Brief regering : Verslag van de OVSE ministeriële bijeenkomst van 2 en 3 december 2021
35 925 V Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2022
Nr. 64 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 december 2021
Hierbij bied ik u het verslag aan van de OVSE ministeriële bijeenkomst van 2 en 3 december
2021.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
H.P.M. Knapen
VERSLAG VAN DE OVSE MINISTERIËLE RAAD, 2 EN 3 DECEMBER 2021
Introductie
De Ministeriële Raad van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa
(OVSE) vond op 2-3 december plaats in Stockholm. De Minister van Buitenlandse Zaken
nam deel aan deze Ministeriële Raad. Zweden, dat dit jaar het Voorzitterschap van
de OVSE bekleedt, had besloten dat de bijeenkomst in persoon gehouden zou worden.
Voor veel delegaties was het een welkome terugkeer, na de virtuele Raad in 2020 (Kamerstuk
35 570 V, nr. 64).
De pandemie heeft niettemin grote invloed op de voorbereidingen en de uitkomsten van
de bijeenkomst gehad. Het Voorzitterschap had besloten dat de onderhandelingen over
ontwerpbesluiten en -verklaringen uitsluitend in Wenen plaatsvonden en niet, zoals
in eerdere jaren, parallel aan de conferentie konden worden voortgezet. In combinatie
met het beperktere persoonlijke contact in Wenen en de verhoudingen in de OVSE, leidde
dit ertoe dat op de deadline, de vrijdag voorafgaande aan de Raad, overeenstemming
was bereikt over niet meer dan drie besluiten, waarvan slechts één echt inhoudelijk
besluit. In de politiek-militaire (eerste) dimensie en in de menselijke (derde) dimensie
werd geen enkel besluit aangenomen.
De politiek gevoelige dossiers zoals de situatie in en rond Oekraïne, het conflict
tussen Armenië en Azerbeidzjan en de ontwikkelingen in Belarus werden in vrijwel alle
nationale verklaringen aan de orde gesteld en kwamen ook ter sprake in een aantal
side-events in Stockholm.
De OVSE baseert zijn activiteiten als veiligheidsorganisatie op het concept van comprehensive security, waarbij alle drie dimensies met elkaar verbonden zijn en elkaar versterken. Dialoog
en wederzijds vertrouwen zijn hiervoor belangrijke voorwaarden. Van vertrouwen tussen
met name Rusland en Westerse landen is helaas momenteel nauwelijks sprake. Dit kwam
ook tot uiting tijdens het werkdiner voor ministers aan de vooravond van de Raad,
dat gekenmerkt werd door een bijzonder scherpe woordenwisseling tussen, met name,
de Amerikaanse Minister Blinken en de Russische Minister Lavrov.
Na afloop van het diner vond op initiatief van de Chair-in-Office, Minister Linde,
een bijeenkomst in klein verband plaats over de dreigende afkalving van de Derde Dimensie,
waarvoor een zestal landen uit de verschillende OVSE regio’s, waaronder Nederland,
was uitgenodigd. Het blokkeren van de jaarlijkse mensenrechtenbijeenkomst HDIM en
het niet doorgaan van ODIHR-waarneming bij de Doema verkiezingen zijn slechts enkele
voorbeelden van ondermijning van het OVSE acquis op het gebied van mensenrechten,
democratie en rechtsstaat. Afgesproken is de komende maanden ideeën te ontwikkelen
om deze trend tegen te gaan, een analyse maken van wat er aan de hand is binnen landen
en tussen landen en proberen te depolitiseren via multilaterale mechanismen. Het voornemen
is in september tijdens de Algemene Vergadering van de VN weer op ministerieel niveau
bijeen te komen in dit gezelschap.
Plenaire Vergadering
Tijdens de plenaire vergadering spraken dit jaar 66 delegaties, de meeste vertegenwoordigd
door de Minister van Buitenlandse Zaken. De situatie in en rond Oekraïne, het conflict
tussen Armenië en Azerbeidzjan en de situatie in Belarus kwamen in vrijwel alle interventies
terug. Veel zorg werd uitgesproken over de toenemende spanningen in Europa en de afnemende
bereidheid tot dialoog. Dit leidde tot een oproep van de Secretaris-Generaal Helga
Schmid om gebruik te maken van de mogelijkheden van de OVSE als veiligheidsorganisatie.
Veel delegaties hoopten ook dat de 50ste verjaardag van de Akkoorden van Helsinki in 2025 als inspiratie kon dienen om de
«geest van Helsinki» te hervinden.
Namens Nederland heb ik in mijn interventie in de plenaire Raad de steun voor de soevereiniteit
en territoriale integriteit van Oekraïne herbevestigd en alle partijen opgeroepen
tot uitvoering van de Minsk-akkoorden. Ik heb steun uitgesproken voor de Special Monitoring
Mission en aangegeven dat de voortdurende obstructie van de bewegingsvrijheid van
de missie moet stoppen. Ook heb ik verwezen naar het neerhalen van MH17. Ik heb het
scheppen van een migratiecrisis door Belarus veroordeeld en opgeroepen tot het toelaten
van humanitaire organisaties tot de migranten. De onderdrukking en de schending van
de mensenrechten van leden van de oppositie, activisten en journalisten in Belarus
moet stoppen en alle politieke gevangenen vrijgelaten. Grote zorg baart het opgelaaide
geweld aan de grens tussen Armenië en Azerbeidzjan. Nederland blijft de Minsk Groep
Covoorzitters steunen, inclusief hun oproep tot de-escalatie en staakt-het-vuren.
Vooruitgang is nodig m.b.t. de vrijlating van gevangenen, grensafbakening, ontmijning
vermiste personen en ontheemden. Nederland onderstreepte opnieuw het belang van verantwoording
(accountability). Versterking van wapenbeheersing is nodig en de terugtrekking van
Rusland uit Open Skies, een vertrouwenwekkende maatregel, wordt betreurd. Uitvoering
van de overeengekomen vertrouwenwekkende maatregelen is ook de beste manier om het
werk van de OVSE in het cyberdomein te versterken. Ten slotte heeft Nederland in zijn
interventie het belang benadrukt van de Menselijke Dimensie als onderdeel van het
alomvattend veiligheidsconcept. Respect voor mensenrechten, fundamentele vrijheden,
gendergelijkheid en de rechtsstaat, online en offline, zijn noodzakelijke voorwaarden
voor een vitale en veilige maatschappij.
Verklaringen en besluiten
Het aantal formele besluiten en verklaringen is dit jaar op een nieuw dieptepunt beland:
van de 24 ontwerpbesluiten werd slechts één inhoudelijke tekst aanvaard, een besluit
over het verband tussen veiligheid en klimaatverandering (Tweede dimensie). Noch in
de Eerste, noch in de Derde Dimensie kon overeenstemming worden bereikt over enig
besluit.
Daarnaast werd een, inmiddels traditionele, verklaring aangenomen over de onderhandelingen
over Transnistrië in het zogeheten 5+2 proces. Finland werd gekozen tot Voorzitter
voor het jaar 2025 (de 50ste verjaardag van de Helsinki-akkoorden). Over de kandidatuur
van Estland voor het voorzitterschap in 2024 werd geen overeenstemming bereikt.
Al met al een zeer magere oogst van een intensief onderhandelingsproces. De Zweedse
ambities liepen stuk op de bekende struikelblokken van afgelopen jaren zoals het concept
gendergelijkheid, de rol van maatschappelijke organisaties, en kemphanen die hun conflict
projecteren en daarbij misbruik maken van het consensusvereiste. Ook dit jaar sneuvelden
belangrijke ontwerpteksten over bijvoorbeeld COVID en contra-terrorisme in het zicht
van de haven. Ook meer administratieve besluiten, zoals voorstel om te gaan werken
met tweejarig budget en om data van grote OVSE-evenementen voor langere tijd vast
te leggen, sneuvelden door obstructie.
Dit onvermogen om consensus te bereiken over ontwerpbesluiten leidt er toe dat in
toenemende mate groepen van landen hun toevlucht nemen tot het afleggen van verklaringen
met gelijkgezinden. Op deze wijze werden dit jaar mede namens Nederland o.a. verklaringen
uitgesproken over Women, Peace & Security (namens 53 van de 57 participating States), Security Sector Governance & Reform en Mensenrechten en Fundamentele Vrijheden. Dit betrof veelal teksten die het niet
redden in de onderhandelingen. Over Oekraïne werd een verklaring uitgebracht door
de samenwerkende Chairpersons-in-Office in de zogenaamde Quadriga.
Bijeenkomst met mensenrechtenverdedigers
Ook dit jaar heb ik en marge van de ministeriële conferentie gesproken met mensenrechtenverdedigers
uit de regio. Bij het rondetafelgesprek waren activisten aanwezig uit Belarus, Oekraïne
en Rusland.
De gesprekspartners schetsten een somber beeld: in Belarus neemt de onderdrukking
van maatschappelijk middenveld toe, het merendeel van de mensenrechtenverdedigers
heeft het land moeten verlaten. Internationale erkenning van ngo’s is voor hen essentieel.
Gebruik van accountability mechanismen in OVSE zoals het Moskou Mechanisme, maar ook
in VN-verband, blijft cruciaal om Belarus onder druk te zetten. Naast juridische mechanismen
zijn economische sancties van belang, per sector, consistent en toenemend in zwaarte.
Ook in Rusland is de situatie van mensenrechtenverdedigers benard, zo werd gezegd.
De wet die ngo’s als buitenlands agent kan bestempelen, is zeer gevaarlijk, mede vanwege
retroactieve werking. Op dit moment zijn er meer dan 600 mensenrechtenactivisten die
strafrechtelijke vervolging riskeren. Testcase zijn de twee rechtszaken die momenteel
lopen tegen Memorial.
In Oost-Oekraïne en de Krim zijn honderden politieke gevangenen, deels «citizen journalists», aldus de aanwezigen. Ook de situatie van ontheemden uit Oost-Oekraïne is moeilijk.
Het ontbreekt ontheemden in Oekraïne niet alleen aan praktische ondersteuning, ook
neemt de steun van publiek en politiek in Oekraïne af. Religieuze organisaties vormen
belangrijke partners aangezien in Oost-Oekraïne alleen de Russisch-orthodoxe kerk
toegestaan is.
Ik heb de mensenrechtenverdedigers bedankt voor hun werk, hun moed is inspirerend.
Ik heb het belang van sancties onderstreept, niet alleen als morele verplichting,
maar ook uit het belang van Europa. Hierover moet wel consensus moet worden bereikt
in de EU. Zonder elementen van rechtsstaat en democratie in Belarus is er geen stabiliteit
mogelijk in Europa.
Tijdens mijn aanwezigheid in Stockholm heb ik van de gelegenheid gebruik gemaakt om
bilateraal van gedachten te wisselen met meerdere ambtgenoten en aanwezige hoogwaardigheidsbekleders.
Het voorzitterschap van de OVSE zal per 1 januari 2022 worden overgenomen door Polen.
De volgende Ministeriële Raad zal 1–2 december 2022 plaatsvinden in Lodz.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.P.M. Knapen, minister van Buitenlandse Zaken