Brief regering : Jaarplan van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) voor 2022

Nr. 195
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 december 2021

Bijgaand bied ik uw Kamer, conform de aanwijzingen inzake de rijksinspecties1 het jaarplan van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) voor 2022 aan2. Dit doe ik mede namens de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
Het jaarplan beschrijft de prioriteiten van het toezicht voor de zeven publieke belangen
waar de NVWA op toeziet.

Prioritering in het toezicht

Ook in 2022 zet de NVWA haar capaciteit in daar waar het toezicht het hardst nodig
is. De geconstateerde disbalans in de taken en middelen van de NVWA leidt ertoe dat
er scherpe keuzes gemaakt zijn in het werk dat de NVWA kan uitvoeren. Het jaarplan
bevat daarom een risicoparagraaf, waarin zichtbaar is gemaakt wat de grootste risico’s
zijn voor 2022. In de voortgangsbrief van de NVWA (Kamerstuk 33 835, nr. 194) heb ik ook melding gemaakt van de grenzen aan het werk van de toezichthouder in
relatie tot de realiteit van de politieke en maatschappelijke verwachtingen. Ik wil
benadrukken dat het inherent is aan toezicht dat niet alle risico’s kunnen worden
weggenomen. Van belang is daarom ook te werken aan risico-acceptatie: transparant
zijn over de risico’s en de maatschappelijke dialoog voeren over de grenzen aan de
inzet van het toezicht.

Algemeen aandachtspunt blijft de haalbaarheid van het Jaarplan 2022 door aanblijvende
onzekerheden als gevolg van Corona, Brexit en arbeidsmarkt-problematiek. De coronapandemie
en Brexit hebben impact op het werk en de werkprocessen van de NVWA. Daarnaast kost
het invullen van sommige vacatures (bv dierenartsen of specialistisch werk) en het
opleiden van nieuwe medewerkers tijd, wat vertraging oplevert voor de inzetbaarheid.
Voorts heeft de NVWA te maken met een grote uitstroom als gevolg van een hoog percentage
oudere medewerkers.

Werkzaamheden op LNV-terrein

Voor het jaarplan 2022 voor LNV is sprake van een stabiel financieel kader, waardoor
lopende werkzaamheden kunnen worden voortgezet. Speerpunten voor 2022 zijn per publiek
belang verder uitgewerkt in hoofdstuk 3 van het jaarplan en betreffen onder andere
het toezicht op dierenwelzijn, aanpassing van het mestbeleid door invoering van het
nieuwe realtime en digitaal vervoersbewijs dierlijke mest (rVDM); het verder inregelen van de nieuwe
controleverordeningen voor plant en dier en het inregelen en bevorderen van een efficiënte
afgifte van certificaten in verband met Brexit. Daarnaast wordt voor keuren prioriteit
gegeven aan het versterken van het toezicht en het op orde brengen van de basis door
uniformering en accreditatie, intervisie en bijscholing, vier-ogen-principe en werkoverleg.
Waar nodig worden werkzaamheden gemaximeerd, bijvoorbeeld ten behoeve van de inzet
van schaarse dierenartsen.

Voor de meest urgente problematiek zoals geconstateerd in de taak-middelen onderzoeken3, heb ik besloten om in aanvulling op dit jaarplan garant te staan voor het oplossen
hiervan. Het gaat dan onder andere om het toezicht op onjuist gebruik van biociden
op agrarische bedrijven; het meewerken aan verzoeken tot strafrechtelijk onderzoek
van het Europees Openbaar Ministerie; het oplossen van structurele problematiek bij
het toezicht op fytosanitaire normen en overige urgente problematiek in het kader
van EU-conformiteit, waarbij Nederland het risico loopt om boetes en sancties opgelegd
te krijgen. De NVWA zal dit nog verwerken als toevoeging aan dit jaarplan.

Werkzaamheden op VWS-terrein

Binnen de VWS-opdracht is het voor het publieke belang Productveiligheid onvermijdelijk
dat in 2022 een aanmerkelijk deel van de beschikbare middelen wordt geïnvesteerd in
vernieuwing van het toezicht om op de lange termijn het toezicht op dit terrein te
kunnen borgen. Dit komt voort uit de conclusies uit het onderzoek naar de balans tussen
taak en middelen en is zo urgent dat het met de hoogste prioriteit wordt opgepakt.
De implicatie van dit besluit is dat voor alle taakgebieden op het gebied van Productveiligheid
– uitgezonderd attractie- en speeltoestellen – de toezichtintensiteit van de NVWA
in 2022 minimaal zal zijn en er vooral gewerkt zal worden aan het op orde brengen
van de basis.

Zoals reeds gemeld in de voortgangsbrief van de NVWA (Kamerstuk 33 835, nr. 194) van 12 november jl. geldt voor de VWS-opdracht dat de omvang van het financieel
kader voor het NVWA Jaarplan 2022 iets lager (€ 1,5 mln.) uitvalt dan het kader voor
2021. Dit heeft tot gevolg dat inhoudelijke keuzes gemaakt zijn in de werkzaamheden
die de NVWA uitvoert binnen de VWS-domeinen. Consequentie hiervan is dat er minder
activiteiten kunnen worden uitgevoerd op het gebied van misleidende etikettering en
claims en leeftijdsgrensverkenningen op het gebied van tabak. Daarnaast worden in
2022 minder inspecties uitgevoerd bij evenementen en in de retailsector. In de risicoparagraaf
bij het jaarplan is nader inzichtelijk gemaakt wat de consequenties zijn van deze
inhoudelijke keuzes. Daarbij moet worden opgemerkt dat de beschreven risico’s deels
ook verband houden met de reeds bestaande disbalans tussen taken en middelen. Speerpunten
voor 2022 zijn per publiek belang verder uitgewerkt in hoofdstuk 3 van het jaarplan.
Graag wil ik hierbij de nieuwe wet- en regelgeving op het gebied van tabak en alcohol
expliciet uitlichten. Verder blijft voedselveiligheid onverminderd een essentieel
speerpunt binnen de VWS-opdracht.

Tot slot

Over de resultaten en effecten van de inzet van de NVWA zal uw Kamer op de gebruikelijke
wijze via de jaarlijkse voortgangsrapportage van de NVWA worden geïnformeerd.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten