Brief regering : Jaarrapportage arbeidsmigranten 2021
29 861 Arbeidsmigratie en sociale zekerheid
Nr. 77 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID, DE MINISTERS
VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT EN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES,
DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES EN DE MINISTERS
VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, JUSTITIE EN VEILIGHEID EN ECONOMISCHE ZAKEN
EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 december 2021
Arbeidsmigranten moeten behandeld worden als gelijkwaardige en volwaardige deelnemers
van onze samenleving. De overheid moet haar regelgeving daar beter op richten en een
actievere rol nemen in de bescherming van arbeidsmigranten, op het gebied van werk,
huisvesting en zorg en het verbeteren van het zicht op de arbeidsmigranten in Nederland.
Zo luidde het advies «Geen tweederangsburgers»1 van het Aanjaagteam bescherming arbeidsmigranten onder leiding van Emile Roemer.
Het kabinet heeft de aanbevelingen omarmd. Er komen nog steeds te veel misstanden
voor onder arbeidsmigranten, zo geven ook de vakbonden aan, maar het kabinet constateert
ook dat veel maatregelen genomen of in ontwikkeling zijn bij ministeries, gemeenten,
provincies, werkgevers en vakbonden. Dit moet en zal de komende jaren tot verder resultaat
leiden.
Met deze brief stuurt het kabinet uw Kamer de Jaarrapportage arbeidsmigranten 20212 en wordt u geïnformeerd over de uitvoering van de motie van het lid Van Kent c.s.
over de aanbevelingen van het Aanjaagteam bescherming arbeidsmigranten3, het verschijnen van de CBS Migrantenmonitor 2019, de pilot huisvesting arbeidsmigranten
en het plan van aanpak kwetsbare dak- en thuisloze EU-burgers. Tevens wordt u in de
jaarrapportage geïnformeerd over de wijze van invulling van de gewijzigde motie van
het lid Jasper van Dijk.4
Jaarrapportage arbeidsmigranten 2021
Deze eerste jaarrapportage arbeidsmigranten is opgesteld door het Interdepartementaal
Projectteam Arbeidsmigranten (IPA). Het brede advies van het Aanjaagteam bescherming
arbeidsmigranten o.l.v. Emile Roemer (hierna: het Aanjaagteam) en de kabinetsreactie
daarop5 raken meerdere beleidsterreinen, medeoverheden (gemeenten en provincies), direct
belanghebbenden (sociale partners, arbeidsmigranten) en allerlei andere stakeholders
(variërend van welzijnsorganisaties tot zorgverzekeraars en huisvestingsorganisaties).
Een goede opvolging van het advies vereist de betrokkenheid van al deze partijen.
Om de opvolging van het advies te coördineren is het IPA in het leven geroepen met
vertegenwoordigers van betrokken departementen. Dit team functioneert onder leiding
van een DG-stuurgroep en heeft tot doel de voortgang van de implementatie van de aanbevelingen
van het Aanjaagteam te monitoren en daarover te rapporteren, knelpunten te signaleren
en daar oplossingen voor aan te dragen en contacten met relevante stakeholders te
onderhouden vanuit de coördinerende taak. Uitgangspunt in de huidige werkwijze is
dat ministeries zelf verantwoordelijk zijn voor de implementatie van de aanbevelingen
op het eigen beleidsterrein en daartoe ook de contacten onderhouden met de relevante
stakeholders.
Zoals het Aanjaagteam heeft geadviseerd kent deze rapportage twee doelen: breed inzicht
geven in de ontwikkelingen rondom arbeidsmigratie en inzicht geven in de voortgang
van de door het kabinet overgenomen aanbevelingen van het advies van het Aanjaagteam.
De uitwerking van de aanbevelingen bevindt zich in de verschillende fasen. Waar de
implementatie van aanbevelingen noodzaakt tot de aanpassing van wetgeving, dan worden
die wetswijzigingen technisch voorbereid. Maar er zijn ook voorstellen die mee konden
lopen op al reeds ingezette trajecten, waardoor wetgeving sneller gerealiseerd kon
worden. Dit geldt bijvoorbeeld voor de wijzigingen in relatie tot de Basisregistratie
Personen en het wetsvoorstel Goed Verhuurderschap (waarmee gemeenten onder andere
de mogelijkheid geboden wordt om een verhuurdersvergunning voor de verhuur aan arbeidsmigranten
in te voeren).
Andere aanbevelingen konden het afgelopen jaar direct in uitvoering worden gebracht.
Zo worden sinds het begin van 2021 op vrijwillige basis contactgegevens van personen
geregistreerd die zich in de Basisregistratie Personen als niet-ingezetene inschrijven.
Hierdoor is het onder meer mogelijk gebleken om een grote groep arbeidsmigranten een
oproep tot vaccinatie te sturen. Ook is het onderzoek naar gegevensuitwisseling tussen
publieke en private toezichthouders uitgevoerd, waarvan de resultaten door de verschillende
toezichthouders in de aankomende tijd geïmplementeerd zullen worden.6 In zowel 2020 als 2021 is € 50 miljoen uitgetrokken voor de huisvesting van kwetsbare
groepen, waaronder arbeidsmigranten. In 2020 is hierdoor geld gegaan naar de realisatie
van 4700 nieuwe huisvestingslocaties. Rondom huisvesting is tevens een handreiking
huisvesting van arbeidsmigranten opgesteld door het Ministerie van BZK. In de handreiking
is uitgebreid aandacht voor de verschillende stappen die nodig zijn om arbeidsmigranten
kwalitatief toereikende huisvesting te bieden.
Naast de implementatie van de aanbevelingen van het Aanjaagteam is het afgelopen jaar
ook veel aandacht besteed aan de randvoorwaarden voor succesvolle implementatie. Daaronder
schaart het kabinet het opzetten van structureel overleg tussen de verschillende bestuurslagen
binnen de overheid en met sociale partners. Maar ook het opzetten van de interdepartementale
structuur en goede monitoring. Verder ondersteunen Rijk, provincies en gemeenten elkaar
in het realiseren van goede informatievoorziening aan arbeidsmigranten, waarbij Externe link:www.workinnl.nl als basis dient en wordt aangevuld met lokale initiatieven. Sociale partners worden
uitgebreid geconsulteerd in trajecten zoals uitwerking van een verplicht certificeringsstelsel,
via een begeleidingsgroep van het IPA en over het opstellen van de voorliggende jaarrapportage.
Ook nemen sociale partners hun verantwoordelijkheid in het implementeren van de adviezen.
Zo hebben werkgevers en vakbonden in de uitzendsector afspraken met elkaar gemaakt
over een inkomensgarantie ter hoogte van het wettelijk minimumloon voor de eerste
twee maanden bij een uitzendwerkgever en kunnen arbeidsmigranten tot vier weken na
het einde van de uitzendovereenkomst in de huisvesting blijven.
Het kabinet moet echter ook constateren dat verbetering van de positie van arbeidsmigranten
niet van de ene dag op de andere gerealiseerd is. Deze jaarrapportage laat duidelijk
zien dat de problematiek rondom arbeidsmigratie weerbarstig is, dat verbetering van
de situatie van arbeidsmigranten urgent is, dat het aanpassen van wetten en systemen
een lange adem vergt en dat langdurige samenwerking tussen alle partijen noodzakelijk
is en blijft. Want het Rijk, gemeenten, provincies en sociale partners zijn gezamenlijk
verantwoordelijk om de aanbevelingen te realiseren. Zoals de vakbonden ook aangeven,
arbeidsmigranten zijn nog te vaak het slachtoffer van misstanden. Ook het realiseren
van voldoende en kwalitatief goede huisvesting en specifiek het verkrijgen van draagvlak
voor nieuwe huisvesting is in veel regio’s en gemeenten nog lastig. Daarbij concurreren
arbeidsmigranten vaak met andere groepen op de woningmarkt. In dat kader is afgelopen
zomer het rapport «Een thuis voor iedereen» van de Interbestuurlijke Werkgroep versterking
beleid huisvesting aandachtsgroepen met het advies gekomen voor een meer integrale
aanpak op huisvesting voor aandachtsgroepen.7 Verder is de realisatie van effectieve samenwerking tussen toezichthouders weerbarstig,
mede vanwege obstakels rondom gegevensuitwisseling. En nog niet alle partijen nemen
hun verantwoordelijkheid om arbeidsmigranten niet langer als tweederangsburgers te
behandelen.
Desalniettemin is het kabinet tevreden over de in gang gezette activiteiten en de
inspanningen die op alle niveaus geleverd worden om de aanbevelingen te implementeren
en de positie van arbeidsmigranten te versterken. Het kabinet constateert dat veel
partijen door het rapport van het Aanjaagteam in actie zijn gekomen en de noodzaak
voor verandering onderschrijven. Dit moet en zal de aankomende jaren tot verder resultaat
leiden.
Motie-Van Kent c.s.
De motie van het lid Van Kent c.s. verzoekt het kabinet, zo snel mogelijk over te
gaan tot uitvoering van de aanbevelingen van het Aanjaagteam, en daar waar nodig aan
te geven waar budgettaire vraagstukken liggen en politieke keuzes nodig zijn in de
nadere uitwerking, zodat de Kamer zich daarover kan uitspreken. De Minister van SZW
heeft toen aangegeven dit verzoek te kunnen steunen, maar tegelijkertijd duidelijk
aangegeven dat de Kamer dan ook verantwoordelijk is voor het vinden van de middelen
om bepaalde aanbevelingen uit te voeren. Zoals hierboven geschetst wachten het kabinet
en de andere stakeholders niet met de implementatie van de overige aanbevelingen (waarbij
geen budgettaire effecten zijn dan wel waar reeds dekking voor is) en bekijkt het
demissionaire kabinet bij deze aanbevelingen op welke manier deze kunnen worden geïmplementeerd
en wat daarvoor het benodigde tijdpad is. In de Kamerbrief van 1 april jl. is uw Kamer
geïnformeerd over de planning per aanbeveling.8
Van sommige aanbevelingen is de uitwerking al zo ver gevorderd dat deze heeft geleid
tot aanpassingen, zoals bijvoorbeeld op het onderwerp registratie, of tot een concreet
wetsvoorstel, zoals het wetsvoorstel Goed Verhuurderschap. Andere aanbevelingen kosten
meer tijd om uitgewerkt te worden, zoals de aanbeveling over verplichte certificering
van uitzendbureaus. Er is intensief contact met sociale partners en toezichthouders
om te komen tot de uitwerking van een effectief en efficiënt stelsel, dat waarborgt
dat alleen bonafide uitzendbureaus actief kunnen zijn. Ik vraag uw Kamer om begrip
dat uitwerking van een dergelijke maatregel tijd kost.
Van enkele aanbevelingen heeft het kabinet in het verleden aangegeven dat het dermate
politieke en/of budgettaire consequenties zou hebben, dat deze door een nieuw kabinet
opgepakt zouden moeten worden. Naar aanleiding van het aannemen van de motie geeft
het kabinet een update van de technische uitwerking van deze maatregelen. Een resultaat
daarvan vindt u in bijlage 19.
Deze maatregelen kunnen pas worden uitgevoerd als de benodigde middelen (door uw Kamer)
zijn vrijgemaakt. Voor mogelijke dekkingsopties kan bijvoorbeeld geput worden uit
de ombuigingslijst 2021 van het Ministerie van Financiën.10
CBS Migrantenmonitor 2019
De migrantenmonitor van het CBS geeft inzicht in het aantal migranten dat in Nederland
woont of werkt uit lidstaten van de Europese Unie (EU) exclusief Nederland (EU-27).
Het CBS heeft op 25 november jl. de Migrantenmonitor 2019 uitgebracht, waarin de cijfers
over 2019 gepresenteerd zijn. Deze zijn tevens opgenomen in de jaarrapportage.
Vanaf medio-2022 worden de cijfers die het CBS in het kader van de migrantenmonitor
verzameld opgenomen in de Staat van Migratie, die sinds 2021 jaarlijks verschijnt.
Het is derhalve de bedoeling dat de cijfers van de Migrantenmonitor 2020 in de Staat
van Migratie 2022 zullen worden opgenomen.
Pilot huisvesting arbeidsmigranten11
De afgelopen periode is op initiatief van het Aanjaagteam – en in opdracht van het
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid – een pilot uitgevoerd voor het versnellen
van passende huisvesting voor arbeidsmigranten. In nauwe samenwerking met een aantal
gemeenten en regio’s is met kennis en kunde van het Rijksvastgoedbedrijf inzichtelijk
gemaakt welke oorzaken voor het tekort aan huisvesting voor arbeidsmigranten (en andere
aandachtsgroepen) er op lokaal en regionaal niveau zijn aan te wijzen, en waar mogelijke
nieuwe locaties voor de huisvesting van arbeidsmigranten kunnen worden gevonden. Het
advies is, indien voorhanden, Rijkslocaties beschikbaar te stellen en samen met medeoverheden
en maatschappelijke organisaties het aanbod van huisvesting voor aandachtsgroepen
te vergroten. De overkoepelende rapportage is bij deze jaarrapportage gevoegd.
Plan van aanpak kwetsbare dak- en thuisloze EU-burgers
Momenteel zijn de Ministeries van VWS, SZW en J&V met het oog op de motie van de leden
Segers en Marijnissen12 gezamenlijk met de VNG, de G4 en enkele andere gemeenten de laatste hand aan het
leggen aan een Plan van Aanpak kwetsbare dakloze EU-burgers. Met dit Plan van Aanpak
trachten we kwetsbare dakloze EU-burgers beter te helpen door middel van een integrale
aanpak.
Zodra de daarvoor benodigde afstemming, interdepartementaal en met gemeenten, is afgerond,
wordt het plan van aanpak aan uw Kamer aangeboden.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, A.D. Wiersma
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.W. Knops
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten
De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, S.A. Blok
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.D. Wiersma, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid -
Mede ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Mede ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit -
Mede ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Mede ondertekenaar
R.W. Knops, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Mede ondertekenaar
S.A. Blok, minister van Economische Zaken en Klimaat -
Mede ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid