Brief regering : Europese bijeenkomst bijenrichtsnoer van 17 februari 2022
27 858 Gewasbeschermingsbeleid
Nr. 562 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 februari 2022
Hierbij informeer ik uw Kamer over de Europese bijeenkomst die op
17 februari 2022 zal plaatsvinden. Het onderwerp daarbij is het bijenrichtsnoer dat
momenteel wordt uitgewerkt door de European Food and Safety Agency (EFSA). Als bijlagen
zijn de agenda van de bijeenkomst, het door EFSA aangeleverde achtergronddocument
en de appreciatie van het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen
en biociden (Ctgb) toegevoegd1.
Uitwerking bijenrichtsnoer door EFSA
Binnen de EU wordt al jaren gesproken over een nieuwe geharmoniseerde wijze waarop
gewasbeschermingsmiddelen worden beoordeeld op de risico’s voor bijen door middel
van het bijenrichtsnoer. De eerste versie van het bijenrichtsnoer is in 2013 door
EFSA gepubliceerd. Omdat sindsdien veel wetenschappelijk werk is uitgevoerd en gepubliceerd,
heeft EFSA in maart 2019 het mandaat van de Europese Commissie (EC) gekregen om het
bijenrichtsnoer verder uit te werken en aan te passen aan de huidige stand van de
wetenschap.
Beschermdoelen
Onderdeel van de uitwerking is om de specifieke beschermdoelen voor honingbijen, hommels
en solitaire bijen opnieuw vast te laten stellen en deze beschermdoelen te verwerken
in het bijenrichtsnoer. In de Landbouw- en Visserijraad van 28 en 29 juni 2021 is
gesproken over het te hanteren beschermdoel voor honingbijen (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1322). Tijdens de Raad bleek dat een gekwalificeerde meerderheid van lidstaten zich kan
vinden in een beschermdoel van een maximale afname van de omvang van honingbijenkolonies
van 10%. De Europese Commissie heeft EFSA inmiddels gevraagd om het bijenrichtsnoer
verder uit te werken aan de hand van dit beschermdoel. Nederland heeft de EC daarnaast
meerdere malen opgeroepen om zo snel mogelijk met voorstellen te komen voor beschermdoelen
voor hommels en solitaire bijen (Kamerstuk 27 858, nr. 533 en Kamerstuk 21 501-32, nr. 1322).
Bijeenkomst 17 februari
Op 27 januari 2022 heeft de EC aangekondigd dat op 17 februari 2022 een online bijeenkomst
zal plaatsvinden met de EC, EFSA en lidstaten over de beschermdoelen voor hommels
en solitaire bijen. In het achtergronddocument worden de mogelijkheden geschetst om
op basis van alle beschikbare wetenschappelijke informatie beschermdoelen voor hommels
en solitaire bijen te formuleren. Tijdens de bijeenkomst zal het achtergronddocument
verder worden toegelicht en is er de mogelijkheid voor vragen en discussie.
Ctgb appreciatie
Op mijn verzoek heeft het Ctgb een appreciatie gegeven op het door EFSA opgestelde
achtergronddocument. De appreciatie is als bijlage toegevoegd aan deze brief. Het
Ctgb komt samenvattend tot het oordeel dat:
• EFSA van mening is dat een beschermdoel gelijk aan de gekozen 10% voor honingbijen,
ook mogelijk kan zijn voor hommels. Het Ctgb ziet hierbij wel een behoorlijke uitdaging
met betrekking tot de grote hoeveelheden hommelkolonies, het aantal proefvelden en
de geografische spreiding van studies die nodig zijn om aan te tonen dat een gewasbeschermingsmiddel
voldoet aan een dergelijk beschermdoel.
• Voor solitaire bijen geeft EFSA aan dat vanwege een andere ecologie en biologie (het
zijn geen kolonies), het ontbreken van modellen, het ontbreken van data over veel
soorten solitaire bijen en de gerapporteerde hoge mate van natuurlijke variatie in
de door EFSA gebruikte eindpunten het niet mogelijk is om een duidelijk beschermdoel
voor solitaire bijen te bepalen op een vergelijkbare wijze als voor honingbijen en
hommels. EFSA stelt voor solitaire bijen twee opties voor:
– een vooraf gedefinieerd beschermdoel definiëren (hetzij dezelfde als die van honingbijen
(10%) of een andere waarde);
– geen vooraf gedefinieerd beschermdoel definiëren, maar van geval tot geval bepalen
voor veldstudies, waarbij wordt gesteld dat alleen verwaarloosbare effecten zijn toegestaan
(op basis van soortgevoeligheid en tijdelijke omvang van effecten). Dit is vergelijkbaar
met de werkwijze die nu voor in het water levende organismen en andere niet-doelorganismen
wordt gehanteerd.
• Aan het ministerie wordt geadviseerd om tijdens de bijeenkomst van 17 februari a.s.
een drietal vragen te stellen om meer duidelijkheid te verkrijgen over de interpretatie
van de opties om tot voorstellen voor beschermdoelen voor hommels en solitaire bijen
te komen. De vragen zijn in de bijgevoegde appreciatie opgenomen
Standpunt
Naar verwachting zal de EC tijdens een volgende bijeenkomst voorstellen doen over
het daadwerkelijk te hanteren beschermdoel voor hommels en solitaire bijen in het
bijenrichtsnoer. Ik zal uw Kamer, nadat ik mij heb laten adviseren door het Ctgb,
hierover vooraf informeren. Uw Kamer is op 15 oktober 2021 geïnformeerd (Aanhangsel
Handelingen II 2021/22, nr. 334) dat de inzet van mijn voorganger hierop een maximaal toelaatbare sterfte van 7%
is, conform de moties van het lid Ouwehand (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1175) en van het lid Wassenberg c.s. (Kamerstuk 35 570 XIV, nr. 50). Ik ben voornemens deze inzet voort te zetten.
Ik zet mij actief in om tot een goed geharmoniseerd bijenrichtsnoer te komen en hecht
grote waarde aan de wetenschappelijke discussie die hier momenteel over wordt gevoerd.
In lijn met de appreciatie ben ik daarom voornemens om tijdens de bijeenkomst van
17 februari a.s. verduidelijking te vragen op de punten die het Ctgb aandraagt. Deze
verduidelijkingen zijn nodig om de specifieke beschermdoelen voor hommels en solitaire
bijen goed te kunnen onderbouwen en voor lidstaten om hier een standpunt over in te
kunnen nemen.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
H. Staghouwer
Indieners
-
Indiener
H. Staghouwer, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit