvuldig gedaan hebben, in samenspraak met de sector en gebruikers
van de jaarrekening. Ik ben de kwartiermakers dan ook erkentelijk voor het uitgebreide
proces dat zij met belanghebbende gevoerd hebben om tot deze set te komen. Gelet daarop,
ben ik voornemens om de door de kwartiermakers voorgestelde audit quality indicators over te nemen en wettelijk te verankeren. Dat betekent dat accountantsorganisaties
verplicht worden om te rapporteren over de audit quality indicators. Dit zorgt voor meer transparantie en inzicht in de kwaliteit van de wettelijke controle,
wat gebruikers van de jaarrekening kan helpen bij bijvoorbeeld het maken van keuzes.
AFM wordt verantwoordelijk voor toezicht op niet-oob-accountantsorganisaties
Eén van de verbetermaatregelen voor de accountancysector is het centraliseren van
het feitelijk toezicht op accountantsorganisaties. Het is een mooie stap dat dit per
1 januari 2022 is geëffectueerd en dat de AFM het feitelijk toezicht uitoefent op
accountantsorganisaties. Ook vind ik het positief dat de NBA, SRA en AFM nadere afspraken
hebben gemaakt om elkaar van informatie te kunnen blijven voorzien om zo voortdurend
te blijven werken aan de kwaliteit van de wettelijke controle.
De minister van Financiën,
S.A.M. Kaag
Indieners
-
Indiener
S.A.M. Kaag, minister van Financiën