Brief regering : Overzicht op hoofdlijnen van aspecten bij verschillende varianten van constitutionele toetsing
35 925 VII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2022
Nr. 103 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES EN VOOR RECHTSBESCHERMING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 december 2021
Hierbij sturen wij u, mede namens de Minister van Justitie van en Veiligheid, een
beknopt overzicht op hoofdlijnen van aspecten bij verschillende varianten van constitutionele
toetsing1. Het gaat hier om rechterlijke toetsing van wetten aan de Grondwet, wat op dit moment
verboden is op grond van artikel 120 Grondwet; constitutionele toetsing van (ontwerp)wetgeving
vindt momenteel plaats in het wetgevingsproces, in het bijzonder door de regering
en de Staten-Generaal, daarin mede geadviseerd door de Afdeling advisering van de
Raad van State. Aan elk van de varianten zitten talrijke aandachtspunten, waarvan
de weging aan een volgend kabinet is. Hiermee geven wij gevolg aan de daartoe strekkende
toezegging van de Minister-President tijdens de Algemene politieke beschouwingen (Handelingen II
2021/22, nr. 3, item 2 en 5) en de toezeggingen die zijn gedaan tijdens de behandelingen in uw Kamer van de begrotingen
van de Ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Justitie en
Veiligheid, om een grondwetstraject tot herziening van artikel 120 Grondwet – waarover
een volgend kabinet zal besluiten – technisch voor te bereiden.2 Deze toezeggingen aan de Tweede Kamer zijn gedaan in reactie op de motie van het
lid Kuik c.s.,3 vragen vanuit de Kamer omtrent de uitvoering daarvan, en in reactie op de motie van
het lid Simons.4
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren
De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
Mede ondertekenaar
S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming