Brief regering : Uitkomsten steunmaatregel R&D mobiliteitssectoren
35 420 Noodpakket banen en economie
Nr. 460 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 29 november 2021
In het steun- en herstelpakket van 21 januari jl. (Kamerstuk 35 420, nr. 217)1 is de R&D-regeling mobiliteitssectoren aangekondigd met een beschikbaar budget van
150 miljoen euro (Kamerstuk 35 420, nr. 248)2. Deze subsidieregeling heeft als doel om de teruggang in investeringen in research
& development (R&D), die het gevolg is van de coronacrisis, in de Nederlandse automotive,
luchtvaart- en maritieme industrie, te mitigeren door het stimuleren van R&D-projecten.
De regeling moet deze prominente sectoren uit de Nederlandse maakindustrie in staat
stellen om sterker uit de crisis te komen door zowel de concurrentiepositie te verbeteren
als een bijdrage te leveren aan de transities op het gebied van duurzaamheid en digitalisering.
De bedrijven binnen deze sectoren kunnen dat in samenwerking met kennisinstellingen
doen. Deze regeling is op 12 mei 2021 gepubliceerd3, en op 17 mei opengesteld voor een periode van 3 maanden. Met mijn brief van 12 mei
2021 over de invulling van de motie van het lid Amhaouch om de regeling voor 15 mei
2021 uit te werken (Kamerstuk 35 669, nr. 21)4 heb ik u hierover geïnformeerd. Met deze brief informeer ik u over de uitkomst van
de regeling.
De belangstelling voor de regeling bleek groot te zijn. Op de sluitingsdatum van 17 augustus
jl. waren er 26 voorstellen ingediend met een totale projectomvang van 530 miljoen euro
en een gevraagde subsidie van 337 miljoen euro. In oktober zijn alle projecten beoordeeld
door de externe adviescommissie en heeft deze de rangschikking bepaald. Ik ben verheugd
u nu te kunnen mededelen dat subsidie is verleend aan acht projecten die kwalitatief
als hoogste waren gerangschikt en binnen het beschikbare budget konden worden gefinancierd.
In bijlage 1 staat meer informatie over de achtergrond, de rangschikkingscriteria
en het beoordelingsproces van de regeling5.
Toegekende projecten
De toegekende projecten staan weergeven in de onderstaande tabel. In bijlage 2 is
per project een korte samenvatting opgenomen, waarbij ook de deelnemende partijen
worden genoemd6.
Sector
Project
Penvoerder
Totale projectkosten
Verleende subsidie
Automotive
Green Transport Delta – Elektrificatie
Netherlands Car B.V.
€ 36,1 mln
€ 22,4 mln
Automotive
Green Transport Delta – Waterstof
DAF Trucks N.V.
€ 36,7 mln
€ 24,4 mln
Luchtvaart
BrightSky
JetSupport B.V.
€ 40,5 mln
€ 24,0 mln
Luchtvaart
Thermoplasten voor een duurzame luchtvaart
Fokker Aerostructures B.V.
€ 27,6 mln
€ 18,1 mln
Luchtvaart
Vloeibaar waterstof composiet tank voor civiele luchtvaart
Toray Advanced Composites Netherlands B.V.
€ 17,2 mln
€ 8,2 mln
Maritiem
LNG-ZERO
VDL AEC Maritime B.V.
€ 6,1 mln
€ 4,4 mln
Maritiem
MENENS – Methanol als Energiestap Naar Emissieloze Nederlandse Scheepvaart
Fugro N.V.
€ 37,9 mln
€ 24,3 mln
Maritiem
SH2IPDRIVE – Sustainable H2 Integrated Propulsion Drives
Future Proof Shipping B.V.
€ 32,8 mln
€ 24,2 mln
De totale projectkosten van de toegekende projecten bedragen 235 miljoen euro. De
verleende subsidie van 150 miljoen euro dekt daarmee 64% van de projectkosten. De
eigen bijdrage van de deelnemende organisaties komt hiermee uit op 85 miljoen euro,
oftewel 36% van de projectkosten.
De verdeling van de subsidie over de drie sectoren is evenwichtig, met 31% van de
beschikbare subsidie voor de automotive sector, 34% voor de luchtvaartsector en 35%
voor de maritieme sector. Beide projecten binnen de automotive sector hebben ook de
cross-sectorale samenwerking met de maritieme sector expliciet aangegeven in het projectplan.
De ontwikkelde oplossingen komen zo ten goede aan de uitdagingen waar beide sectoren
voor staan. Van de 8 projecten hebben er 7 als focus de transitie op het gebied van
duurzaamheid. Eén project, Brightsky, richt zich vooral op de transitie op het gebied
van digitalisering. Bij indiening had 70% van de voorstellen betrekking op duurzaamheid,
en deze bleken ook beter te scoren tijdens de beoordeling.
In totaal nemen er 136 organisaties (waarvan 108 unieke partijen) deel aan deze projecten,
waarvan 45 vanuit het grootbedrijf, 64 vanuit het mkb en 27 kennisinstellingen.
Tabel: verdeling aantal deelnemers naar type deelnemer (totaal aantal deelnemers 136)
Sector
Grootbedrijf
mkb
Kennisinstellingen
Automotive
13%
17%
5%
Luchtvaart
7%
13%
6%
Maritiem
13%
17%
9%
Totaal
33%
47%
20%
Tabel: verdeling subsidie naar type deelnemer (subsidie budget 150 mln.)
Sector
Grootbedrijf
mkb
Kennisinstellingen
Automotive
12%
11%
8%
Luchtvaart
14%
8%
12%
Maritiem
7%
11%
17%
Totaal
33%
30%
37%
Het grootste deel van de subsidie (63%) gaat naar de deelnemende bedrijven, waarmee
de regeling aan haar doelstelling heeft voldaan om de teruggang in de R&D-uitgaven
binnen deze sectoren op te vangen. Ook is er sprake van een brede samenwerking tussen
private partijen en kennisinstellingen waardoor deze projecten in belangrijke mate
gaan bijdragen aan de verdere ontwikkeling van de ecosystemen in de sectoren.
Invulling artikel 3.1 van de Comptabiliteitswet (CW3.1)
Op grond van de nieuwe werkwijze met betrekking tot artikel 3.1 van de Comptabiliteitswet7 is het met ingang van 1 november 2021 verplicht om beleidsvoorstellen met budgettair
beslag van meer dan 20 miljoen euro per jaar in een kader toe te lichten. Voor de
regeling R&D-mobiliteitssectoren ziet dit kader er als volgt uit:
Beleidskeuzes uitgelegd
Onderbouwing doeltreffendheid, doelmatigheid en evaluatie (CW 3.1)
Doel(en)
• Mitigeren van de teruggang in R&D-investeringen in de Nederlandse mobiliteitssector
als gevolg van de coronacrisis
• Versterken van de concurrentiepositie van Nederlandse bedrijven in deze sectoren
zodat ze sterker uit de crisis komen.
• Ontwikkelen van oplossingen ten behoeve van de transities op het gebied van duurzaamheid
en digitalisering waar de sectoren voor staan
Beleidsinstrument(en)
Subsidieregeling voor R&D-projecten door middel van een open tender
Financiële gevolgen voor het Rijk
150 miljoen euro uit het coronasteunpakket Q1 2021 (zie voetnoten 1 en 2)
Financiële gevolgen voor maatschappelijke sectoren
Naar verwachting zal de cofinanciering van de deelnemende bedrijven en kennisinstellingen
circa 40% bedragen van de projectkosten.
Nagestreefde doeltreffendheid
In alle drie de sectoren waren reeds R&D-initiatieven in de maak gericht op verduurzaming
en digitalisering en deze konden op korte termijn worden gestart. Het ontbrak de consortia
echter aan liquide middelen hiervoor vanwege de enorme omzetdaling.
Een bijdrage van de overheid in de vorm van een subsidie zorgt dat R&D-projecten doorgang
kunnen vinden en een vliegwieleffect kunnen bewerkstelligen. Concurrerende landen
zoals Frankrijk en Duitsland steunen deze sectoren ook met publieke middelen, waardoor
de concurrentieverhoudingen verslechteren als Nederland achterblijft.
Toekenning van middelen door een open tender en een onafhankelijke adviescommissie
vergroot de doeltreffendheid, door de hoge kwaliteitseisen die dit proces aan consortia
en projectvoorstellen stelt.
Nagestreefde doelmatigheid
Door de middelen via een open tender en een adviescommissie beschikbaar te stellen
wordt de doelmatigheid van de besteding vergroot. Consortia die aanspraak doen op
de middelen uit de regeling worden aan de hand van hun projectvoorstel getoetst op
de kwaliteit van de plannen. Alleen aan de beste projecten worden middelen toegekend.
Deze subsidieregeling biedt een aanvulling op het bestaande voornamelijk generieke
R&D-instrumentarium, dat goed aansluit bij de knelpunten van de betrokken bedrijven
in de coronacrisis en de transities voor de langere termijn.
Evaluatieparagraaf
Door RVO wordt een voorstel ontwikkeld om de projecten gedurende de looptijd te monitoren.
Zodra de projecten, met een looptijd tot 4 jaar, zijn afgesloten zal de regeling in
2026 worden geëvalueerd.
Vervolgproces
Nu de projecten van start zijn gegaan, zullen de deelnemers de komende jaren volop
aan de slag zijn om de resultaten te behalen. Uiteraard zal ik de projecten blijven
volgen. Hiervoor heb ik de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) gevraagd om
een methodiek uit te werken om de projecten effectief te monitoren en de effecten
te meten. Hierdoor zullen we in staat zijn om de resultaten uit de projecten te vertalen
naar de beleidsmatige opgaven die er zijn op het gebied van duurzaamheid en digitalisering
binnen de sectoren. Ook de cross-sectorale samenwerking en kennisuitwisseling tussen
de projecten zal gedurende de looptijd van de projecten worden gestimuleerd. Deze
kennis zal gedeeld worden met de betrokken Ministeries van Infrastructuur en Waterstaat
en Defensie. Ook het herstel binnen de sectoren zal dan zichtbaar worden, evenals
de bijdrage van de projecten aan de ontwikkeling van de ecosystemen.
Tot slot
De coronacrisis heeft de maatschappij op vele manieren getroffen en op het vlak van
R&D heeft de maakindustrie in de mobiliteitssectoren hier in het bijzonder veel van
te lijden gehad. Het vervult mij daarom met trots dat het kabinet in een relatief
kort tijdsbestek een steun- en herstelmaatregel heeft weten te realiseren waarmee
150 miljoen euro subsidie is verleend aan acht uitstekende R&D-projecten. Deze subsidie
geeft deze belangrijke sectoren uit de Nederlandse maakindustrie een grote steun in
de rug: de sectoren kunnen sterker uit de crisis komen door met vooruitstrevende R&D
zowel hun concurrentiepositie te verbeteren als een belangrijke bijdrage te leveren
aan de transities op het gebied van duurzaamheid en digitalisering.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, S.A. Blok
Indieners
-
Indiener
S.A. Blok, minister van Economische Zaken en Klimaat